Escamplaan

4.9 Gebiedsgericht Milieubeleid

4.9.1 Inleiding

4.9.1.1 Tien voor milieu

De nota Tien voor milieu (2006) is het richtinggevend document voor de hoofdlijnen van milieubeleid van de gemeente Den Haag in de periode 2006-2010. In deze contourennota zijn ambities vastgesteld voor de speerpunten lucht, klimaat, water en geluid en voor de aandachtspunten vergunningverlening en handhaving, externe veiligheid, afval, binnenmilieu, bodem en sturing.

4.9.1.2 Handleiding Gebiedsgericht Milieubeleid

Een belangrijk instrument bij samenwerking tussen ruimtelijke ordening en milieu is het Gebiedsgericht Milieubeleid (2005). Er is een indeling van Den Haag gemaakt met gebieden van eenzelfde functie. Gebieden met eenzelfde functie behoren tot hetzelfde gebiedstype. Per gebiedstype is de gewenste milieukwaliteit vastgesteld. De gebiedsspecifieke kenmerken en de mogelijkheden bepalen de toekenning van de ambitie per milieudoel: geluid, lucht, bodem, afval, water, ecologie en groen, energie, mobiliteit, externe veiligheid en binnenmilieu. Met het vaststellen van milieuambities per gebiedstype wordt richting gegeven aan de kwaliteit die de verschillende onderdelen van het milieu op een bepaald tijdstip dienen te hebben. Er is een zestal gebiedstypen gedefinieerd. Het plangebied behoort tot het gebiedstype 'Wonen'.

Het gebiedsgericht milieubeleid maakt onderscheid tussen 3 verschillende ambitieniveaus:

• Milieu Basis: ambities die aansluiten bij de bestaande wet- en regelgeving en het bestaande gemeentelijk beleid.
• Milieu Extra: ambities die een stuk verder gaan dan het wettelijke minimum.
• Milieu Maximaal: de maximaal haalbare ambitie voor een thema.

In onderstaande tabel is per thema aangegeven op welke wijze aan de ambitieniveaus wordt voldaan.

Thema	Welke ambitie is vastgesteld?	Wordt de ambitie in het plan gerealiseerd?	Toelichting
Bodem	extra	ja	Op dit moment zijn er ter plaatse van het plangebied geen locaties bekend waarvan is gebleken dat er sprake is van ernstige bodemverontreiniging. Alvorens met de bouw zal worden begonnen zal nader onderzoek plaatsvinden. Afhankelijk van de uitkomst van dit onderzoek zullen passende maatregelen genomen worden.
Externe Veiligheid	maximaal	ja	Het plangebied ligt niet binnen 200 m van de snelweg of andere delen van de route gevaarlijke stoffen. In en rondom het plangebied zijn geen hogedruk aardgastransportleidingen gelegen. Er zijn ook geen LPG-tankstations of andere inrichtingen voor de opslag van gevaarlijke stoffen aanwezig of geprojecteerd.
Geluid	maximaal	ja/gedeeltelijk	Hoewel het bestemmingsplan een overschrijding van de voorkeursgrenswaarde van 48 dB heeft, treedt nergens een geluidsbelasting van meer dan de maximale ontheffingswaarde voor nieuwbouw van 63 dB op. Doordat uit het akoestisch onderzoek blijkt dat het doortrekken van de geluidwal onvoldoende effect zal hebben op de optredende geluidbelasting, zijn in aanvulling daarop ook andere maatregelen onderzocht om de geluidsbelasting te laten afnemen. Deze maatregelen hebben betrekking op bronmaatregelen in de vorm van het reduceren van de rijsnelheid ter plaatse en het aanbrengen van geluidreducerend asfalt. Verder is een beschouwing gemaakt van de mogelijkheden om in het overdrachtsgebied maatregelen in de vorm van afscherming toe te passen. Op basis van het uitgevoerde onderzoek is echter geconcludeerd dat deze andere maatregelen onvoldoende doeltreffend zijn of op bezwaren stuiten van financiële, verkeerskundige, stedenbouwkundige en landschappelijk aard.
Lucht	maximaal	ja	Voor het gebied geldt het ambitieniveau "maximaal". Dit betekent dat de concentraties voor stikstofdioxide en fijn stof maximaal 36 µg/m3 mogen zijn. Binnen het gebied van het bestemmingsplan wordt ruimschoots voldaan aan deze waarden en daarmee aan het ambitieniveau. De concentratie stikstofdioxide ligt rond de 30 µg/m3 in 2010 en voor fijn stof zal dat ongeveer 27 µg/m3 zijn.
Mobiliteit	extra	ja	De locatie zal voor het gemotoriseerde verkeer worden ontsloten door middel van twee ontsluitingen op de Q.A. Nederpelstraat. Op de plankaart zijn functieaanduidingen aangegeven waarbinnen de ontsluiting gerealiseerd dient te worden. Beide aansluitingen kunnen verkeersveilig worden ingepast in de Q.A. Nederpelstraat. Het maximaal aantal van 90 woningen zal nauwelijks extra druk leggen op de bestaande verkeersafwikkeling in deze straat, dan wel die van het wijkje op de omliggende wijkontsluitingswegen. Voorkomen dient te worden dat de nieuw aan te leggen route gaat dienen als alternatief van de route Q.A. Nederpelstraat - A. van der Tangstraat. Het plangebied zal tevens door middel van een voet- en fietspad op de Escamplaan worden ontsloten. Ten behoeve van het vaststellen van de parkeerbehoefte is gerekend volgens de Parkeernormen bij wonen overig gebied (Haagse parkeernormen Bouwen en Parkeren in Den Haag - januari 2007). Het parkeren wordt opgelost binnen het plangebied in de openbare ruimte of op eigen terrein. De uiteindelijk benodigde parkeervraag kan pas worden bepaald wanneer meer bekend is over het type en grootte van de verschillende woningen. Op ca. 7 minuten lopen vanaf de locatie is een halte voor Tramlijn 2 (Kapelaan Meerboerweg). Met deze tram kan het centrum van Den Haag en het Centraal Station in 30 tot 40 minuten worden bereikt.
Schoon	extra	ja	Als beeldkwaliteit wordt residentiekwaliteit aangehouden. Bij de aanleg van de openbare ruimte dient rekening te worden gehouden met het te zijner tijd aanbrengen van ondergrondse voorzieningen t.b.v. huisvuilinzameling.
Water	extra Eshofpolder: water dat behaagt	ja	Het plangebied wordt aan drie kanten begrensd door water (gracht). De lange thans aanwezige duiker (3166) langs de Escamplaan vervalt door de aanleg van water centraal door het plangebied. De aan te leggen straten worden in klinkers en/of tegels aangelegd waardoor het hemelwater in de grond infiltreert.
Natuur	extra	ja	Op de locatie komt openbaar groen en worden bomen geplant.
Klimaat	maximaal	ja	De gemeenteraad heeft in 2007 de ambititie uitgesproken om nieuwbouw te voorzien van een GPR 7 (Gemeentelijke Praktijk Richtlijn voor duurzaam bouwen). Dit is in beginsel het uitgangspunt voor nieuwe bouwplannen. In het collegeakkoord (2010-2014) is daarnaast de ambitie opgenomen dat Den Haag in 2040 klimaatneutraal is. In de omgeving van het plangebied wordt verkend of een collectieve warmtevoorziening zal worden aangelegd. Aantakking van het plangebied zal te gelegener tijd kunnen worden overwogen.