Plan: | Laakhaven West en Petroleumhaven |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0192FLaakhavenW-50VA |
Het voorliggende bestemmingsplan ziet toe op de wijziging van de bestemming ter plaatse van Laakhaven West en Petroleumhaven. Daarnaast wordt op een aantal locaties uitgegaan van consolidering van de bestaande situatie. Voor de nieuwe ontwikkelingen is beoordeeld of er sprake is van een bouwplan als bedoeld in art.6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening:
Als bouwplan als bedoeld in artikel 6.12, eerste lid, van de wet, wordt aangewezen een bouwplan voor:
Bron: Afdeling 6.2 Grondexploitatie, Artikel 6.2.1 Bro
In dit bestemmingsplan wordt op verschillende locaties de bouw van een hoofdgebouw voorzien, waardoor de gemeente in principe verplicht is een exploitatieplan vast te stellen bij dit bestemmingsplan. De raad kan op basis van art. 6.12, tweede lid Wro echter besluiten om geen exploitatieplan vast te stellen wanneer:
Het bestemmingsplan is economisch uitvoerbaar. Het kostenverhaal voor de in het bestemmingsplan opgenomen ontwikkelingen is anderszins verzekerd middels een anterieure overeenkomst (transformatie Pionier) en gemeentelijk grondeigendom. Behalve de Pionier locatie vallen alle ontwikkelingen binnen actieve gemeentelijke grondexploitaties waarvan de plansaldi financieel zijn afgedekt. Eventuele risico's worden opgevangen middels de Reserve Grondbedrijf. Uitvoering is hierdoor gegarandeerd. Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheid voor de bestemming Bedrijf – 1 wordt een anterieure overeenkomst met de initiatiefnemer gesloten, of wordt een exploitatieplan vastgesteld
Daarnaast is het niet noodzakelijk om een tijdvak of fasering te bepalen als bedoeld in art. 6.13 eerste lid onder c, 4º en 5º, noch om eisen, regels of een uitwerking van regels te stellen als bedoeld in art. 6.13 tweede lid onder b, c en d van de Wro.
Conclusie
Het bestemmingsplan is economisch uitvoerbaar. Omdat het kostenverhaal voor de ontwikkelingen anderszins is verzekerd is en aanvullende eisen niet noodzakelijk zijn wordt – op grond van artikel 6.12 tweede lid Wro – besloten geen exploitatieplan vast te stellen.