Plan: | Bezuidenhoutseweg 30 t/m 216 |
---|---|
Status: | concept |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0171GBezuidenwg-50VA |
Het archeologisch beleid van de gemeente Den Haag – vastgelegd in de Beleidsnota 2000-2005 van de Afdeling Archeologie – is er op gericht de in de grond aanwezige archeologische waarden zoveel mogelijk te behouden. Wanneer dat niet mogelijk blijkt moet de aanwezige archeologie veilig worden gesteld door middel van opgravingen.
Het provinciale beleid aangaande archeologie staat vermeld in het Streekplan Zuid-Holland West. Uitgangspunten zijn daarbij de Cultuurhistorische Hoofdstructuur, De Archeologische Monumentenkaart (AMK) en de Indicatieve Kaart voor Archeologische Waarden (IKAW).
Daarnaast is de Wet op de archeologische monumentenzorg (Wamz) op 1 september 2007 in werking getreden. Daarin neemt de zorg voor het archeologisch erfgoed een belangrijke plaats in. Nieuw is de bepaling dat “de verstoorder betaalt”: initiatiefnemers van projecten die schade aan archeologische waarden zullen veroorzaken zijn verantwoordelijk voor de kosten van het noodzakelijk archeologisch onderzoek.
Het bestemmingsplangebied Bezuidenhoutseweg 30 t/m 216 is volgens de Archeologische-geologische kaart van Den Haag gelegen in een niet door Jong Duin overstoven strandvlakte.
Strandvlaktes zijn laaggelegen gebieden tussen de strandwallen, waar natte omstandigheden de groei van veenpakketten mogelijk maakten. Strandvlaktes waren in het verre verleden niet zo geschikt als nederzettingsterrein, maar konden wel vaak als akker- en weideland dienen.
Hoewel er binnen het plangebied geen vindplaatsen bekend zijn, is de kans op archeologische waarden uit de pre- en vroeghistorische periodes ter plekke dan ook zeker niet uitgesloten.
Ook voor wat betreft de historische tijd heeft de strook aan de Bezuidenhoutseweg archeologische potentie. De huidige specifieke contouren met de grillig lopende sloot aan de noordzijde zijn al enkele eeuwen oud; binnen die contouren is volgens oude kaarten in elk geval in de 17de eeuw al bebouwing aanwezig. De kans dat hier nog resten van over zijn is groot.
Het bestemmingsplangebied Bezuidenhoutseweg kent dus in zijn geheel een archeologische verwachting. Daarom moet bij nieuwe initiatieven ter plekke die met grondverzet gepaard gaan altijd archeologisch vooronderzoek worden uitgevoerd om de daadwerkelijke archeologische waarde te bepalen en om te beoordelen wat moet worden gedaan om die waarden tot hun recht te laten komen.