direct naar inhoud van 3.5 Milieubeleid
Plan: Binnenstad Oost
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0513.0900BPBinnoost-DF01

3.5 Milieubeleid

3.5.1 Rijksbeleid

Voor het milieubeleid zijn het Nationale Milieubeleidsplan 3 (NMP3; VROM, 1998) en Nationale Milieubeleidsplan 4 (NMP4; VROM, 2001) van belang.

Het NMP3 bevat de strategie voor het milieubeleid. Hierin staan onder meer de volgende thema's uitgewerkt:

  • verbetering van het milieu: zuinig omgaan met energie en natuurlijke grondstoffen;
  • gebruik maken van wetenschap en technologie;
  • centraal stellen van de kwaliteit van de omgeving;
  • vergroten van integratie, maatwerk en flexibiliteit.

Voor energiezuinigheid en klimaatbeleid gelden verschillende wettelijke kaders en beleidsuitgangspunten.

Energie-eisen

De energie-eisen die landelijk worden gesteld aan de bebouwing zijn vastgelegd in het Bouwbesluit. De EPC (energieprestatiecoƫfficiƫnt) voor woningen is in het Bouwbesluit 0,8. Voor utiliteitsbouw geldt een EPC=1,5, die per 1 januari 2009 zal worden verlaagd tot 1,1. Het kabinet heeft beleid vastgesteld om de EPC voor woningen aan te scherpen tot EPC=0,6 in 2011 en EPC=0,4 in 2015. Tot 2020 zullen ook de EPC's voor verschillende utiliteitsfuncties worden aangescherpt. Vanaf 2020 dienen alle nieuwe woningen en bedrijfsgebouwen energieneutraal te worden opgeleverd.

Europese richtlijn inzake de EPBD

Per 1 januari 2008 is de EPBD-richtlijn in Nederland ingevoerd. De Energy Performance of Buildings Directive is de Europese richtlijn voor de energieprestatie van gebouwen, die tot doel heeft het stimuleren van een verbeterde energieprestatie voor gebouwen in Europa, daarbij rekening houdend met de klimatologische en plaatselijke omstandigheden buiten het gebouw, de eisen voor het binnenklimaat en de kosteneffectiviteit.

Onderdeel van de EPBD is de energiecertificering van gebouwen. Bij bouw, verkoop of verhuur is de eigenaar vanaf 1 januari 2008 verantwoordelijk voor de aanwezigheid van een energieprestatiecertificaat. Voor openbare gebouwen met publieksfunctie gelden nadere eisen.

3.5.2 Gemeentelijk beleid

Beleidsplan Milieu en water, plan van aanpak leefomgevingkwaliteit

De Omgevingsdienst Midden-Holland heeft per gebied(stype) in kaart gebracht wat de actuele milieusituatie is voor tenminste de aspecten bodem, geluid, luchtkwaliteit en externe veiligheid. Het is de bedoeling deze milieusituatie af te zetten tegen het wettelijke minimumniveau (wettelijk verplichte grenswaarden), het gewenste niveau en het optimale niveau.

Doel is een gebiedsgerichte benadering door te voeren waarbij het milieu betrokken wordt in de ruimtelijke planvorming zodat de leefbaarheid, duurzaamheid, kwaliteit en uitvoerbaarheid van het plan aanzienlijk vergroot kunnen worden.

Om deze doelstellingen te bereiken is in juni 2007 de Regionale handreiking Milieukwaliteiten vastgesteld door de Bestuurscommissie Milieudienst. Deze handreiking biedt de gemeenten praktische handvatten en een kader om de eigen gewenste milieukwaliteiten vast te stellen.

Klimaatbeleid

De gemeente Gouda kent vastgesteld klimaatbeleid, uitgewerkt in haar klimaatprogramma. Hierin is opgenomen dat bij grootschalige nieuwbouw- en herstructureringsprojecten voor woonwijken en bedrijventerreinen een energievisie wordt opgesteld, waarbij voor het gehele gebied gestreefd wordt naar een Energie Prestatie op Locatie (EPL) van minimaal 7,5. Daarnaast geldt voor gebouwen een minimaal streven om 10% van het energieverbruik te dekken uit duurzame bronnen en de EPC aan te scherpen met minimaal 10% ten opzichte van het geldende Bouwbesluit.

Duurzaamheid

Duurzaam bouwen (dubo) is het op dusdanige manier bouwen, dat gedurende de gehele levensloop van het gebouw en de gebouwde omgeving zo min mogelijk (milieu-)belasting ontstaat. Duurzame stedenbouw is een belangrijk en voorwaardenscheppend onderdeel van dubo. Verschillende nieuwe, maar zeker ook al bestaande initiatieven en/of maatregelen worden in het kader van dubo samengevoegd tot een duurzaam geheel.

Het verduurzamen van de samenleving kent nog geen wettelijke kaders. Wel zijn verschillende partijen, waaronder gemeenten, al vele jaren actief met het ontwikkelen en implementeren van lokaal beleid en stimuleringsinstrumenten inzake duurzaamheid.

Gemeentelijk beleid inzake duurzaam bouwen

In 2005 is in de regio Midden-Holland een overkoepelend integraal Regionaal Beleidskader Duurzaam Bouwen vastgesteld door de Bestuurscommissie Milieudienst. In januari 2006 heeft het college van burgemeester en wethouders ingestemd met dit nieuwe beleidskader. Hierin wordt duurzaamheid in een integrale aanpak gekoppeld aan gezondheid en veiligheid van de leefomgeving.

Het nieuwe Regionaal Beleidskader Duurzaam Bouwen biedt uitgangspunten voor bestaande en nieuwe woningbouw, gemeentelijke gebouwen, utiliteitsbouw, bedrijventerreinen, stedenbouw en GWW. Onderdeel van het beleidskader is een regionale projectaanpak, die aansluit bij de projectmatige aanpak van gemeenten. Daarbij wordt gebruik gemaakt van het instrument GPR-Gebouw, waarmee gedurende de bouwontwikkeling op gebouwniveau prestaties op het gebied van duurzaam en toekomstgericht bouwen gemonitord worden. GPR-gebouw is inmiddels opgewaardeerd van versie 3.2 naar versie 4.0. In versie 4.0 wordt op de volgende thema's de kwaliteit van de gebouwen met behulp van rapportcijfers beoordeeld: energie, milieu,gebruikskwaliteit, toekomstwaarde en gezondheid. Hierin zijn labels als woonkeur en politiekeurmerk veilig wonen verwerkt. Duurzaamheid wordt zo meegenomen als een van de aspecten van de totale woningkwaliteit. GPR-scores worden weergegeven in een schaal van 5 tot 10. In de regio wordt voor GPR-versie 4.0 een minimumniveau van 7,2 gehanteerd voor alle thema's. Gouda hanteert voor woonkwaliteit een hogere GPR-score,nl 9.0.

Gemeentelijk beleid inzake FSC producten

Tevens geldt in de gemeente Gouda het convenant met FSC Nederland. In alle aanbestedingen/leveringen wordt gewerkt met FSC gecertificeerde leveranciers, die FSC producten leveren.