direct naar inhoud van 5.7 Externe veiligheid
Plan: Dalem
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0512.BP2011110-8100

5.7 Externe veiligheid

Voor inrichtingen is het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) van toepassing. Het beleid voor transport staat in de circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen, die op termijn vervangen zal worden door het Besluit transportroutes externe veiligheid. Voor buisleidingen geldt het Besluit externe veiligheid buisleidingen.
De wetgeving en het Nederlandse beleid zijn gericht op de bescherming van mensen die zich bevinden in beperkt kwetsbare en kwetsbare objecten. Kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten zijn bijvoorbeeld woningen, ziekenhuizen, recreatieterreinen, bedrijfsgebouwen of andere gebouwen waarin zich personen bevinden.

Twee begrippen staan centraal; het plaatsgebonden risico en het groepsrisico.

  • het plaatsgebonden risico (PR) wordt weergegeven met een risicocontour rondom de risicobron. Binnen de risicocontour van 10-6 per jaar mogen geen nieuwe kwetsbare objecten worden geprojecteerd;
  • het groepsrisico kent een oriëntatiewaarde en moet bij ruimtelijke besluiten binnen het invloedsgebied van een Bevi-inrichting worden verantwoord. Voor transport van gevaarlijke stoffen is enkel een verantwoording van het groepsrisico nodig bij een toename van het groepsrisico of een overschrijding van de oriëntatiewaarde.

In het plangebied bevinden zich kwetsbare objecten, met name woningen. Daarom is geïnventariseerd welke risicobronnen (inrichtingen, weg, spoor, water en buisleidingen) in of nabij het plangebied aanwezig zijn. Hiervoor is de risicokaart van de provincie Zuid-Holland geraadpleegd.

Inrichtingen
In het plangebied zijn geen inrichtingen aanwezig die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (“Bevi-inrichtingen”). In dit bestemmingsplan is ook geen mogelijkheid opgenomen om een dergelijke inrichting toe te staan.
In de omgeving van het plangebied zijn geen Bevi-inrichtingen aanwezig, waarvan de risicocontour (PR 10-6) of het invloedsgebied zich uitstrekt over het plangebied.

Transport over weg en spoor
Er vindt vervoer van gevaarlijke stoffen plaats over rijksweg A15, A27 en de spoorweg Betuweroute. Deze transportassen bevinden zich op meer dan 1,3 km van het plangebied. Het plangebied ligt op grote afstand van de risicocontouren (PR 10-6) langs deze transportassen en ligt buiten het invloedsgebied van de A15 en A27.
Het plangebied ligt in het invloedsgebied van de Betuweroute (de stofcategorie die hierover wordt vervoerd met het grootste invloedsgebied is D4 - zeer giftige vloeistoffen. Het invloedsgebied hiervan ligt op 3000 meter). Gezien de afstand van het plangebied tot de Betuweroute is er geen overschrijding van de oriëntatiewaarde van het groepsrisico en door dit bestemmingsplan neemt het groepsrisico niet toe.
De Graaf Reinaldweg maakt geen onderdeel uit van een route voor gevaarlijke stoffen. Deze weg heeft geen risicocontour (PR 10-6). Evenmin is sprake van een knelpunt of toename van het groepsrisico.

Transport over water
Het plangebied ligt nabij de Boven Merwede. Over deze rivier vindt vervoer van gevaarlijke stoffen plaats. Uit risicoberekeningen, die zijn uitgevoerd in het kader van het landelijke basisnet voor het vervoer van gevaarlijke stoffen, blijkt dat er geen risicocontour (PR 10-6) op de oever ligt. De oriëntatiewaarde van het groepsrisico wordt niet overschreden. Het conserverende bestemmingsplan leidt niet tot een toename van het groepsrisico.

Transport door buisleidingen
Ten westen van het plangebied bevind zich, op meer dan 270 meter afstand van het plangebied, een buisleiding voor het transport van aardgas. Deze buisleiding heeft een risicocontour (PR 10-6) van 0 meter en een invloedsgebied van 95 meter en is derhalve niet relevant voor dit bestemmingsplan.

Conclusie
Er wordt voldaan aan de grenswaarde van 10-6 voor het plaatsgebonden risico en aan de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico. Het conserverende bestemmingsplan leidt niet tot een toename van het groepsrisico, zodat verantwoording van het groepsrisico niet nodig is.
Er zijn vanuit het aspect externe veiligheid geen belemmeringen voor het bestemmingsplan.