direct naar inhoud van 7.2 Inspraak
Plan: Stad Goedereede en dorpsgebied Ouddorp 2012
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0511.GDRStdGdrDrpOdrp11-BP40

7.2 Inspraak

Het voorontwerpbestemmingsplan heeft op basis van de gemeentelijke inspraakprocedure vanaf 19 september voor een periode van 6 weken ter inzage gelegen. De binnengekomen inspraakreacties zijn hieronder uiteengezet en van een beoordeling voorzien. Per inspraakreactie is een conclusie opgenomen die aangeeft of de betreffende inspraakreactie heeft geleid tot aanpassing van het plan.

Reactie 1

Samenvatting reactie

Inspreker geeft aan dat bij het perceel Rustburg 28 te Ouddorp een openbare grondstrook is aangekocht die in het bestemmingsplan nog niet bij het woonperceel is gevoegd. Inspreker verzoekt het woonperceel en de bijbehorende bestemming af te stemmen op de nieuwe situatie.

Beoordeling reactie

De bestemmingslegging van het betreffende woonperceel wordt aangepast aan de nieuwe kadastrale situatie.

Conclusie

De inspraakreactie leidt tot aanpassing van de verbeelding. De verbeelding wordt aangepast op de nieuwe kadastrale situatie van het perceel Rustburg 28.

Reactie 2

Samenvatting reactie

Inspreker verzoekt bij de bestemmingslegging voor de woonpercelen Rustburg 24, 26 en 28 rekening te houden met de huidige kadastrale grenzen achter nummer 24, 26 en 28 en naast nummer 24.

Beoordeling reactie

De bestemmingslegging van de betreffende woonpercelen worden aangepast aan de nieuwe kadastrale situatie.

Conclusie

De inspraakreactie leidt tot aanpassing van de verbeelding. De verbeelding wordt aangepast op de nieuwe kadastrale situatie van de percelen Rustburg 24, 26 en 28.

Reactie 3

Samenvatting reactie

Inspreker spreekt in namens cliënt die het voornemen heeft de horecalocatie aan de Prins Hendrikweg 27 weer in gebruik te nemen als pannenkoekenhuis met daarachter een woning.

Daartoe verzoekt inspreker de gemeente om het bouwvlak te handhaven zoals dit in het vigerende bestemmingsplan is opgenomen. Het bouwvlak uit het vigerende plan kent namelijk achter de achtergevel van de horecagelegenheid nog de nodige ruimte om een woning te kunnen realiseren. De schuin aflopende achtergrens van dit bouwvlak verzoekt inspreker daarbij in een rechte lijn door te trekken.

Beoordeling reactie

Gelet op de voornemens van inspreker en de mogelijkheden die het vigerende bestemmingsplan bieden, wordt het bouwvlak aangepast conform het vigerende plan en wordt hierbij de mogelijkheid opgenomen tot het realiseren van een bedrijfswoning.

Conclusie

De inspraakreactie leidt tot aanpassing van de verbeelding. Het bouwvlak van de horecalocatie aan de Prins Hendrikweg 27 wordt aangepast en er wordt een bedrijfswoning toegestaan.

Reactie 4

Samenvatting reactie

Inspreker spreekt in namens cliënt die het verzoek heeft om het perceel Melkdijkje 5 te bestemmen als Wonen - 2 in plaats van als Wonen - 1.

Beoordeling reactie

De bestemming Wonen - 1 sluit aan op het Handboek Ruimtelijk Beleid van de gemeente, waarin de standaard bebouwingsmogelijkheden voor woonpercelen zijn vastgelegd. Om die reden worden woonpercelen in de regels als Wonen - 1 bestemd.

Voor de randen van Ouddorp, waar meer sprake is van lintbebouwing met daartussen een grotere mate van openheid in het landschap, is de bestemming Wonen - 2 toegepast. Deze bestemming kent een afwijkende systematiek waarmee de openheid van het landschap beschermd wordt. De locatie waarvoor inspreker verzoekt om de bestemmingslegging aan te passen, ligt in de bebouwde kom van Goedereede waar sprake is van een 'standaardsituatie'. Om die reden wordt vastgehouden aan de in het voorontwerpbestemmingsplan opgenomen bestemmingslegging.

Bovendien is de achtergrond van het verzoek dat een gewenste uitbreiding van het hoofdgebouw niet tot de mogelijkheden in verband met een beperkte diepte. Specifiek op dit punt wil het gemeentebestuur aangeven dat het vigerende plan hoofdgebouwen tot 12 m diep toestaat met een afwijkingsmogelijkheid tot 3 m extra, waar het nieuwe bestemmingsplan een bouwvlak voor hoofdgebouwen kent van 15 m diep. In die zin worden dezelfde mogelijkheden geboden, bovendien zonder tussenkomst van een extra afwijkingsprocedure.

Conclusie

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Reactie 5

Samenvatting reactie

Inspreker spreekt in namens cliënt die verzoekt om op de bestaande uitbouw aan de achterzijde van de woning Marijkeweg 4 een verdieping te mogen plaatsen.

Beoordeling reactie

Het bestemmingsplan en de toegepaste systematiek voor de woonbestemming is afgestemd op het Handboek Ruimtelijk Beleid van de gemeente. Daarin zijn uitgangspunten vastgelegd over de bouwmogelijkheden op woonpercelen. Zo worden de mogelijkheden voor het hoofdgebouw benoemd en daarnaast ook uitgangspunten voor erfbebouwing waaronder aan- en uitbouwen, waaronder een beperkte hoogtemaat. De gevraagde verhoging past niet binnen deze uitgangspunten. Bovendien herkent het gemeentebestuur in deze situatie geen bijzonderheden zoals bijvoorbeeld beperkingen om elders uit te breiden, zodat zij geen reden ziet van de standaardsystematiek af te wijken.

Conclusie

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Reactie 6

Samenvatting reactie

Inspreker spreekt in namens cliënt, die verzoekt om de bestemming Schurveling langs het perceel Margrietweg 19 te wijzigen naar Wonen. De reden voor dit verzoek is dat de als Schurveling bestemde gronden geen authentieke schurveling betreffen, maar een kunstmatig aangelegde zandwal die zo'n 15 jaar geleden is aangelegd na de sloop van de voormalige huishoudschool.

Beoordeling reactie

In de juridische planbeschrijving is reeds een korte toelichting gegeven op de toepassing van de bestemming Natuur - Schurveling. In deze beschrijving wordt aangegeven dat deze bestemming in beginsel is toegepast voor de voor het gebied karakteristieke schurvelingen. Ook de in de loop der tijd aangelegde zandwallen zijn echter op deze wijze bestemd. Hoewel deze zandwallen kunstmatig zijn aangelegd, zijn ze inmiddels zo beeld- en structuurbepalend dat ze dezelfde ruimtelijke werking hebben als een schurveling en daarom ook als zodanig bestemd zijn.

Conclusie

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Reactie 7

Samenvatting reactie

Inspreker heeft het voornemen een berging in de tuin te plaatsen, maar het perceel Dorpsweg 9, Ouddorp is kadastraal echter smal en diep. Wanneer de berging binnen de aanwezige ruimte van de woonbestemming wordt opgericht, kan daardoor vanuit de woning of vanaf het terras niet meer in de achterliggende tuin worden gekeken. Om die reden verzoekt inspreker de bestemming Tuin te wijzigen in de woonbestemming.

Beoordeling reactie

De bestemmingslegging zoals in het voorontwerpbestemmingsplan is opgenomen, is bewust gekozen om bij de lintbebouwing een zekere mate van flexibiliteit in bouwmogelijkheden te bieden en anderzijds de karakteristieke openheid van het landschap te bewaren. Het bouwvlak (gelijk aan bestemmingsvlak Wonen - 2) zorgt daarbij voor een concentratie van de bebouwing op (het voorste deel van) het perceel, terwijl de omvang van dit vlak voldoende mogelijkheden laat om hier flexibel mee op te gaan. De mogelijkheden die binnen dit vlak geboden worden en het feit dat binnen de tuinbestemming in beperkte mate al bebouwing wordt toegestaan, zorgen ervoor dat de tuinbestemming niet worden omgezet naar Wonen - 2 om zo verdere spreiding van bebouwing tegen te gaan. Wel wordt erop gewezen dat de toegestane oppervlaktemaat aan bebouwing binnen deze tuinbestemming wordt verruimd van 6 m² naar 10,5 m².

Conclusie

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Reactie 8

Samenvatting reactie

Inspreker verzoekt om voor een beoogde vergroting van de woning aan de Stationsweg 2 de voor deze woning opgenomen maximum goothoogte te verhogen.

Beoordeling reactie

Het gemeentebestuur beoogt met dit bestemmingsplan een consoliderende regeling te bieden voor de bestaande situatie. Omdat gewenste ontwikkelingen vaak vragen om aanvullend onderzoek en de kans vergroten op reacties c.q. zienswijzen tegen de ontwikkelingsmogelijkheden, hanteert het gemeentebestuur het principe dat nieuwe ontwikkelingen via een afzonderlijke procedure worden getoetst en beoordeeld. Inspreker wordt daarom verzocht een afzonderlijke aanvraag voor een omgevingsvergunning in te dienen dat door de betreffende afdeling beoordeeld kan worden.

Conclusie

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Reactie 9

Samenvatting reactie

Inspreker verzoek om de bestemming als schurveling bestemde gronden langs het perceel Dirkdoensweg 19 aan te passen. Het gaat volgens inspreker niet om authentieke schurvelingen, maar om door inspreker zelf aangelegde zandwallen.

Beoordeling reactie

In de juridische planbeschrijving is reeds een korte toelichting gegeven op de toepassing van de bestemming Natuur - Schurveling. In deze beschrijving wordt aangegeven dat deze bestemming in beginsel is toegepast voor de voor het gebied karakteristieke schurvelingen. Ook de in de loop der tijd aangelegde zandwallen zijn echter op deze wijze bestemd. Hoewel deze zandwallen kunstmatig zijn aangelegd, zijn ze inmiddels zo beeld- en structuurbepalend dat ze dezelfde ruimtelijke werking hebben als een schurveling en daarom ook als zodanig bestemd zijn.

In dit specifieke geval is naast 'schurvelingen' met een afschermende werking langs de buitenrand van het perceel echter ook sprake van een deel van de 'schurveling' dat tot in het perceel van inspreker loopt. Gelet op het feit dat dit deel van de 'schurveling' geen ruimtelijke werking heeft en omdat hiermee eenvoudig meer praktische mogelijkheden op het perceel van inspreker geboden kunnen worden, wordt dit deel van de 'schurveling' niet langer als zodanig bestemd. Ter plaatse wordt de aangrenzende bestemming Wonen - 2 doorgetrokken.

Conclusie

De inspraakreactie leidt tot aanpassing van de verbeelding. De 'zijtak' van de als Schurveling bestemde gronden, die tot in het perceel van inspreker loopt, wordt bestemd als Wonen - 2.

Reactie 10

Samenvatting reactie

Inspreker verzoekt om de bestemmingslegging voor het perceel Dirkdoensweg 19 dusdanig aan te passen dat na sloop van de bestaande woning een vervangende woning met afwijkende maten kan worden teruggebouwd. Op basis van de beoogde nieuwbouw kan onder andere kantoorruimte aan huis worden gerealiseerd en kan de woning dusdanig worden ingericht dat inspreker hier nog lange tijd kan blijven wonen.

Beoordeling reactie

Het gemeentebestuur beoogt met dit bestemmingsplan een consoliderende regeling te bieden voor de bestaande situatie. Omdat gewenste ontwikkelingen vaak vragen om aanvullend onderzoek en de kans vergroten op reacties c.q. zienswijzen tegen de ontwikkelingsmogelijkheden, hanteert het gemeentebestuur het principe dat nieuwe ontwikkelingen via een afzonderlijke procedure worden getoetst en beoordeeld. Inspreker wordt daarom verzocht een bouwplan (al dan niet een schetsplan) in te dienen dat door de betreffende afdeling beoordeeld kan worden.

Conclusie

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Reactie 11

Samenvatting reactie

Inspreker verzoekt om aan het perceel Waterweg 3 de woonbestemming dieper door te laten lopen, tot aan de plangrens. Reden voor dit verzoek is het voornemen om achter de woning een nieuwe berging op te kunnen richten.

 

Beoordeling reactie

De bestemmingslegging zoals in het voorontwerpbestemmingsplan is opgenomen, is bewust gekozen om bij de lintbebouwing een zekere mate van flexibiliteit in bouwmogelijkheden te bieden en anderzijds de karakteristieke openheid van het landschap te bewaren. Het bouwvlak (gelijk aan bestemmingsvlak Wonen - 2) zorgt daarbij voor een concentratie van de bebouwing op (het voorste deel van) het perceel, terwijl de omvang van dit vlak voldoende mogelijkheden laat om hier flexibel mee op te gaan. De mogelijkheden die binnen dit vlak geboden worden en het feit dat binnen de tuinbestemming in beperkte mate al bebouwing wordt toegestaan, zorgen ervoor dat de tuinbestemming niet worden omgezet naar Wonen - 2 om zo verdere spreiding van bebouwing tegen te gaan. Wel wordt erop gewezen dat de toegestane oppervlaktemaat aan bebouwing binnen deze tuinbestemming wordt verruimd van 6 m² naar 10,5 m².

Conclusie

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Reactie 12

Samenvatting reactie

Woningbouwvereniging Beter Wonen Goedereede gaat in op het onderscheid tussen de bestemmingen Wonen - 1 en Wonen - 2 en vraagt zich af wat dit betekent wanneer zij woningen c.q. woonblokken uit haar bestand wil vernieuwen. Praktische vragen die daarbij aan de orde komen zijn of de vereniging daarbij beperkt wordt in het aantal en type terug te bouwen woningen.

Het tweede punt waar de vereniging op ingaat is de beperking die de bestemming Wonen - 1 vormt, doordat niet langer het gehele kavel benut kan worden.

Beoordeling reactie

Het uitgangspunt voor het nieuwe bestemmingsplan is meer uniformiteit tussen de diverse plannen en een consoliderende regeling die aansluit bij de bestaande situatie. Om die reden is door middel van de bestemmingen Wonen - 1 en Wonen - 2 onderscheid gemaakt tussen de bouwmogelijkheden voor 'standaardsituaties' enerzijds en de grotere percelen en lintbebouwing anderzijds. Ook het toegestane woningtype en het maximum aantal woningen (gelijk aan huidige situaties) is vastgelegd.

Op die manier wordt de bestaande stedenbouwkundige situatie op hoofdlijnen beschermd. Op perceelsniveau daarentegen ontstaan op onderdelen grotere mogelijkheden, bijvoorbeeld door grotere toegestane dieptes voor hoofdgebouwen (Wonen - 1) of door uitsluitend een maximum inhoudsmaat vast te leggen (Wonen - 2).

Op perceelsniveau kent het plan zodoende flexibiliteit in de bouwmogelijkheden om bestaande woningen te vernieuwen aan de eisen en wensen van deze tijd. Wanneer er echter initiatieven zijn om blokken c.q. rijen geheel aan te passen naar een ander woningtype of naar een groter aantal woningen, zal een procedure nodig zijn om af te wijken van het bestemmingsplan.

Met bovenstaande beschrijving is ook al deels ingegaan op het tweede punt van inspreker, waarin gesteld wordt dat de bestemming Wonen - 1 een beperking vormt omdat niet langer het gehele kavel benut kan worden. Het vigerende plan kent weliswaar ruimere bouwvlakken, maar daaraan zijn in de voorschriften aanvullende regels gebonden. Voorbeelden hiervan zijn een maximumdiepte voor de hoofdgebouwen en een minimumafstand tot de zijdelingse perceelsgrens. In de nieuwe systematiek zijn dergelijke afstandsmaten verwerkt in de maat van het bouwvlak. Het bouwvlak is hierdoor inderdaad kleiner, maar de hoofdopzet van de regeling is vergelijkbaar. Buiten het bouwvlak is overigens nog erfbebouwing toegestaan in de vorm van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen.

Conclusie

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Reactie 13

Samenvatting reactie

Inspreker spreekt in namens de Hervormde Gemeente Ouddorp en gaat in op de bestemmingslegging rondom de Dorpskerk van Ouddorp. De gronden rondom deze kerk zijn in het voorontwerpbestemmingsplan bestemd als Tuin. Inspreker verzoekt om deze gronden, in overeenstemming met de kerk zelf, te bestemmen als Maatschappelijk.

Beoordeling reactie

De gronden hadden voorheen de functie van begraafplaats en vormen ook nu nog een karakteristieke waarde door hun ligging en uitstraling. Het vigerende plan kende om die reden de bestemming Tuin, om bebouwing en gebruik slechts in beperkte mate toe te staan. Het gemeentebestuur wenst deze bestemming te handhaven om het karakteristieke aanzicht zo goed mogelijk te beschermen.

Conclusie

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Reactie 14

Samenvatting reactie

Inspreker verzoekt om de mogelijkheden voor horeca zoals opgenomen aan de Weststraat 19 te Ouddorp, ook op te nemen voor het naastgelegen pand.

Beoordeling reactie

Het gemeentebestuur beoogt met dit bestemmingsplan een consoliderende regeling te bieden voor de bestaande situatie. Omdat gewenste ontwikkelingen vaak vragen om aanvullend onderzoek en de kans vergroten op reacties c.q. zienswijzen tegen de ontwikkelingsmogelijkheden, hanteert het gemeentebestuur het principe dat nieuwe ontwikkelingen via een afzonderlijke procedure worden getoetst en beoordeeld. Inspreker wordt daarom verzocht een afzonderlijke aanvraag voor een omgevingsvergunning in te dienen dat door de betreffende afdeling beoordeeld kan worden.

Conclusie

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Reactie 15

Samenvatting reactie

Inspreker spreekt in namens het bedrijf Sperling Beheer. De gronden naast het perceel Stoofweg 2 zijn recent aangekocht en de eigenaar verzoekt nu de bedrijfsbebouwing op deze gronden te mogen uitbreiden.

Beoordeling reactie

Het gemeentebestuur beoogt met dit bestemmingsplan een consoliderende regeling te bieden voor de bestaande situatie. Omdat gewenste ontwikkelingen vaak vragen om aanvullend onderzoek en de kans vergroten op reacties c.q. zienswijzen tegen de ontwikkelingsmogelijkheden, hanteert het gemeentebestuur het principe dat nieuwe ontwikkelingen via een afzonderlijke procedure worden getoetst en beoordeeld. Inspreker wordt daarom verzocht een afzonderlijke aanvraag voor een omgevingsvergunning in te dienen dat door de betreffende afdeling beoordeeld kan worden.

Conclusie

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.