12.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bouwwerken gelden de regels van artikel 24 en de volgende bepalingen:
-
a. uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan;
-
b. steigers ten behoeve van de toegang tot naastgelegen gronden mogen een maximale bouwhoogte van 4 m en een minimale bouwhoogte van 0,2 m hebben;
-
c. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg' is een verkooppunt voor het aanmeren van een boot ten behoeve van de verkoop van dieselolie, petroleum en gasflessen voor de scheepvaart toegestaan;
-
d. ter plaatse van de aanduiding 'brug' is een beweegbare brug toegestaan waarbij:
- de maximale hoogte van de brug niet meer dan 25 m mag bedragen;
- de maximale hoogte van de geleiding en verlichting gemeten vanaf het brugdek niet meer dan 8 m mag bedragen;
- de maximale bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal 8 m mag bedragen;
- de minimale doorvaarthoogte van de brug in gesloten toestand 1,4 m moet bedragen bij een waterstand van NAP -0,40 m;
- de minimale doorvaartbreedte van de brug 11 m moet bedragen.