direct naar inhoud van 8.2 Cultuurhistorisch waardevolle bebouwing
Plan: Zuidwest 3 Tanthof
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0015-2001

8.2 Cultuurhistorisch waardevolle bebouwing

8.2.1 Bestaande situatie

Het gebied van de wijk Tanthof is oorspronkelijk landelijk gebied, al in de middeleeuwen nog voor het jaar 1000 ontgonnen als regelmatige polderverkaveling uitgaande van de ontginningsas Abtswoudseweg (die nu Abtswoude heet). Deze landroute naar Schiedam is al eeuwenlang aan beide zijden bebouwd met verspreid liggende boerderijen, en sinds het begin van de twintigste eeuw hier en daar vrijstaande woningen. De huidige Tanthofkade is de mogelijk al in de 9e eeuw aangelegde westelijke grens van de ontginning, en heeft het karakter van een oude, onbebouwde waterkering. In de regelmatige polderstructuur bevinden zich in dit plangebied enkele ten opzichte van de ontginning onregelmatige, schuin verlopende oude kreekruggen.

De ontwikkelingsgeschiedenis van de woonwijk Tanthof begint in 1957 met de Structuurschets van de stedenbouwkundigen Froger en Van Embden. In dat plan zijn geheel volgens de principes van de functionalistische stedenbouw twee zuidelijke monofunctionele woongebieden getekend, onderling en van de rest van de grote zuidwestelijke stadsuitbreiding gescheiden door brede groenstroken met daarin (stads)snelwegen. Realisatie van het plan werd vanaf 1960 mogelijk door annexatie van wat toen nog grondgebied van buurgemeente Schipluiden was. Toenemende kritiek op de overmaat aan grootschalige hoogbouw in de volgens hun ontwerpen uitgevoerde wijken Voorhof en Buitenhof leidde 1969 tot ontslag van Froger en Van Embden. Ontwerp van de wijk Tanthof werd een radicale omslag in de stedenbouwkundige en architectonische vormgeving van nieuwe Delftse woonwijken. Ook het opvallende ontwerp van Van den Broek en Bakema uit 1969 met rondom een diagonaal gelegen kruisvormige hoofdwegenstructuur geplaatste megastructuren werd als te grootschalig afgewezen.

Stedenbouwkundigen van de gemeentelijke dienst Openbare Werken ontwierpen in 1972 een alternatief plan, met een uitgesproken kleinschalig karakter. Vanaf midden jaren '70 werden het eerst te realiseren Tanthof-Oost en daarna het noordelijke deel van Tanthof-West volgens deze uitgangspunten gebouwd als kleinschalige woonwijk: een vrijwel niet hiërarchische structuur van geknikte en gebogen straten, waarvan de woonstraten werden ingericht als woonerf, verspringende rooilijnen en bouwhoogten, en bebouwing grotendeels met in architectonisch opzicht gevarieerd vormgegeven rijen eengezinshuizen. De jaren '70 waren tevens het decennium van allerlei experimenten in de volkshuisvesting, met alternatieve woonvormen en woningtypologieën. Daarvan is in de Tanthof door de bezuinigingen op rijkssubsidies niet zoveel van terechtgekomen. De uitzonderingen zijn het complex van ''Centraal Wonen'', en met zijn variatie aan woningtypen het plan van architectenbureau Alberts aan de oostelijke rand (Vinkenlaan en omgeving).

afbeelding "i_NL.IMRO.0503.BP0015-2001_0058.jpg"

Figuur 8.4: centraal wonen

De groenstructuur van Oost werd ontwikkeld als ''groene vingers'' om de gespaarde oude kreekruggen. Ook de oude structuur van de Abtswoude met zijn boerenerven werd zoveel als mogelijk gespaard en opgenomen in de plannen. Aan de westkant van de Abtswoude werd rondom enkel boerenerven het Abtswoudsepark aangelegd. Maar het ''structuurloze'' van deze in de werkelijke beleving als doolhof ervaren stedelijke ruimtes stuitte op zijn beurt al rond 1980 op kritiek. Het overgrote deel van Tanthof-West en de zuidrand van Tanthof-Oost werd ontworpen volgens de in reactie op de kleinschaligheid geformuleerde rationele stedenbouw: een op de ''rationele'' polderstructuur aansluitende orthogonale uitleg, hiërarchisch onderscheid tussen grotere en kleinere stedelijke ruimten (laan, singel, straat) en bebouwing met lange rechte blokken met op belangrijke kruispunten hoogteaccenten op de hoeken c.q. koppen. De randen van de beide wijkdelen kregen in 1988-1990 een duidelijke stedenbouwkundige begrenzing: langere stroken laagbouw met als hoogteaccenten in paren geplaatste urban villa's. De rand van Tanthof-Oost werd onder andere bebouwd met urban villa's naar ontwerp van architectenbureau Mecanoo. De rand van Tanthof-West werd 1990-1991 onder andere bebouwd met aantal dubbele villa's, bekroonde inzendingen van de 1989 gehouden prijsvraag ''Twee onder één dak''.

8.2.2 Beleid en onderzoek

Rijksbeleid

Voor dit bestemmingsplan is relevant het nieuwe Rijksbeleid conform het MoMo (Modernisering Monumentenzorg). In 2009 stemde de Tweede Kamer in met de plannen van toenmalig minister Plasterk voor deze modernisering van het rijksmonumentenbeleid, kortweg MoMo. Belangrijke punten daaruit zijn:

  • Cultuurhistorie borgen in de ruimtelijke ordening – i.c. de historisch relevante structuren, objecten en sporen. Rekening houden met cultuurhistorische waarden vooraf tijdens het ruimtelijke planproces. In bestemmingsplannen analyse, te maken afweging en conclusie verwerken.
  • Streven naar behoud van cultuurhistorische waardevolle objecten door stimuleren van herbestemming. Voorkomen van onomkeerbare stappen (sloop) door zo vroeg mogelijk onderzoek te doen naar herbestemming. In afwachting van definitieve herbestemming tijdelijk gebruik mogelijk maken.
  • Restrictief beleid aanwijzing rijksmonumenten; alleen bij zeer hoge uitzondering en dan op grond van vondsten met uitzonderlijk belang.

Delft geeft aan deze intenties overigens al jaren uitvoering door het benoemen van cultuurhistorisch waardevolle structuren/ gebieden en gebouwen, aanvullende specifieke planvoorschriften voor laatstgenoemde, en het in het algemeen opstellen van conserverende bestemmingsplannen. Bij grotere ontwikkelingen worden cultuurhistorische waarden benoemd en mee afgewogen.

Gemeentelijk beleid

Het algemene kader wordt gevormd door de begin 2007 vastgestelde nota "Gezicht op gebouwd erfgoed Delft - monumentenbeleid 2007-2017" en de Monumentenverordening 2009.

Tanthof is een betrekkelijk jonge woonwijk. In het Monumentenbeleid 2007-2017 is onderzoek naar de jongere periode(n) na 1970, en als mogelijk gevolg het selecteren en aanwijzen van gemeentelijke monumenten, niet opgenomen. Opgemerkt zij hier wel dat de typische kleinschaligheid uit de periode 1970-1980 weer op een beginnende herwaardering kan rekenen (denk aan de onlangs geïntroduceerde modieuze term ''bloemkoolwijken'').

Wel relevant voor dit plan is het vervolg geven aan het 1993-1995 door de provincie uitgevoerde MIP (Monumenten Inventarisatie Project), dat bouwkunst uit de periode 1800-1940 betrof. De in het MIP geïnventariseerde, maar niet als Rijks- of gemeentelijk monument aangewezen gebouwen zullen als daar aanleiding toe is als Cultuurhistorisch waardevolle bebouwing worden opgenomen in bestemmingsplannen. Voor dit plan gaat het om de oude, agrarische bebouwing langs de Abtswoude, die tezamen met de weg- en erfstructuur belangrijke cultuurhistorische artefacten zijn. Dit is geheel in lijn met de landelijke beleidsvoornemens in het MoMo.

Cultuurhistorisch waardevolle structuren en gebouwen

Structuren, deelgebieden

De cultuurhistorische betekenis van de Tanthof is die van de eerste en enige uitgesproken kleinschalige woonwijk in Delft. De waarde betreft vooral de stedenbouwkundige uitleg en verkaveling. In architectonisch opzicht zijn de meest bijzondere onderdelen de al genoemde projecten: Centraal Wonen, het plan-Alberts, de rand van Tanthof-Oost, en de rand van Tanthof-West met de villa's ''Twee onder een dak''.

Het plan voorziet niet in bijzondere beschermende voorschriften, maar door het in hoofdzaak conserverende karakter blijft de kenmerkende kleinschaligheid van de wijk gehandhaafd.

Tanthofkade en Abtswoude zijn beide belangrijke historische, in de middeleeuwen ontstane structuren, elk met eigen karakteristiek en als zodanig te handhaven.

De Tanthofkade is een tegenwoordig een doorlopende groen- en waterstructuur, en heeft haar karakter van oude ontginningsas en waterkering behouden.

De Zuidkade ten zuidwesten van Tanthof is een historisch dijklichaam met cultuurhistorische en landschappelijke waarde.

In de afgelopen twintig jaar heeft het karakter van de historische bebouwings- en erfstructuur aan Abtswoude onder druk gestaan door verdichting en is hier en daar aangetast. De erven van enkele boerderijen zijn verkaveld tot miniatuur villaparken, met clusters van identieke villa's, die geen recht doen aan het individuele karakter van een boerenerf met zijn hoofd- en gevarieerde bijbebouwing. Op de oude bunker is een waaiervormig appartementengebouw gerealiseerd dat pal aan deze landelijke route een verstorende schaalvergroting vormt.

Dergelijke ontwikkelingen zijn in dit plan niet meer mogelijk. Een goede aanpak is de herontwikkeling van het perceel van de boerderij Chilipad 1 (oorspronkelijk een van daar uit toegankelijk, verder van de Abtswoude af gelegen erf). De voorziene nieuwe bebouwing suggereert, omkadert door de te behouden erfbegrenzing van slootjes en boomwallen, een verschil in hoofd- en nevengebouw.

In het plangebied liggen geen Rijks- en gemeentelijke monumenten. Aanwijzing is vanwege restrictief rijksbeleid, en de voornemens in het gemeentelijke Monumentenbeleid tot 2017, niet te verwachten. Uitzondering daarop zal hoogstens een bijzondere ''vondst'' kunnen betreffen.

Cultuurhistorisch waardevolle bebouwing

De volgende panden/ gebouwen zijn geïnventariseerd in het MIP en te beschouwen als Cultuurhistorischverdere perceelbebouwing te regelen. waardevolle bebouwing. De boerderijcomplexen zijn vanwege bouwtype en beeld van waarde. Zij zijn de oorspronkelijke, karakteristieke bebouwing van deze vroeger landelijke route. De oudere exemplaren hebben tevens potentiële bouwhistorische waarde omdat ze een ten opzichte van de gevels een (veel) oudere, kern kunnen bevatten (kelders, opkamers, kapstructuren en dergelijke). De jongere, in de 20e eeuw gebouwde hebben qua architectuur meer het karakter van een vrijstaande woning of villa.

Abtswoude 15   Woning, ca 1910  
Abtswoude 17   Boerderij ''Landlust'', 1937  
Abtswoude 34   Boerderij, mogelijke oude kern (17e of 18e eeuws)  
Abtswoude 38   Boerderij, mogelijk oude kern  
Abtswoude 42   Boerderij, mogelijk oude kern  
8.2.3 Gewenste ontwikkeling

In het gebied zijn drie belangrijke historische structuren aanwezig. Behoud en versterking daarvan is gewenst waarbij wel beperkte, bij karakter passende nieuwe ontwikkelingen mogelijk moeten zijn. Cultuurhistorisch waardevolle gebouwen aan Abtswoude dienen beschermd te worden tegen sloop zondermeer en tegen te grote, het beeld verstorende uitbreidingen. Langs deze oude route met vroeger landelijk karakter moet bij het toestaan van bebouwingsmogelijkheden gelet worden op instandhouding van typerende perceel- en erfstructuren. Onverbrekelijk onderdeel van de structuur zijn de sloten inclusief karakteristieke begroeiing aan weerszijden van de weg; tevens de bruggen daarover naar de erven en de begrenzingen daarvan met slootjes en beplanting. Ook deze elementen dienen behouden te blijven.

De Tanthofkade dient als water- en groenstructuur behouden te blijven.

De Zuidkade dient als water- en groenstructuur behouden te blijven.

8.2.4 Conclusie

Door het algemeen conserverend bestemmen zijn de beide historische structuren voldoende beschermd. De cultuurhistorische waardevolle gebouwen zijn voldoende beschermd met de aanduiding dubbelbestemming 'Waarde – Cultuurhistorie'. Met de planvoorschriften zijn structuur en grootte van