direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
Plan: Zuidwest 3 Tanthof
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0015-2001

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'opslag' een opslagplaats;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' een kantoor;
  • d. ter plaatse van de aanduing 'nutsbedrijf' een nutsbedrijf;
  • e. ter plaatse van de aanduing 'nutsvoorziening' een nutsvoorziening;
  • f. ter plaatse van de aanduding 'Wonen' is uitsluitend wonen toegestaan op de verdiepingen;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg' een verkooppunt zonder lpg;
  • h. nutsvoorzieingen;
  • i. parkeren;
  • j. bijbehorende voorzieningen.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Bouwwerken, binnen het bouwvlak

Voor het bouwen van bouwwerken binnen het bouwvlak gelden de regels van Artikel 36 en de volgende bepalingen:

  • a. bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven met de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)';
  • b. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan is aangegeven met de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)'.
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg' zijn overkappingen toegestaan met een maximale bouwhoogte van 8 m;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' dient een onderdoorgang aanwezig te zijn;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' mag de bouwhoogte maximaal 4 m bedragen, tenzij dit ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' anders is aangegeven.
4.2.2 Bouwwerken, buiten het bouwvlak

Voor het bouwen van bouwwerken buiten het bouwvlak gelden de regels van Artikel 36 en de volgende bepalingen:

  • a. fietsenstallingen zijn toegestaan met een maximale bouwhoogte van 3 m;
  • b. voor het overige zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde toegestaan;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg' zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde toegestaan met een maximale bouwhoogte van 10 m;
4.3 Specifieke gebruiksregels
4.3.1 Milieucategorie

De in lid 4.1 genoemde functie is toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf t/m categorie 2' uitsluitend bedrijven uit categorie 1 en 2 van de LvB zijn toegestaan;

4.3.2 Milieucategorie, maatbestemming

De gronden en bebouwing mogen tevens worden gebruikt voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bouwbedrijf (sb-bbd)' een bedrijf met SBI-code B 45A, uit ten hoogste categorie 3.1 van de LvB;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - groothandel in afval en schroot (sb-gas)' een bedrijf met SBI-code C 51572 , uit ten hoogste categorie 3.1 van de LvB;
  • c. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg' voor de verkoop van motorbrandstof, waaronder wordt verstaan:
4.3.3 Gebruiksverbod

Niet toegestaan zijn:

4.4 Afwijken van de gebruiksregels
4.4.1 Omgevingsvergunning

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. het bepaalde in lid 4.3.1 om bedrijven uit categorie 3.1 van de LvB mogelijk te maken;
  • b. het bepaalde in lid 4.3.1 om bedrijven toe te laten die niet genoemd worden in de LvB.
4.4.2 Voorwaarden afwijken

Het bevoegd gezag past de in lid 4.4.1 bedoelde afwijkingsbevoegdheid toe indien deze activiteit naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm alsmede getoetst aan de aangegeven maatgevende milieuaspecten) geacht kunnen worden te behoren tot categorie 2 en indien de kwaliteit van de leefomgeving niet nadelig wordt beïnvloed. In de beoordeling wordt aandacht besteed aan: sociale veiligheid, groen, verkeer en economisch functioneren.

4.4.3 Afwijken gebruiksverbod

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.3.3 sub d voor het uitoefenen van een seksinrichting, met in achtneming van de volgende bepalingen:

  • a. binnen het gehele gemeentelijke grondgebied zijn maximaal 2 seksinrichtingen toegestaan;
  • b. binnen een straal van 250 m vanaf NS-stations en binnen een straal van 50 m vanaf gebedshuizen en scholen zijn seksinrichtingen niet toegestaan;
  • c. de afstand tussen de seksinrichtingen de dichtstbijzijnde woning van een derde dient minimaal 10 m te bedragen;
  • d. de onderlinge afstand tussen de 2 seksinrichtingen dient minimaal 50 m te bedragen;
  • e. ten behoeve van de seksinrichting dient in voldoende mate in parkeergelegenheid voor de bezoekers te zijn voorzien;
  • f. een seksinrichting in de vorm van een raamprostitutiebedrijf is niet toegestaan.
4.5 Wro-zone - wijzigingsgebied 1
4.5.1 Wro-zone - wijzigingsgebied 1

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 Wet ruimtelijke ordening het plan te wijzigen indien de wijziging betrekking heeft op het toevoegen van een bouwblok ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 1' met dien verstande dat onderstaande regels in acht worden genomen:

  • a. toegestaan zijn 'bedrijven' uit categorie 1 en 2 van de LvB met een maximum van 2550 m² BVO;
  • b. toegestaan zijn 'kantoren' uit categorie 1 en 2 van de LvB met een maximum van 1000 m² BVO;
  • c. het oppervlak van het nieuwe bouwblok niet groter is dan de op de verbeelding aangegeven 'Wro-zone - wijzigingsgebied 1';
  • d. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan 80% van de oppervlakte van het wijzigingsgebied, zoals aangeduid met 'Wro-zone - wijzigingsgebied 1';
  • e. de maximale bouwhoogte is 17 m;
  • f. de wijziging is uitsluitend toegestaan indien deze op planologische, stedenbouwkundige, milieutechnische en waterhuishoudkundige gronden aanvaardbaar is;
  • g. er dient te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid.
4.5.2 Bevoegdheid vaststelling exploitatieplan

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om bij het wijzigen van een bestemming, zoals bedoeld in lid 4.5, een exploitatieplan vast te stellen, dan wel te besluiten om in afwijking hiervan bij een besluit tot vaststelling van een wijziging geen exploitatieplan vast te stellen.