direct naar inhoud van Artikel 18 Water
Plan: Zuidwest 3 Tanthof
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0015-2001

Artikel 18 Water

18.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de waterhuishouding in samenhang met waterrecreatie alsmede voor de sport en de binnenscheepvaart;
  • b. wateraanvoer en -afvoer en waterberging;
  • c. bijbehorende voorzieningen, zoals bruggen, duikers, kades, taluds en beschoeiingen;
  • d. kunstwerken;
  • e. groen en groenvoorzieningen.
18.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bouwwerken gelden de regels van Artikel 36 en de volgende bepalingen:

  • a. uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan;
  • b. steigers ten behoeve van de toegang tot naastgelegen gronden mogen een maximale bouwhoogte van 4 m en een minimale bouwhoogte van 0,2 m hebben ten opzichte van het waterpeil;
  • c. bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom' zijn niet toegestaan.
18.3 Afwijken van de bouwregels
18.3.1 Omgevingsvergunning

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 18.2, sub c voor het oprichten van bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom'.

18.3.2 Voorwaarden afwijken

Het bevoegd gezag past de in lid 18.3.1 bedoelde afwijkingsbevoegdheid toe, indien geen onevenredige verslechtering van de groeiomstandigheden van de monumentale boom optreedt.

18.4 Wijzigingsregel
18.4.1 Wijzigingsregel

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 Wet ruimtelijke ordening het plan te wijzigen indien de wijziging betrekking heeft op het wijzigen van de bestemming 'Water' in de bestemming 'Groen', mits wordt voldaan aan de volgende eis:

  • de wijziging is uitsluitend toegestaan indien deze op planologische, landschappelijke, milieutechnische en waterhuishoudkundige gronden aanvaardbaar is.
18.4.2 bevoegdheid vaststelling exploitatieplan

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om bij het wijzigen van een bestemming, zoals bedoeld in lid 18.4.1, een exploitatieplan vast te stellen, danwel te besluiten om in afwijking hiervan bij een besluit tot vaststelling van een wijziging geen exploitatieplan vast te stellen.

18.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
18.5.1 Verbod

Het is verboden ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ontgronden, afgraven, egaliseren, diepploegen en ophogen van gronden;
  • b. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
  • c. het aanleggen van halfverharde paden en wegen;
  • d. het aanleggen van voorzieningen ten behoeve van het recreatief medegebruik en educatief medegebruik;
  • e. het aanbrengen van drainage;
  • f. het aanbrengen van ondergrondse en bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen.
18.5.2 Uitzondering verbod

Het verbod als bedoeld in lid 18.5.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:

  • a. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer, en/of
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan, en/of
  • c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden.