Plan: | Binnenstad 2012 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0503.BP0014-2001 |
Waar het bestemmingsplan op functioneel niveau juist meer vrijheid wenst te bieden, daar wordt de bestaande bebouwingskarakteristiek gedetailleerd vastgelegd. Het meest bepalend hierin zijn de straten, stegen en grachten en daaraan grenzend de positie van de hoofdgebouwen. Al deze elementen worden daarom conform de feitelijke situatie vastgelegd in dit bestemmingsplan. Voor de woningen wordt ook de goothoogte en het al dan niet hebben van een kap als beeldbepalend element aangemerkt, wat om die reden ook in dit bestemmingsplan wordt vastgelegd.
Op het niveau van de private percelen staat de gemeente daarentegen een grotere mate van flexibiliteit toe die aansluit op de in 2010 nieuw ingevoerde regeling voor vergunningvrij bouwen. Deze landelijke regeling is vanaf 2012 grotendeels ook voor beschermde stadsgezichten gaan gelden. Deze regeling houdt in dat landelijk voor eenieder dezelfde mogelijkheden bestaan om bepaalde type bouwwerken, zoals erfbebouwing, zonder vergunning te mogen bouwen. Het is in dat licht ook niet mogelijk om hierover in dit bestemmingsplan striktere regelgeving vast te leggen. Op perceelsniveau kan het daarom goed zijn dat er, wanneer het hoofdgebouw buiten beschouwing wordt gelaten, ruimere mogelijkheden ontstaan. Door hun omvang en locatie zijn deze mogelijkheden in veel gevallen echter niet van invloed op het straatbeeld en waar dit het geval is, is dat in geringe mate.
De historische binnenstad van Delft is sinds 1978 aangewezen als beschermd stadsgezicht. Het van rijkswege beschermde gebied is in 2011 uitgebreid. Het beschermde stadsgezicht Nieuwe Plantage is op 2 februari 2011 aangewezen. De procedure voor aanwijzing van het beschermde stadsgezicht TU-Noord loopt nog. Het nieuwe bestemmingsplan dient voldoende beschermend te zijn voor de status van beschermd stadsgezicht. Om die reden zijn, naast de consolidatie van de stedenbouwkundige situatie zoals hierboven beschreven, aanvullende regelingen opgenomen ter bescherming van deze cultuurhistorische waarden op zich.
Beschermd rijksstadsgezicht Binnenstad, waardering (uit toelichting aanwijzing 1978)
Beschermd rijksstadsgezicht Nieuwe Plantage, waardering (uit toelichting aanwijzing 2011)
Gave, goed herkenbare hoofdstructuur van (laat) 19e/ vroeg 20e eeuwse bebouwing bij de voormalige noordelijke stadsomwalling; nauwe relatie tussen beeldbepalende bebouwing en openbare ruimte, met name de groenaanleg van de Nieuwe Plantage.
Beschermd rijksstadsgezicht TU Noord
De procedure voor aanwijzing van het beschermde stadsgezicht TU-Noord loopt nog. Vooruitlopend op deze aanwijzing is dit gebied toegevoegd aan de contour van beschermde gebieden in het bestemmingsplan. Het TU-Noordgebied vormt een voor Nederland uniek conglomeraat van laat- negentiende- en vroeg twintigste-eeuwse gebouwen voor onderwijs- en onderzoeksdoeleinden. Het grootste deel van dit gebied ligt buiten de contour van het bestemmingsplan. Het gebied dat binnen de grenzen ligt vormt de overgang tussen de kleinschalige binnenstad met weinig groen en het ruim opgezette stedenbouwkundig plan van het TU-Noordgebied met een invulling van grootschalige gebouwen en groene zones.
Bescherming in het bestemmingsplan:
In bestemmingsplan | Ander beleid, status | |
(Hoofd)structuur | ||
Orthogonale (hoofd)structuur | de (hoofd)structuur ligt vast met bestemmings- en bouwvlakken | |
Grachten | de grachtenstructuur ligt vast met bestemmingsvlakken | |
Pleinen | de pleinen liggen vast met bestemmings- en bouwvlakken | |
Straten en stegen | idem | |
Openbaar groen | - cultuurhistorisch waardevol groen is beschermd met de dubbelbestemming 'Waarde - Cultuurhistorie'; - openbaar groen is consoliderend bestemd |
|
Restanten stadsomwalling | Restanten structuur als geheel en op onderdelen (water, vergroende wallen) zijn consoliderend bestemd | Waltorens en Oostpoort zijn Rijksmonument |
Rooilijnen | Voorzijde: bestaande (historische) rooilijn is grens bouwvlak, geen overbouwing over straatruimte toegestaan. Achterzijde: bouwvlak perceelsgewijze verspringend (hoofd- en nevenbebouwing) | Aanzienlijk deel panden is rijk- of gemeentelijk monument |
Bouwhoogte | - de bestaande bouwhoogte is het uitgangspunt - de goothoogte is consoliderend bestemd (gegroepeerd); - voor Cultuurhistorisch waardevolle bebouwing geldt de dubbelbestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' |
Aanzienlijk deel panden is rijk- of gemeentelijk monument |
Hoofdvorm (kaplandschap) | Verplichting tot (en specificatie van) kap(vormen) (o.a. algemene regelgeving art. 27); - voor Cultuurhistorisch waardevolle bebouwing geldt de dubbelbestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' - dakterrassen zijn beperkt toegestaan |
Aanzienlijk deel panden is rijk- of gemeentelijk monument |
Privé-binnentuinen | - consoliderend bestemd; - bouwmogelijkheden sluiten aan bij de vergunningvrije bouwmogelijkheden (Bijlage II Besluit omgevingsrecht) |
|
Structuur grote complexen (binnenhoven) | Max. toegelaten bebouwing 50% en/of 30 m2 conform vergunningvrije bouwmogelijkheden (Bijlage II Besluit omgevingsrecht) | Armamentarium, Prinsenhof, complex Paardenmarkt en Raam/ Oostsingel zijn rijksmonument |
(Historische) onderdelen en inrichtingselementen | ||
Water |
Conform bestaand, ondergeschikte bouwdelen van gebouwen ten behoeve van de aangrenzende bestemming toegestaan, voor zover de gebruiksmogelijkheden van de bestemming niet worden aangetast (art. 27.1) | |
Bruggen |
Conform bestaand | Meeste bruggen zijn monument; eigendom gemeente |
Kades |
(Historische) kadelijn aangegeven op verbeelding, consoliderend bestemd | |
Beplanting |
Bomen langs de grachten en monumentale bomen op de verbeelding opgenomen | Bomenbeleid, aanduiding 'vrijwaringszone - monumentale boom' en 'vrijwaringszone - bomenstructuur' |
Stoepen (privé) |
Aparte lijst in bijlage bij regels, beschermd met planregel art. 17.3 (aanlegvergunning) | Meeste stoepen horen bij rijks- of gemeentelijk monument |
Beeldbepalende panden | Beeldbepalende of cultuurhistorisch waardevolle panden zijn beschermd via de dubbelbestemming Waarde - Cultuurhistorie (art. 23). Bij afwijking positief advies commissie voor Welstand en Monumenten noodzakelijk | In de Welstandsnota zijn aanvullende eisen opgenomen t.a.v. cultuurhistorisch waardevolle panden, te weten herstel en behoud van cultuurhistorische waarde en indien mogelijk materiaalgebruik overeenkomstig bestaand |