direct naar inhoud van Artikel 11 Water
Plan: Bedrijventerreinen Delft Noord (DSM)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0013-2002

Artikel 11 Water

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de waterhuishouding;
  • b. een haven met de daarbij horende laad- en losactiviteiten ter plaatse van de aanduiding 'haven';
  • c. wateraanvoer en -afvoer en waterberging alsmede voor de binnenscheepvaart;
  • d. waterrecreatie en sport, uitgezonderd ter plaatse van de aanduiding 'haven';
  • e. bijbehorende voorzieningen, zoals bruggen, duikers, kades, taluds en beschoeiingen;
  • f. kunstwerken;
  • g. leidingen;
  • h. de bescherming van de belevingswaarde en het functioneren van de molen, ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - molenbiotoop’.
11.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bouwwerken gelden de regels van artikel 24 en de volgende bepalingen:

  • a. uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan;
  • a. bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom' zijn niet toegestaan;
  • b. steigers ten behoeve van de toegang tot naastgelegen gronden mogen een maximale bouwhoogte van 4 m en een minimale bouwhoogte van 0,2 m ten opzichte van het waterpeil hebben.
11.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
11.3.1 Verbod

Het is verboden ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ontgronden, afgraven, egaliseren, diepploegen en ophogen van gronden;
  • b. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
  • c. het aanleggen van halfverharde paden en wegen;
  • d. het aanleggen van voorzieningen ten behoeve van het recreatief medegebruik en educatief medegebruik;
  • e. het aanbrengen van drainage;
  • f. het aanbrengen van ondergrondse en bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen.
11.3.2 Uitzondering verbod

Het verbod als bedoeld in lid 11.3.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:

  • a. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer, en/of
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan, en/of
  • c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden.