direct naar inhoud van 7.4 Milieuzonering bedrijven
Plan: Delft Oost (Delftse Hout)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0007-2002

7.4 Milieuzonering bedrijven

7.4.1 Bestaande situatie

Omdat men in een stad als Delft verschillende leefmilieus (van levendig tot rustige woonwijk) wil behouden, is Delft in 8 verschillende gebiedstypen ingedeeld. In figuur 7.8 is te zien dat het plangebied voornamelijk in gebiedstype “buitengebied” ligt. Ook zijn er twee gebieden met gebiedstype “bedrijventerrein 2”, te weten de Ypenburgse Poort en Delftse Poort Noord.

afbeelding "i_NL.IMRO.0503.BP0007-2002_0016.jpg"

Figuur 7.8: Kaart met gebiedstypen milieuzonering

Het buitengebied wordt gekenmerkt door een overwegend recreatieve en/of agrarische functie. In het gehele buitengebied zijn natuurwaarden van belang. In het buitengebied komt enige bedrijvigheid voor en wordt in geringe mate gewoond. Op enkele locaties kunnen er ook andere activiteiten plaatsvinden, zoals sportvoorzieningen. Het gebiedstype bedrijventerrein 2 zijn de zogenoemde “hoogwaardige bedrijventerreinen”. Op deze bedrijventerreinen zijn geen bedrijven toegestaan die excessieve verkeersbelasting of vervuiling veroorzaken. Binnen dit gebiedstype worden bedrijfscategorieën 3.1 en lager zonder meer toegestaan. Categorie 3.2 en categorie 4 bedrijven worden met een vrijstellingsregeling toegestaan. Eén van de voorwaarden is dat het toe te laten bedrijf qua aard en invloed op de omgeving moet behoren tot categorie 3.1. Verder moet de kwaliteit van de leefomgeving niet nadelig worden beïnvloed. De milieubelasting op de omgeving neemt door het toelaten van bedrijven met een hogere categorie niet toe. De gebieden van het type 'voorzieningen' hebben voornamelijk een maatschappelijke functie. In deze gebieden wordt nauwelijks gewoond. Er kunnen zich wel gevoelige bestemmingen als hotel, kinderopvang etc. bevinden.

7.4.2 Beleid en onderzoek

Bij het opstellen van een bestemmingsplan moet ten aanzien van nieuwe ontwikkelingen rekening worden gehouden met eventuele milieuhinder door omliggende bedrijven. Het uitgangspunt hierbij is dat (bestaande) bedrijven niet in hun bedrijfsvoering worden beperkt en dat ter plaatse van woningen sprake is van een goed woon- en leefklimaat. Dit betekent dat nieuwe bedrijven die in de nabijheid van woningen komen, een passende locatie krijgen en dat nieuwe woningen op een verantwoorde afstand van bedrijven worden gesitueerd. Voor de afstemming van milieugevoelige en milieuhinderlijke functies wordt milieuzonering toegepast. Dit betekent dat naar de milieubelasting van een activiteit gekeken wordt, om te bepalen welke afstand minimaal moet worden aangehouden om een goed leef- en woonklimaat voor woningen te waarborgen.

Voor het inpassen van milieuhinderlijke activiteiten heeft de VNG in 2007 de handreiking “Bedrijven en milieuzonering” opgesteld. In 2009 is hierop een herziening uitgekomen. In deze handreiking worden activiteiten op SBI-code ingedeeld in milieucategorieën met elk een eigen hinderafstand, deze staan in de Lijst van Bedrijfsactiviteiten (LvB), bijlage 2 bij de regels. De lijst gaat uit van een gemiddelde bedrijfsvoering. Aangezien elk bedrijf met eigen technieken en manieren kan werken, zijn de hinderafstanden indicatief en worden daarom richtafstanden genoemd. De handreiking is bedoeld voor nieuwe situaties en niet voor de beoordeling van bestaande situaties. De afstanden uit de handreiking geven echter wel een indicatie van de afstanden die ter voorkoming van hinder gewenst zijn. Hoewel de afstanden in de bestaande situatie kleiner zijn dan de in de VNG-handreiking aanbevolen afstanden, levert dat in de praktijk in Delft geen ernstige knelpunten op. Het gaat om een reeds lang bestaande en historisch gegroeide situatie.

7.4.3 Gewenste ontwikkeling

Het Xotusterrein is onderdeel van het bedrijventerrein Ypenburgse Poort. Op grond van het oude bestemmingsplan heeft het terrein een beperkte bestemming die alleen het gebruik dat bij de vaststelling van het bestemmingsplan bestond, toestaat. Deze bestemming maakt herontwikkeling van het terrein niet goed mogelijk. Voor de nieuwe bestemming van het terrein is daarom aansluiting gezocht bij de bestemming van de overige (bedrijfs)percelen op het bedrijventerrein. Die percelen hebben de bestemming 'Bedrijventerrein'. Het Xotusterrein heeft deze bestemming eveneens gekregen. In de bestemmingsregel is opgenomen dat op het Xotusterrein een groothandel mogelijk is. Daarnaast zijn er mogelijkheden voor detailhandel en ondersteunende horeca.

7.4.4 Conclusie

Het voorliggend bestemmingsplan is conform de handreiking Bedrijven en Milieuzonering (2009) van de VNG. Hiermee is voorzien in een goede ruimtelijke ordening.