Plan: | 's-Gravenweg-West |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0502.BP16sGravenwegWest-4001 |
het bestemmingsplan 's-Gravenweg-West met identificatienummer NL.IMRO.0502.BP16sGravenwegWest-4001 van de gemeente Capelle aan den IJssel.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of een figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een vlak waarop een aanduiding betrekking heeft.
de uitoefening van een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, educatief, juridisch, (para)medisch, therapeutisch, kunstzinnig, culinair, ontwerp-technisch of hiermee gelijk te stellen gebied dat door zijn beperkte omvang in het hoofdgebouw van een woning met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat qua aard, ruimtelijke uitstraling en uitwerking in overeenstemming is met de woonfunctie. Hieronder dient niet te worden begrepen detailhandel.
erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 meter achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, gericht op het ontvangen en/of verzenden van telecommunicatie-dataverkeer, met inbegrip van de bijbehorende zijsprieten, schotelantennes, panelen en technische installatie(s).
een installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een of meer techniekkasten opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie.
een antennemast of andere constructie bedoeld voor de bevestiging van een antenne.
een deskundige met betrekking tot archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders te stellen kwalificaties.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouw zijnde.
achtererfgebied alsmede de grond onder het hoofdgebouw, uitgezonderd de grond onder het oorspronkelijk hoofdgebouw.
een voorziening gericht op het bieden van de mogelijkheid tot overnachting en het serveren van ontbijt, als toeristisch-recreatieve activiteit, ondergeschikt aan de betreffende bestemming, aan maximaal 8 personen (4 kamers), met een maximum verblijfsduur van 6 weken. Onder een bed & breakfast voorziening wordt niet verstaan overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/of arbeid.
een onderneming waarbij de bedrijfsactiviteiten gericht zijn op het vervaardigen, bewerken, installeren, inzamelen en verhandelen van goederen, waarbij eventueel detailhandel uitsluitend plaatsvindt als ondergeschikt onderdeel van de onderneming in de vorm van verkoop c.q. levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen, dan wel goederen die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen.
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor de huisvesting van (het huishouden van) een persoon, die daar gelet op de bestemming van het gebouw of terrein ten behoeve van beheer of toezicht noodzakelijk is.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) een grenswaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht moet worden genomen.
bedrijven zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een aanvraag
om een omgevingsvergunning of ten aanzien van een al verleende omgevingsvergunning.
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
Een karakteristieke groepering van bebouwing rondom en direct grenzend aan een binnenterrein (het ensemble). De bebouwing binnen dit ensemble is zodanig gepositioneerd dat er een functionele overgang naar het landschap aanwezig is. Het ensemble is logisch verklaarbaar vanuit de (historische) functie van een boerderij.
de grens van een bouwvlak.
een gedeelte van een gebouw, dat is begrensd door twee vloeren, of een vloer en een kap.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
de totale vloeroppervlakte van de ruimte binnen een bouwwerk en/of terrein die wordt gebruikt voor detailhandelsvestigingen, kantoren, bedrijven e.d. met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige
ruimten.
inrichting ten behoeve van het verstrekken van verdovende middelen vallende onder de Opiumwet.
vuurwerk dat is bestemd voor particulier gebruik.
een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich tussen de dakgoot en de nok van een dakvlak bevindt, waarbij deze constructie onder de noklijn is gelegen en de onderzijde van de constructie in het dakvlak is geplaatst.
een plat en/of schuin afgedekte constructie ter vergroting van een hoofdgebouw, die zich boven de dakgoot of het boeiboord van het dak bevindt, waarbij de onderzijden van de constructie in één of beide dakvlak(ken) of het platte dak is (zijn) geplaatst en de (platte en schuine) dakvlakken evenwijdig liggen aan de oorspronkelijke dakvlakken.
een hellend vlak in een dak.
het bedrijfsmatig aan particulieren te koop of te huur aanbieden van goederen, waaronder begrepen de uitstalling ter verkoop, verkopen en/of leveren van goederen aan personen, die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit; horecadoeleinden worden hier niet onder begrepen.
detailhandel die vanwege de aard en omvang van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig heeft voor de uitstalling, zoals: verkoop van auto's, boten, caravans, tuininrichtingsartikelen, grove bouwmaterialen, keukens, meubels en woninginrichting en sanitair.
het bedrijfsmatig op het publiek gericht aanbieden, verkopen en/of leveren van commerciële en/of maatschappelijke diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen wordt, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren, en bankfilialen.
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden.
een erfafscheiding met een constructie die wel de toegang tot de achterliggende gronden fysiek belemmert, maar waarbij het zicht op de achterliggende gronden intact blijft.
gebeurtenis, gericht op een groot publiek, op het gebied van kunst, sport, ontspanning en cultuur.
beplanting die van nature en vanuit cultuurhistorie voorkomt binnen het bestemmingsplangebied, zoals: hoogstamvruchtbomen, leilinden,wilgensoorten, els, populier, kastanje, es, eik, beuk, veldesdoorn, liguster.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
gebruiken, het doen gebruiken, laten gebruiken en in gebruik geven.
voorziening ten behoeve van de wering of reducering van geluid(soverlast), zoals een geluidscherm of muur.
De als zodanig aangegeven lijn, waar de voorgevel van een hoofdgebouw op moet zijn georiënteerd.
ruimten in de open lucht, waaronder in ieder geval worden begrepen (bos)parken, plantsoenen, bermen en open speelplekken, met de daarbij behorende sloten, vijvers en daarmee gelijk te stellen wateren en ondergrondse infrastructurele voorzieningen.
een groepsaccommodatie is (een deel van) een gebouw dat is bestemd voor recreatief nachtverblijf door groepen, waarbij wordt overnacht in slaapzalen en/of slaapkamers waar een dagverblijf beschikbaar is, inclusief sanitaire voorzieningen en gezamenlijke keukenfaciliteiten.
gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is (qua constructie, afmeting of functie).
een bedrijf dat is gericht op het verstrekken van een nachtverblijf en/of het ter plaatse nuttigen van voedsel en dranken en/of het exploiteren van zaalaccommodatie, een en ander gepaard gaande met dienstverlening. Tot de hieronder genoemde begrippen Horeca 1 tot en met Horeca 6 worden mede begrepen de niet genoemde, maar naar aard, omvang en uitstraling op het woon- en leefmilieu vergelijkbare horecasoorten:
Horeca 1 (winkelgebonden daghoreca):
vormen van horeca-activiteiten die qua exploitatievorm en openingstijden aansluiten bij winkelvoorzieningen en waarbij de activiteiten primair gericht zijn op het bedrijfsmatig verstrekken van etenswaren en/of alcoholische en niet-alcoholische dranken voor nuttiging al dan niet ter plaatse en waarvan de exploitatie doorgaans geen of slechts in lichte mate een aantasting van het woon- en leefklimaat kan veroorzaken, zoals broodjeszaken, ijssalons, eethuisjes en lunchrooms met een maximaal bruto vloeroppervlak van 250 m²;
Horeca 2 (maaltijdverstrekkers):
vormen van horeca-activiteiten die primair zijn gericht op het bedrijfsmatig verstrekken van maaltijden voor consumptie ter plaatse en waarvan de exploitatie doorgaans geen aantasting van het woon- en leefklimaat veroorzaakt, zoals restaurants, bistro's en grand cafés;
Horeca 3 (spijsverstrekkers):
vormen van horeca-activiteiten die primair gericht zijn op het bedrijfsmatig verstrekken van etenswaren voor nuttiging al dan niet ter plaatse alsmede daaraan ondergeschikt het verstrekken van licht-alcoholische en niet-alcoholische dranken en waarvan de exploitatie doorgaans in enige mate een aantasting van het woon- en leefklimaat kan veroorzaken, zoals cafetaria's, automatieken, afhaalhoreca alsmede horecavormen uit categorie 1 met een groter bruto vloeroppervlak dan 250 m²;
Horeca 4 (drankverstrekkers):
vormen van horeca-activiteiten die primair zijn gericht op het bedrijfsmatig verstrekken voor gebruik ter plaatse van alcoholische en niet-alcoholische dranken en waarvan de exploitatie doorgaans een lichte aantasting van het woon- en leefklimaat kan veroorzaken, zoals cafés, bars en zalenverhuur alsmede horecavormen uit categorie 3 met een groter bruto vloeroppervlak dan 400 m²;
Horeca 5 (logiesverstrekkers):
vormen van horeca-activiteiten die primair zijn gericht op het bedrijfsmatig verstrekken van logies en als ondergeschikte functie het verstrekken van maaltijden voor consumptie ter plaatse en waarvan de exploitatie doorgaans geen aantasting van het woon- en leefklimaat veroorzaakt, zoals hotels en pensions;
Horeca 6 (zware horeca):
vormen van horeca-activiteiten die primair zijn gericht op het bedrijfsmatig gelegenheid bieden van dansen op elektrisch versterkte muziek alsmede op het ter plaatse nuttigen van alcoholische en niet-alcoholische dranken en kleine etenswaren, en waarvan de exploitatie een aantasting van het woon- en leefklimaat kan veroorzaken en een grote druk op de openbare orde met zich meebrengt, zoals discotheken, nachtclubs, partycentra en dancings.
bomen, struiken, cactussen of doorlevende klimplanten (zoals druiven).
huisvesting in of bij een woning van één huishouden van maximaal twee personen, van wie ten minste één persoon mantelzorg verleent aan of ontvangt van een bewoner van de woning.
detailhandel in niet-dagelijkse artikelen zonder showroom, waarvan de handel via internet en andere media loopt en waarvan de levering van producten uitsluitend plaatsvindt via post of koeriersdiensten.
een kampeerterrein is een terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en blijkens die inrichting bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf.
een gebouw gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
een constructie van één of meer dakvlakken met een dakhelling die niet minder dan 20° en niet meer dan 60° mag bedragen, met dien verstande dat ten behoeve van een mansardekap de dakhelling niet meer dan 80° mag bedragen.
een samenhangend stuk grond dat één bepaalde vorm van gebruik heeft en dat meestal is omgeven door een duidelijk herkenbare grens, in de vorm van heggen, afrasteringen of sloten.
de in categorie 1 genoemde bedrijven van de in Bijlage 1 opgenomen Staat van Bedrijfsactiviteiten 's-Gravenweg-West, dan wel naar de aard en de invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid, die door een bewoner in het hoofdgebouw van de woning kan worden uitgeoefend en waarbij het woonhuis in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
verzamelbegrip van de door de mens als hobbyvee gehouden eigen kleinvee zoals, eenden, kippen, duiven, vogels, konijnen, geiten, schapen en pony's met een schofthoogte van maximaal 1,47m.
uiting van de beeldende kunsten in de vorm van een bouwwerk, geen gebouw of overkapping zijnde.
bouwwerken ten behoeve van verkeersdoeleinden, zoals viaducten, alsmede bouwwerken ten behoeve van de waterhuishouding, zoals dammen, duikers, sluizen, beschoeiingen, remmingswerken, niet zijnde steigers.
zijn de bouwstenen die samen de structuur van het landschap bepalen.
de aan een gebied toegekende waarde met betrekking tot het waarneembare deel van het aardoppervlak, die wordt bepaald door de herkenbaarheid en de identiteit van de onderlinge samenhang tussen levende en niet-levende natuur.
intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en waarvan de behoefte met een verklaring van een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal-medisch adviseur kan worden aangetoond.
het verblijven, zich ophouden dan wel aanwezig zijn tussen 23.00 en 07.00 uur.
het toenemen van de bouwhoogte van een (hoofd)gebouw als gevolg van het realiseren van een dakopbouw of het plaatsen van een extra bouwlaag.
terrein voor het hobbymatig en voor eigen gebruik telen van gewassen, niet zijnde zogenaamde dag- en verblijfstuinen.
voorzieningen zoals gas, water, elektriciteit die door nutsbedrijven geleverd worden.
een activiteit van zeer beperkte bedrijfsmatige en/of ruimtelijke omvang zodat de functie waaraan zij wordt toegevoegd, qua aard, omvang en verschijningsvorm, overwegend of nagenoeg geheel als hoofdfunctie herkenbaar blijft.
ondergeschikte delen aan een gebouw zoals trappen, bordessen, funderingen, kelderingangen, overstekende daken, goten, luifels, balkons, balkonhekken, schoorstenen, liftopbouwen, installaties, technische ruimten en andere ondergeschikte onderdelen van gebouwen.
detailhandel als activiteit die in ruimtelijk, functioneel en inkomenswervend opzicht duidelijk ondergeschikt is aan en ten dienste staat van de ingevolge het bestemmingsplan toegestane hoofdbestemming.
speelvoorzieningen, behorende bij en ondergeschikt aan de bestemming Horeca, in de vorm van speelgelegenheid zoals speeltoestellen, speelattributen en spelaanleiding, waarbij beweging bij het gebruik van de speelvoorzieningen uitsluitend door middel van menskracht mag worden voortgebracht.
horeca als activiteit die in ruimtelijk, functioneel en inkomenswervend opzicht duidelijk ondergeschikt is aan en ten dienste staat van de ingevolge het bestemmingsplan toegestane hoofdbestemming.
weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar vaarwater en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toegankelijk is, met uitzondering van wegen uitsluitend bedoeld voor de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer.
elk bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een overdekte ruimte vormt zonder dan wel met ten hoogste één wand.
een inrichting met het hoofddoel het bedrijfsmatig ten gehore brengen van al dan niet levende muziek en het geven van gelegenheid tot dansbeoefening en/of feesten, waarbij al dan niet (alcoholhoudende) dranken en kleine etenswaren worden verstrekt.
een horizontaal vlak, ter afdekking van een gebouw, dat meer dan tweederde van de grondoppervlakte van het gebouw beslaat.
voorzieningen gericht op ontspanning en vrijetijdsbesteding met uitzondering van seksinrichtingen en horecavoorzieningen.
recreatief nachtverblijf is een vorm van recreatie waarbij de recreant voor een bepaalde tijd, maar tenminste één nacht in het recreatiegebied en/of gebouw verblijft.
een reling is een hekwerk of leuning met open constructie.
contour rondom een risicovolle inrichting die de zone begrenst waar het plaatsgebonden risico, zoals gedefinieerd in het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi), gelijk is aan of groter is dan 10-6 per jaar.
een inrichting bij welke ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) een grenswaarde, richtwaarde voor het risico c.q. een risicoafstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten.
internationale vrijetijdsorganisatie, die groepsgewijze activiteiten biedt aan jongens en meisjes van 5 - 21 jaar, waarmee men een bijdrage wil leveren aan de vorming van hun persoonlijkheid.
een bouwwerk dat een overdekte ruimte vormt die met de grond is verbonden, met tenminste één open buitenwand; en dient als schuilhut voor hobbymatig te houden dieren en het toebehorende dierenvoer, alsmede voor het schuilen van mensen.
een voor het publiek toegankelijke, (besloten) ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, parenclub, raamprostitutie en een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar. Hieronder wordt mede begrepen een sekswinkel zijnde een gebouw of een gedeelte van een gebouw, welk gebouw of welk gedeelte is bestemd en/of wordt gebruikt voor het bedrijfsmatig te koop en/of te huur aanbieden van seksartikelen, waaronder mede begrepen uitstalling, verkopen, verhuren en/of leveren van seksartikelen. Een prostitutiebedrijf is hieronder begrepen.
een toestel, ingericht voor de beoefening van een spel, dat bestaat uit een door de speler in werking gesteld mechanisch, elektrisch of elektronisch proces, waarbij het resultaat kan leiden tot de middellijke of onmiddellijke uitkering van prijzen of premies, daaronder begrepen het recht om verder te spelen.
een gebouw of een gedeelte van een gebouw, welk gebouw of welk gedeelte is bestemd en/of wordt gebruikt om het publiek gelegenheid te geven om spel door middel van speelautomaten te beoefenen, als bedoeld in artikel 30 van de Wet op de kansspelen.
voorzieningen gericht op speel- en sportieve activiteiten zoals multifunctionele verharde speelvelden, trapvelden, skatebanen, sport- en spelattributen (doelpalen, basketbalpalen, ballenvangers, etc.) en speeltoestellen;
de Staat van Bedrijfsactiviteiten ''s-Gravenweg-West' die van deze regels onderdeel uitmaakt.
het door de omvang, de vorm en de situering van de bouwmassa('s) bepaald beeld inclusief de ter plaatse door de infrastructuur, de begroeiing en andere door de mens aangebrachte (kunstmatige) elementen gevormde ruimte(n).
verkeersgeleiders, verkeersborden, brandkranen, lichtmasten, zitbanken, bloembakken, papier-, glas- en andere (ondergrondse)inzamelbakken, toegangsconstructies voor ondergrondse voorzieningen, kunstwerken, voorzieningen voor het stallen van fietsen, speeltoestellen en kleinschalige bouwwerken ten behoeve van (openbare) voorzieningen van openbaar nut.
een gebouw of een ruimte in een gebouw, dat door zijn inrichting kennelijk bedoeld is voor detailhandel in (hoofdzakelijk) een grote verscheidenheid aan levensmiddelen door middel van zelfbediening
een bedrijf waar tuinbenodigdheden worden gekweekt, aangeboden en/of verkocht met een ondergeschikt assortiment voor huisgerelateerde en vrijetijdsartikelen.
bouwwerk geen gebouw zijnde dienend om de de toegang tot een erf af te sluiten.
uitvoeren, het doen uitvoeren, laten uitvoeren en in uitvoering geven.
verharding waarbij sprake is van een massieve toplaag zoals asfalt, beton, of verhardingen van al dan niet gebonden elementen zoals tegels, klinkers en grind.
erf dat geen onderdeel is van het achtererfgebied.
de naar de weg of naar de openbare ruimte gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg of naar de openbare ruimte gekeerde gevels, de gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt, met uitzondering van de gevels die met de figuur gevellijn zijn aangeduid, dan gelden deze als voorgevel.
denkbeeldige lijn die strak wordt getrokken langs de voorgevel van het hoofdgebouw tot aan de zijdelingse perceelsgrenzen.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling, ondergrondse lokale leidingen, tele- en datacommunicatieleidingen, riolering.
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, hemelwaterinfiltratie en waterkwaliteit. Hierbij kan gedacht worden aan duikers, stuwen, infiltratievoorzieningen, gemalen, inlaten et cetera.
de hoogte (het niveau) van de waterspiegel gemeten naar NAP op het moment van aanvraag van de vergunning, afwijking of bestemmingswijziging. Dit kan betrekking hebben op zowel oppervlaktewater als grondwater.
alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de wegen liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen.
bedrijven, zoals bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer, die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken.
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden of maximaal vier personen die geen huishouden vormen, waaronder begrepen eventueel gemeenschappelijk gebruik van bepaalde ruimten.
een inrichting ten behoeve van het al dan niet bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie, waarbij het verstrekken van al dan niet ter plaatse bereide etenswaren en/of het verstrekken van drank voor consumptie ter plaatse mogelijk is.
gebouwen bestemd voor het verblijf, al dan niet gedurende een gedeelte van de dag, van minderjarigen, ouderen, zieken of gehandicapten, te weten:
a. ziekenhuizen, bejaardenhuizen en verpleeghuizen;
b. scholen;
c. gebouwen of gedeelten daarvan, bestemd voor dagopvang van minderjarigen.
een denkbeeldige lijn, die vanuit een bepaald punt vrij uitzicht biedt op het omliggende landschap.
de gronden die behoren bij het hoofdgebouw en gelegen zijn aan de zijkant(en) van dat hoofdgebouw tussen de denkbeeldige lijnen in het verlengde van de voor- en achtergevel.
de ruimte tussen bouwwerken onderling alsmede de ruimte tussen bouwwerken tot perceelsgrenzen gemeten vanaf de buitenwerkse gevelvlakken.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel. De goothoogte van een gebouw mag worden overschreden door hellende dakvlakken, topgevels, schoorstenen en andere ondergeschikte bouwdelen.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen de bovenzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de gebruiksoppervlakte volgens NEN2580.
een in het plan aangegeven percentage van het bouwvlak, gerekend per bouwperceel dat ten hoogste mag worden bebouwd.
grootste uitwendige afstand in een rechte lijn tussen de zijgevels.
De voor 'Bedrijf - Nutsvoorziening' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende
Op de tot 'Bedrijf - Nutsvoorziening' bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken die ten dienste staan van deze bestemming.
Ten aanzien van het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De voor 'Detailhandel - Tuincentrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde, gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde, gelden de volgende regels:
De voor 'Groen - Landschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Uitsluitend zijn toegestaan schuilhutten en bouwwerken, geen gebouwen zijnde die ten dienste staan van deze bestemming, waarbij tevens wordt voldaan aan de volgende regels:
Voor het bouwen van schuilhutten gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde, gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding 'tuincentrum' gelden de volgende regels:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden ter waarborging van het landschappelijke karakter van het plangebied zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in 6.4.1 vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
Bij het oprichten van gebouwen of het veranderen van gebruik dient de inrichting van elk perceel zodanig te zijn dat voldoende ruimte aanwezig is om zowel het parkeren van motorvoertuigen en fietsen als het eventueel laden en lossen op eigen terrein te kunnen afwikkelen. Er dient voorzien te zijn in voldoende parkeeraccommodatie conform de parkeernormen welke zijn of nog kunnen worden vastgesteld door de raad van gemeente Capelle aan den IJssel.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
De voor Recreatie aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen binnen het bouwvlak gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleinveetuinen' mogen in afwijking van 8.2.1 onder a. gebouwen buiten het bouwvlak worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'scouting' mogen in afwijking van 8.2.1 onder a. gebouwen buiten het bouwvlak worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'volkstuin' mogen in afwijking van 8.2.1 onder a. gebouwen buiten het bouwvlak worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
De voor Tuin aangewezen gronden zijn bestemd voor:
het bouwen van gebouwen is niet toegestaan;
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden te parkeren.
Het in 9.3.1 vervatte verbod geldt niet voor:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 9.3.1 ten behoeve van het toestaan van parkeren met inachtneming van de volgende regels:
De voor Verkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
De voor Verkeer - Verblijfsgebied aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
het bouwen van gebouwen is niet toegestaan.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:
De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:
De maximale toelaatbare bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste bedragen:
Onder gebruik in strijd met de bestemming als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, sub c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt in ieder geval verstaan:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
De voor 'Wonen - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
Onder gebruik in strijd met de bestemming als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, sub c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt in ieder geval verstaan:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
De voor 'Leiding - Leidingstrook' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor ondergrondse (energie- en transport) leidingen, niet zijnde een hoofdaardgastransportleiding, met bijbehorende bouwwerken, geen gebouw zijnde, zoals afsluiters en afsluitergroepen.
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 15.2 ten behoeve van bebouwing
welke is toegestaan op basis van de andere bestemmingen, indien door de bouw en situering van de betreffende bebouwing geen schade wordt toegebracht aan de leiding. Het bevoegd gezag wint alvorens de omgevingsvergunning te verlenen advies in bij de leidingbeheerder.
De voor 'Waarde - Archeologie - 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor behoud van de aan de gronden eigen zijnde archeologische waarden.
In het belang van de archeologische monumentenzorg dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport aan burgemeester en wethouders te overleggen van een archeologisch deskundige waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld.
Deze bepaling heeft uitsluitend betrekking op aanvragen om omgevingsvergunning voor het bouwen van bouwwerken (waaronder begrepen het heien van heipalen en het slaan van damwanden) welke voldoen aan de oppervlakte- en/of dieptematen welke genoemd zijn in 16.3.1.
Burgemeester en wethouders kunnen in het belang van de archeologische monumentenzorg aan een omgevingsvergunning voor het bouwen de volgende regels verbinden:
In het belang van de archeologische monumentenzorg is het verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de hierna onder 16.3.2 genoemde werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren of te doen c.q. te laten uitvoeren die dieper reiken dan 0.5 meter beneden maaiveld en die tevens een terreinoppervlak groter dan 100 m² beslaan.
Het vergunningvereiste geldt niet voor werken (geen bouwwerken zijnde) of voor werkzaamheden gericht op het normale onderhoud en beheer van de betreffende gronden, niet voor bedoelde activiteiten welke in uitvoering waren ten tijde van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan en evenmin voor bestaande weg- en leidingcunetten.
Vergunning wordt verleend nadat de aanvrager een rapport aan burgemeester en wethouders heeft overlegd van een archeologisch deskundige waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld.
Aan een vergunning kunnen de volgende regels worden verbonden:
De voor 'Waarde - Archeologie - 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor behoud van de aan de gronden eigen zijnde archeologische waarden.
In het belang van de archeologische monumentenzorg dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen een rapport aan burgemeester en wethouders te overleggen van een archeologisch deskundige waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld.
Deze bepaling heeft uitsluitend betrekking op aanvragen om een omgevingsvergunning voor het bouwen van bouwwerken (waaronder begrepen het heien van heipalen en het slaan van damwanden) welke voldoen aan de oppervlakte- en dieptematen welke genoemd zijn in 17.3.1.
Burgemeester en wethouders kunnen in het belang van de archeologische monumentenzorg aan een omgevingsvergunning voor het bouwen de volgende regels verbinden:
In het belang van de archeologische monumentenzorg is het verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de hierna onder 17.3.2 genoemde werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren of te doen c.q. te laten uitvoeren die dieper reiken dan 0.5 meter beneden maaiveld en die tevens een terreinoppervlakte groter dan 200 m² beslaan.
Het vergunningvereiste geldt niet voor werken (geen bouwwerken zijnde) of voor werkzaamheden gericht op het normale onderhoud en beheer van de betreffende gronden, niet voor bedoelde activiteiten welke in uitvoering waren ten tijde van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan en evenmin voor bestaande weg- en leidingcunetten.
Vergunning wordt verleend nadat de aanvrager een rapport aan burgemeester en wethouders heeft overlegd van een archeologisch deskundige waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld.
Aan een vergunning kunnen de volgende regels worden verbonden:
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), primair bestemd voor bescherming en onderhoud van de waterkering.
Het is verboden op of in de in lid 18.1 bedoelde gronden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgermeester en wethouders voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het in lid 18.3.1 vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 18.3.1 zijn slechts toelaatbaar, indien advies wordt ingewonnen bij de waterbeheerder en door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen (onevenredige) afbreuk wordt gedaan aan de belangen van de waterbeheerder.
De voor 'Waterstaat - Waterstaatkundige functie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), primair bestemd voor:
Op de in lid 19.1 bedoelde gronden mogen bouwwerken, geen gebouw zijnde, ten behoeve van de in dit artikel bedoelde bestemming worden gebouwd en mogen andere bouwwerken overeenkomstig de bouwregels van de andere daar voorkomende bestemmingen worden gebouwd, mits advies wordt ingewonnen bij de waterbeheerder en geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de belangen van het waterbergend vermogen.
Het is verboden op of in de in lid 19.1 bedoelde gronden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgermeester en wethouders voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het in lid 19.3.1 vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 19.3.1 zijn slechts toelaatbaar, indien advies wordt ingewonnen bij de waterbeheerder en door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen (onevenredige) afbreuk wordt gedaan aan de belangen van de waterbeheerder.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De bouwgrenzen mogen in afwijking van de verbeelding worden overschreden door:
De maximale toelaatbare bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag - tenzij in hoofdstuk 2 anders is geregeld - ten hoogste bedragen:
Ondergrondse bebouwing is uitsluitend ter plaatse van gebouwen (hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken) toegestaan, met dien verstande dat de bouwregels ten aanzien van de maximaal te bebouwen oppervlakte van het perceel van overeenkomstige toepassing zijn.
Afwijking bij een omgevingsvergunning
Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
Afwijking bij een omgevingsvergunning
Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
Ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - open landschap' is het beleid mede gericht op het behoud, beheer en herstel van landschappelijk en ecologisch waardevolle landschapselementen met de volgende kernkwaliteiten: vlak en open landschap met een recht en regelmatig verkavelingspatroon, sloten en grote open ruimten met doorzichten naar het achterliggende open landschap, zoals opgenomen in Bijlage 3 Landschapsadvies 's-Gravenweg-West.
Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - open landschap' mag niet buiten het bouwvlak worden gebouwd, met uitzondering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in de vorm van:
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden) de volgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren:
De werken of werkzaamheden genoemd in lid 23.1.2 zijn slechts toelaatbaar, indien de landschappelijke waarden en het doorzicht naar het achterliggende open landschap niet in onevenredige mate worden aangetast.
Burgemeester en wethouders kunnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in lid 23.1.2 advies inwinnen bij een landschapsdeskundige.
Ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - halfopen landschap' is het beleid mede gericht op het behoud, beheer en herstel van landschappelijk en ecologisch waardevolle landschapselementen met de volgende kernkwaliteiten: afwisselende landschappen met open ruimten en gesloten ruimten met dichte beplanting, een recht en regelmatig verkavelingspatroon en sloten, zoals is opgenomen in Bijlage 3 Landschapsadvies 's-Gravenweg-West.
Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - halfopen landschap' mag buiten het bouwvlak niet worden gebouwd;
Met uitzondering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in de vorm van:
Ter plaatse van de aanduiding ‘overige zone - 's-Gravenweg' is het beleid mede is gericht op:
Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - 's-Gravenweg' gelden de volgende regels:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden ter plaatse van bestaande bruggen, nieuwe bruggen en de bestemming Tuin te parkeren.
Het in 23.3.2. a vervatte verbod geldt niet voor:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 23.3.2 a vervatte verbod ten behoeve van het toestaan van parkeren met inachtneming van de volgende regels:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgermeester en wethouder voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:
Het in a vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:
Ter plaatse van de aanduiding ‘overige zone - historische structuren' is het beleid mede gericht op het behoud, beheer en herstel van historische structuren, zoals de Kade, Mient; Nieuwe Laan en de Oude Laan, met de bijbehorende landschappelijk karakter, openheid en structuurbomen.
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgermeester en wethouders voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:
Het in a vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' gelden bouwregels voor het tegengaan van een te hoog veiligheidsrisico vanwege de aanwezigheid van een vulpunt voor LPG, reservoir voor LPG en een afleverzuil voor LPG.
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen mogen geen nieuwe (beperkt) kwetsbaar objecten en zeer kwetsbare objecten worden gebouwd.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 23.5.2 indien:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen en de aanduiding wijzigen in die zin dat de zone wordt aangepast, indien daartoe als gevolg van wijziging in gebruik, bedrijfsvoering, regelgeving of vergunningverlening aanleiding bestaat.
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan het bevoegd gezag bij omgevingsvergunning afwijken van:
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 meter bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald als: 'Regels van het bestemmingsplan 's-Gravenweg-West'.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Capelle aan den IJssel, gehouden op ....... 2017.
De griffier, De voorzitter,
............... ................