Plan: | Fascinatio-Capelsebrug |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0502.BP12Fascinatio-4001 |
Voor de ten hoogste toelaatbare hoogte van gebouwen dienen - onverminderd hetgeen in sublid 18.1.1 of hoofdstuk 2 van de regels is bepaald - de aangegeven hoogten te worden aangehouden.
De gebouwen mogen zowel plat als met kap worden afgedekt. Voor zover een platte afdekking wordt toegepast, geeft de aangegeven maximale goothoogte, de ten hoogste toelaatbare hoogte van het boeibord van het platte dak aan.
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag - tenzij in hoofdstuk 2 of de overige regels anders in bepaald- ten hoogste bedragen:
Bouwhoogte | |
van overkappingen | 3 meter |
van speeltoestellen | 4 meter |
doeleinden van openbaar nut | 3 meter |
van (schotel) antennes | 5 meter |
van tuinmeubilair | 2 meter |
van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 3 meter |
De maximale oppervlakte van een gebouw ten behoeve van doeleinden van openbaar nut bedraagt 35 m2 en de bouwhoogte maximaal 3 meter.
Bij planvorming met gevolgen voor de waterhuishouding wint het bevoegd gezag advies in bij de waterbeheerder. Voor het aan-, omleggen en/of dempen van watergangen geldt dat voorafgaand aan de werkzaamheden toestemming verkregen dient te worden van de betrokken waterbeheerder.
Bij het oprichten van gebouwen of het veranderen in gebruik dient de inrichting van elk perceel zodanig te zijn dat voldoende ruimte aanwezig is om zowel het parkeren als het eventueel laden en lossen op eigen terrein te kunnen afwikkelen. Op eigen terrein dient voorzien te zijn in voldoende parkeeraccommodatie. Er moet voldaan worden aan de vigerende parkeernota. Ter indicatie zijn de huidige normen (per 1 januari 2011) in Bijlage 1 van deze regels opgenomen.
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 18.4.1 en toestaan dat in minder parkeergelegenheid wordt voorzien, mits dit geen onevenredige afbreuk doet aan de parkeersituatie.