direct naar inhoud van Artikel 20 Algemene bouwregels
Plan: Capelle-West
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0502.BP11CapelleWest-4001

Artikel 20 Algemene bouwregels

20.1 Hoogteaanduidingen

20.1.1 Voor de ten hoogste toelaatbare hoogte van gebouwen dienen - onverminderd hetgeen in sublid 20.1.3 of hoofdstuk 2 van de regels is bepaald - de aangegeven hoogten te worden aangehouden.
20.1.2 De gebouwen mogen zowel plat als met kap worden afgedekt. Voor zover een platte afdekking wordt toegepast, geeft de aangegeven maximale goothoogte, de ten hoogste toelaatbare hoogte van het boeibord van het platte dak aan.
20.1.3 De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag - tenzij in hoofdstuk 2 of de overige regels anders in bepaald- ten hoogste bedragen:
  Bouwhoogte  
van overkappingen   3 m  
van speeltoestellen   3 m  
nutsvoorzieningen   3 m  
van (schotel) antennes   5 m  
van tuinmeubilair   2 m  
van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde   3 m  
scheepvaartverkeersvoorzieningen   7 m  
20.2 Nutsvoorzieningen

De maximale oppervlakte van een gebouw ten behoeve van een nutsvoorziening bedraagt 35 m2 en de bouwhoogte maximaal 3 meter.

20.3 Water

Bij planvorming met gevolgen voor de waterhuishouding wint het bevoegd gezag advies in bij de waterbeheerder. Voor het aan-, omleggen en/of dempen van watergangen geldt dat voorafgaand aan de werkzaamheden toestemming verkregen dient te worden van de betrokken waterbeheerder.

20.4 Hollandsche IJssel

Het bevoegd gezag wint advies in bij de beheerder van de Hollandsche IJssel alvorens vergunning te verlenen voor het bouwen, verbouwen of uitbreiden van hoofdgebouwen, bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouwen zijnde voor zover dit binnen 20 meter van de gemiddelde waterstandlijn van de Hollandsche IJssel plaatsvindt.

20.5 Parkeren

Bij het oprichten van gebouwen of het veranderen in gebruik dient de inrichting van elk perceel zodanig te zijn dat voldoende ruimte aanwezig is om zowel het parkeren als het eventueel laden en lossen op eigen terrein te kunnen afwikkelen. Op eigen terrein dient voorzien te zijn in voldoende parkeeraccommodatie. Er moet voldaan worden aan de vigerende parkeernota. Ter indicatie zijn de huidige normen (per 1 januari 2011) in Bijlage 1 van deze regels opgenomen.