direct naar inhoud van Artikel 13 Wonen - 5
Plan: Lagewei-Vrouwenpolder
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0489.BPWGO20090004-VI01

Artikel 13 Wonen - 5

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - 5' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het wonen in de vorm van vrijstaande woningen met aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
  • b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals erven, tuinen, water, nutsvoorzieningen, speelvoorzieningen en parkeervoorzieningen;

met dien verstande dat per woning voorzien dient te worden in 2,0 parkeerplaatsen binnen het bestemmingsvlak.

13.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

13.2.1 Hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen en bijgebouwen
  • a. de gebouwen (hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen en bijgebouwen) worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' aangegeven bouwhoogte;
  • c. per bouwvlak is ten hoogste 1 woning toegestaan;
  • d. woningsplitsing is niet toegestaan;
  • e. de voorgevel van een hoofdgebouw dient in of binnen een afstand van 3 m tot de voorste bouwgrens te worden gebouwd;
  • f. de afstand van hoofdgebouwen tot de zijdelingse perceelsgrenzen bedraagt aan de ene zijde ten minste 3 m en aan de andere zijde ten minste 5 m;
  • g. de grondoppervlakte respectievelijk inhoud van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 140 m² respectievelijk 900 m³.

13.2.2 Aan- en uitbouwen en bijgebouwen
  • a. de afstand van aan- en uitbouwen en bijgebouwen tot de voorgevel van het hoofdgebouw, of het verlengde daarvan, bedraagt ten minste 5 m;
  • b. de afstand van aan- en uitbouwen en bijgebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt ten minste 2 m;
  • c. de breedte van aan- en uitbouwen aan de oorspronkelijke zijgevel van het hoofdgebouw bedraagt ten hoogste 40% van de breedte van de voorgevel van het hoofdgebouw met een maximum van 5 m;
  • d. de diepte van aan- en uitbouwen bedraagt ten hoogste 5 m, gemeten vanuit de oorspronkelijke achtergevel van het hoofdgebouw;
  • e. de bouwhoogte van aan- en uitbouwen bedraagt ten hoogste 4 m;
  • f. de bouwhoogte van bijgebouwen bedraagt ten hoogste 3 m;
  • g. het gezamenlijk te bebouwen oppervlak aan aan- en uitbouwen en bijgebouwen bedraagt ten hoogste 50% van het zij- en achtererf met een maximum van 75 m².

13.3 Specifieke gebruiksregels
  • a. Met betrekking tot het gebruik geldt dat tijdelijke of permanente bewoning van bijgebouwen niet is toegestaan.
  • b. De vloeroppervlakte ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten bedraagt ten hoogste 30% van de vloeroppervlakte van het betrokken hoofdgebouw, inclusief aan- en uitbouwen, met een maximum van 40 m².