direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
Plan: Zuidpolder
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0489.1481381700-0001

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'waterzuivering': een rioolwaterzuiveringsinstallatie;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-gasbehandelingsinstallatie': een gasbehandelingsinstallatie;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-1': uitsluitend de handel in en reparatie van heftrucks;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'opslag': uitsluitend opslag met dien verstande dat buitenopslag niet is toegestaan;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning': één bedrijfswoning behorende bij het bedrijf;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening': uitsluitend nutsvoorzieningen;
  • g. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en laad- en losvoorzieningen.
4.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

4.2.1 Gebouwen
  • a. de gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste 8 m;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' bedraagt de bouwhoogte van gebouwen ten hoogste 4 m;
  • d. de goothoogte ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' bedraagt ten hoogste 4,5 m;
  • e. de goothoogte van bedrijfswoningen mag worden overschreden door dakkapellen, indien:
    • 1. de afstand tot de dakvoet, de nok en de zijkanten van het dakvlak ten minste 0,5 m bedraagt;
    • 2. de bouwhoogte van de dakkapel, gemeten vanaf de voet van de dakkapel, ten hoogste 1,5 m bedraagt;
    • 3. de breedte van dakkapellen aan de voor- of zijkant van het hoofdgebouw ten hoogste 50% van het dakvlak bedraagt met een maximum van 3 m;
  • f. de bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' bedraagt ten hoogste 10 m;
  • g. de inhoud van bedrijfswoningen bedraagt ten hoogste 500 m³, waarbij (de delen van) gebouwen die onder peil gelegen zijn worden meegeteld bij de inhoudsberekening;
  • h. het bouwen van niet tot de bedrijfsvoering behorende bijgebouwen is toegestaan, met dien verstande dat:
    • 1. de oppervlakte van de bijgebouwen ten hoogste 50 m² bedraagt;
    • 2. de goothoogte van een bijgebouw ten hoogste 3 m bedraagt;
    • 3. de bouwhoogte van een bijgebouw ten hoogste 4,5 m bedraagt;
  • i. de totale oppervlakte van gebouwen, overkappingen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste het met de maatvoeringaanduiding aangegeven bebouwingspercentage van het bouwperceel.

4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-gasbehandelingsinstallatie' ten hoogste 15 m;
  • c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ter plaatse van de aanduiding 'waterzuivering' ten hoogste 6 m, met dien verstande dat:
      • 5% van het totaal te bouwen oppervlak als bedoeld onder 4.2.1 onder i ten hoogste 8 m bedraagt;
      • 1% van het totaal te bouwen oppervlak als bedoeld onder 4.2.1 onder i ten hoogste 18 m bedraagt;
  • d. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' ten hoogste 3 m;
  • e. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 m;
  • f. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen voor de voorgevel van bedrijfswoningen bedraagt ten hoogste 1 m;
  • g. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 6 m.
4.3 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:

  • a. Bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • b. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • c. Wgh-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • d. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage.
4.4 Wijzigingsbevoegdheid

Het college van burgemeester en wethouders kan de in het plan opgenomen bestemmingen met de aanduiding 'wro-zone-wijzigingsgebied-2' wijzigen ten behoeve van de bestemming 'Bedrijf' met de aanduiding 'waterzuivering', indien behoefte bestaat aan uitbreiding van de capaciteit van de afvalwaterzuiveringsinstallatie, met dien verstande dat:

  • a. de bestemming uitsluitend gewijzigd mag worden voor zover dit krachtens de eisen die voorvloeien uit de Wet milieubeheer aanvaardbaar wordt geacht;
  • b. de afvalwaterzuiveringsinstallatie op een landschappelijk verantwoorde wijze wordt ingepast, in aansluiting op de landschappelijke inpassingeisen die zijn gesteld bij de aangrenzende afvalwaterzuiveringsinstallatie, waarbij geen nieuwe entree mag worden gerealiseerd;
  • c. de in artikel 4 aangegeven maximale hoogten en bebouwingspercentages van toepassing zijn.