20.2 Bouwregels
Op en onder in lid 20.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming met inachtneming van de volgende regels:
Voor woonboten:
-
a. een maximale lengte van 32 meter;
-
b. een maximale breedte van 6,5 meter;
-
c. een maximale hoogte van 5,0 meter boven de waterlijn;
-
d. een maximale diepte van 2,0 meter onder de waterlijn.
Voor woonarken:
-
e. een maximale lengte van 20 meter;
-
f. een maximale breedte van 6,5 meter;
-
g. een maximale hoogte van 5 meter boven de waterlijn;
-
h. een maximale diepte van 2 meter onder de waterlijn.
Bebouwing op drijvende terrassen of op steigers:
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken is het bepaalde in artikel 14.2 Bouwregels van de bestemming Tuin - 1 van overeenkomstige toepassing, waarbij de daarin genoemde oppervlakte en het maximale bebouwingspercentage worden berekend over het perceel tussen de bestemmingsgrens grenzend aan de bestemming Verkeer - Verblijfsgebied en de woonboot of woonark.
20.4 Specifieke gebruiksregels
Voor de onder in lid 20.1 genoemde gronden gelden de volgende regels:
-
a. woonboten, woonarken en toebehoren zijn uitsluitend toegestaan binnen de grenzen van de aanduiding 'woonschepenligplaats';
-
b. (drijvende) bergingen en (onderhouds)vlotten zijn uitsluitend toegestaan binnen de grenzen van de waterkavel;
-
c. Voor zover de gronden niet worden benut voor het innemen van een ligplaats met een woonschip, mogen ze worden gebruikt als water. Artikel 18 is dan van toepassing.
20.4.1 Strijdig gebruik
Tot een gebruik dat strijdig is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt:
-
d. het gebruiken, laten gebruiken of in gebruik geven van gronden als afmeervoorziening ten behoeve van plezierbootjes, anders dan voor eigen gebruik;
20.4.2 Toegestaan gebruik
Onder strijdig gebruik wordt niet verstaan het gebruik van gedeelten van woonschepen en/of bijbehorende bouwwerken ten behoeve van een huisgebonden beroep of bedrijf behorende tot ten hoogste categorie A van de Staat van Bedrijfsactiviteiten - functiemenging indien en voor zover:
-
a. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft;
-
b. het vloeroppervlak voor een huisgebonden beroep en/of bedrijf mag niet meer dan 30% van het bruto vloeroppervlakte van het woonschip en bijbehorende bouwwerken bedraagt, met een maximum van 65 m²;
-
c. ten behoeve van een huisgebonden beroep en/of bedrijf wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
-
d. het gebruik geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het (vaar)verkeer;
-
e. geen horeca en geen detailhandel mag plaatsvinden, uitgezonderd een beperkte verkoop ondergeschikt aan de uitoefening van een huisgebonden beroep en/of bedrijf;
-
f. het beroep of de activiteit door de bewoner wordt uitgeoefend.