De op de verbeelding voor ‘Verkeer’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
wegen;
fiets- en voetpaden;
water en waterberging;
bruggen, dammen en duikers;
bermen;
groenvoorzieningen;
parkeervoorzieningen;
straatmeubilair.
6.2 Bouwregels
6.2.1
Op deze gronden mogen met inachtneming van de op de verbeelding aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de hierboven genoemde bestemming worden gebouwd:
gebouwen;
bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
6.2.2
Voor het bouwen van gebouwen als bedoeld in artikel 6 lid 2.1, gelden de volgende bepalingen:
gebouwen worden plat afgedekt en de hoogte mag niet meer bedragen dan 3 meter;
de oppervlakte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 18 m2;
6.2.3
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde als bedoelt in artikel 6 lid 2.1, gelden de volgende bepalingen:
de hoogte van lichtmasten, verkeerslichten en wegwijzers mag niet meer bedragen dan 8 meter;
de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 5 meter.