direct naar inhoud van 4.2 Rijksbeleid
Plan: HMS-terrein
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0450.BPHMSterrein-VS01

4.2 Rijksbeleid

4.2.1 AMvB Ruimte (2009)

Deze AMvB Ruimte bevat alle ruimtelijke beleidskaders van het Rijk en vormt een sluitstuk van rijkszijde van het nieuwe stelsel van ruimtelijke ordening. Deze Algemene Maatregel van Bestuur bevat alle ruimtelijke rijksbelangen uit eerder uitgebrachte planologische kernbeslissingen (PKB's) die juridisch doorwerken in bestemmingsplannen. Het gaat om kaders voor onder meer bundelen van verstedelijking, de bufferzones, nationale landschappen, de ecologische hoofdstructuur, de kust, grote rivieren, militaire terreinen, mainportontwikkeling van Rotterdam, en de Waddenzee.

Het rijksbeleid geeft geen specifieke informatie over Uitgeest en het plangebied. Het plangebied ligt ten noorden van het stedelijk netwerk Randstad. Daarnaast ligt Uitgeest nabij het nationaal landschap de Stelling van Amsterdam en te midden van het nationaal landschap Laag Holland.

In juni 2008 heeft het kabinet de Realisatieparagraaf Nationaal ruimtelijk beleid vastgesteld welke is toegevoegd aan de Nota Ruimte. Deze paragraaf geeft inzicht in de nationale belangen welke het kabinet heeft gedefinieerd en op welke wijze het Rijk deze wil verwezenlijken. In het bijzonder wordt aangegeven welke belangen zullen worden gewaarborgd in de AMvB Ruimte. De Realisatieparagraaf beschrijft enerzijds voor de Nota Ruimte hoe het beleid van de PKB-teksten wordt gerealiseerd en anderzijds voor de andere vigerende ruimtelijke nota's hoe de PKB-teksten, die zijn bedoeld door te werken tot op lokaal niveau, worden gerealiseerd.

Bundeling van verstedelijking en economische activiteiten in steden en dorpen maakt het mogelijk functies bij elkaar te brengen waardoor het draagvlak voor voorzieningen en arbeid, zorgtaken en ontspanning beter te combineren zijn. Bundeling van verstedelijking en economische activiteiten vereist een in onderlinge samenhang optimale benutting van het bestaande bebouwde gebied en tegelijk nieuwe bebouwing daar buiten. Volgens de Realisatieparagraaf dient in bestaand stedelijk gebied optimale benutting van bestaand bebouwd gebied plaats te vinden om verrommeling een halt toe te roepen. Hierdoor neemt de noodzaak af om open ruimte te gebruiken voor bebouwing. Het wordt moeilijker gemaakt om nieuwbouw in het buitengebied te realiseren. De bundelingsdoelstellingen uit de Nota Ruimte blijven actueel. Het Rijk toetst of provincies het bundelingsbeleid voor verstedelijking en economische activiteiten in het provinciale en regionale ruimtelijke beleid opnemen.

De ontwikkelingen in het bestemmingsplan passen binnen de realisatieparagraaf. De ontwikkeling vindt plaats binnen bestaand bebouwd gebied en maakt de transformatie van een bedrijventerrein naar woningbouw mogelijk.