direct naar inhoud van Artikel 9 Groen
Plan: Woongebieden Kern Schagen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0441.BPWOONGSCHAGEN-OH01

Artikel 9 Groen

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen,
  • b. openbare nutsvoorzieningen;
  • c. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • d. voet- en fietspaden;
  • e. een monumentale of waardevolle boom ter plaatse van de aanduiding 'monumentale of waardevolle boom';
  • f. een kinderboerderij ter plaatse van de aanduiding 'kinderboerderij';
  • g. speelterreinen ter plaatse van de aanduiding 'speelvoorziening';
  • h. een molen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - molen';

met bijbehorende bouwwerken.

9.2 Bouwregels
9.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen dienen binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dat de aangegeven bouwhoogte;
  • c. in afwijking van het bepaalde onder a en b mag niet worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'monumentale of waardevolle boom'.
9.2.2 Bouwwerken geen gebouw zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer bedragen dan 6 m;
  • b. de bouwhoogte van lichtmasten mag niet bedragen dan 6 m;
  • c. de bouwhoogte van speelvoorzieningen mag niet meer bedragen dan 4 m;
  • d. de bouwhoogte van afscheidingen ten behoeve van speelvoorzieningen mag niet meer bedragen dan 5 m;
  • e. de bouwhoogte van een molen mag niet meer bedragen dan 8 m;
  • f. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 2 m.
  • g. in afwijking van het bepaalde onder a tot en met f mag niet worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'monumentale of waardevolle boom'.
9.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 9.2 voor het bouwen op gronden met de aanduiding 'monumentale of waardevolle boom' indien de groeiontwikkelingsmogelijkheden van de monumentale of waardevolle boom hierdoor niet worden aangetast.

9.4 Afwijken van de gebruiksregels
9.4.1 Afwijking parkeren

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 9.1 voor het gebruik en inrichting van de gronden ten behoeve van parkeerplaatsen onder de voorwaarde dat dit niet leidt tot een onevenredige aantasting van de hoofdgroenstructuur.

9.4.2 Houden evenementen

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 9.1 voor het gebruik van gronden ten behoeve van evenementen onder de voorwaarde dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • a. de sociale veiligheid;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de woonsituatie.
9.4.3 Nieuwe speelterreinen

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 9.1 voor het gebruik en inrichting van de gronden ten behoeve van een nieuw speelterrein onder de voorwaarde dat dit niet leidt tot een onevenredige aantasting van de hoofdgroenstructuur.

9.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming Groen te wijzigen in de bestemming Tuin en-/of Wonen.