16.2 Bouwregels
16.2.1 Ligplaats voor een woonschip
Voor het innemen van een ligplaats met een woonschip gelden de volgende regels:
-
a. ten aanzien van de maximale lengte van een woonschip geldt de bestaande lengte van het woonschip ten tijde van terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan;
-
b. de hoogte van een woonschip bedraagt ten hoogste 4,5 meter, gemeten vanaf waterpeil;
-
c. de breedte van een woonschip bedraagt ten hoogste 5,5 meter;
-
d. de afstand tussen de woonschepen onderling bedraagt ten minste 1 meter.
16.2.2 Ligplaats voor een historisch woonschip
Voor het innemen van een ligplaats met een historisch woonschip gelden de volgende regels:
-
a. de lengte van een historisch woonschip bedraagt ten hoogste 26 meter;
-
b. de hoogte van een historisch woonschip bedraagt ten hoogste 4 meter, gemeten vanaf waterpeil;
-
c. de breedte van een historisch woonschip bedraagt ten hoogste 5,5 meter;
-
d. het historisch woonschip mag ten hoogste 1 meter uit de oever liggen;
-
e. de afstand van een historisch woonschip tot een brug bedraagt minimaal 6 meter;
-
f. de onderlinge afstand tussen de brandbare delen van twee naast elkaar liggende historische woonschepen is minimaal 5 meter. Indien het stalen schepen betreft mag 3 meter worden aangehouden. Voorwaarde hierbij is dan wel dat er zich geen gasflessen aan boord van beide schepen bevinden.
16.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
-
a. steigers mogen een breedte van maximaal 50% van de breedte van het perceel hebben tot een maximum van zes meter en mogen maximaal 1 meter vanaf de waterkant het water insteken
-
b. voor het bouwen van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de regels zoals opgenomen in artikel 24.1.