Overwhere Noord 2012

5.4 Bodemkwaliteit

Het onderhavige bestemmingsplan heeft hoofdzakelijk een conserverend karakter. Alleen voor fase c van de ontwikkelingen in Kwadijkerpark wordt een nieuwe ontwikkeling direct in het voorliggende bestemmingsplan mogelijk gemaakt. Overige nieuwe ontwikkelingen worden via een wijzigingsbevoegdheid mogelijk gemaakt. Dit betreft fase b2 van de nieuwbouwontwikkeling Kwadijkerpark.

Kwadijkerpark fase b2 en c

Een verkennend bodemonderzoek is uitgevoerd door Cauberg-Huygen voor het gebied Kwadijkerpark in Overwhere Noord. Uit het rapport d.d. 12 januari 2007 volgen de onderstaande conclusies.

• Op basis van de resultaten van het uitgevoerde onderzoek kan worden geconcludeerd dat grond en grondwater ten hoogste licht verontreinigd zijn;
• De bodemkwaliteit vormt geen belemmeringen voor de voorgenomen ontwikkelingen op de locatie;
• Op basis van een indicatieve beoordeling van de hergebruikmogelijkheden kan worden geconcludeerd dat de vrijkomende grond ter plaatse van de nieuwe te graven waterpartijen waarschijnlijk in aanmerking komt voor hergebruik als schone grond;
• Opgemerkt wordt dat uitspraken over de hergebruikmogelijkheden van de grond gezien het niveau van het uitgevoerde onderzoek (NEN 5740) een indicatief karakter hebben;
• In de aanwezige watergangen bevindt zicht klasse 0, klasse 1 en klasse 2 slib. Het vrijkomende slib mag worden toegepast als bouwstof of in het kader van baggerwerkzaamheden op het aangrenzende perceel worden uitgebracht. Voor klasse 1 en klasse 2 slib dienen bepaalde restricties conform de vierde nota waterhuishouding in acht te worden genomen;
• Op basis van het onderhavige onderzoek bestaat geen aanleiding tot het vermoeden dat er op de locatie een bodemverontreiniging met asbest aanwezig is. Alleen met behulp van een onderzoek naar asbest in grond conform NEN 5707 (aangevuld met analyses) kan een duidelijker uitspraak over de asbesthoudendheid van de bodem worden gedaan;
• Gezien het feit dat er op de locatie sloop van gebouwen zal plaatsvinden waar mogelijk asbesthoudende materialen in zijn verwerkt, wordt een meting gedaan om de ‘0-situatie’ met betrekking tot de parameters asbest in bodem met behulp van een onderzoek conform NEN 5707 vast te stellen;
• Indien tijdens de geplande ontwikkelingen grond vrijkomt en van de locatie wordt afgevoerd wordt de betreffende grond in situ (op de locatie) te laten keuren conform het Bouwstoffenbesluit.

Jaap van Praaghuis

Voor de Meeuwvleugel in het Jaap van Praaghuis is een verkennend bodemonderzoek12uitgevoerd. Deze is als bijlage bij dit bestemmingsplan gevoegd. Hieronder worden de belangrijkste conclusies weergegeven.

Het Jaap van Praaghuis is omstreeks 1975 gevestigd aan het Rietgorsplein. Daarvoor was de locatie in gebruik als weiland. Op de onderzoekslocatie zijn geen ondergrondse tanks aanwezig (noch zijn in het verleden aanwezig geweest). Als gevolg van de aanwezigheid van een deklaag van voldoende dikte en met een beschreven samenstelling (20 meter onder maaiveld), een mogelijk op het terrein aanwezige verontreiniging zich niet gemakkelijk horizontaal en verticaal kan verspreiden. Op basis van visuele inspectie en vooronderzoek is het bodemonderzoek uitgevoerd conform de NEN 5740 onderzoeksstrategie voor onverdachte locaties. In de boven- en ondergrond zijn voor de geanalyseerde componenten geen verhoogde gehaltes gemeten. In het grondwater zijn voor de geanalyseerde componenten geen verhoogde gehaltes gemeten. De hypothese onverdacht is juist gebleken.

Een verzoek om ontheffing aanvullend bodemonderzoek is ingediend door de Zorgcirkel bij de gemeente. Op 8 juli 2011 is ontheffing verleend door de gemeente (zie bijlage).

• 12. Verkennend bodemonderzoek volgens NEN 5740”, locatie Rietgorsplein 1 te Purmerend, Tukkers Milieuonderzoek b.v, concept rapportage 5 oktober 2000, projectnr. 2016060R