De voor "Bedrijf" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. brandstofverkooppunt;
b. terreinen ten dienste van de onder sub a genoemde functie;
c. de bescherming en veiligstelling van de archeologische waarden als bedoeld in Artikel 16;
met de daarbij behorende:
d. bouwwerken, geen gebouw zijnde.
e. nutsvoorzieningen;
f. parkeervoorzieningen;
g. wegen en paden.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
a. een gebouw mag slechts gebouwd worden binnen het bouwvlak;
b. de maximaal toegestane bouwhoogte van een gebouw is de bestaande bouwhoogte, tenzij op de kaart een andere maximale bouwhoogte is aangeduid;
c. de maximaal toegestane gevelbreedte van een gebouw bedraagt de bestaande gevelbreedte;
d. de oppervlakte van een gebouw ten behoeve van een functie als bedoeld onder lid 3.1 sub a mag maximaal 12 m2 bedragen.
3.2.2 Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
a. bouwwerken geen gebouw zijnde mogen slechts bestaan uit pompen ten behoeve van de verkoop van de brandstoffen;
b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag ten hoogste 2,00 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de voorgevel ten hoogste 1,00 m zal bedragen;
c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste 3,00 m bedragen.