direct naar inhoud van Artikel 14 Sport
Plan: Bestemmingsplan Kersenboogerd
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0405.BPKERSENBOOGERD-OH01

Artikel 14 Sport

14.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. sport- en speelterreinen;
  • b. gebouwen ten behoeve van:
    • 1. sport- en trainingsfaciliteiten;
    • 2. kleedruimtes en sanitaire voorzieningen;
    • 3. detailhandel in sport- en daaraan gerelateerde artikelen;
    • 4. onderhoud en beheer;

al dan niet in combinatie met horeca categorie 3;

    • 1. horecabedrijven categorie 2.1, ter plaatse van de aanduiding "horeca van categorie 2.1";
  • c. paden;
  • d. groenvoorzieningen;
  • e. water;
  • f. parkeervoorzieningen;
  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder een tribune.

14.1 Bouwregels
14.1.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de gebouwen dienen binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. de goot- en bouwhoogte en het bebouwingspercentage van het bouwvlak mag ten hoogste:
    • 1. de in de aanduiding "maximale goot-, bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)", aangegeven goot- en bouwhoogte bedragen;
    • 2. het in de aanduiding "maximale goot-, bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)", aangegeven percentage bedragen.

14.1.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. er mag ten hoogste één tribune worden gebouwd;
  • b. de oppervlakte van de tribune zal ten hoogste 300 m² bedragen;
  • c. de bouwhoogte van een tribune mag ten hoogste 6,00 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag ten hoogste 2,00 m bedragen;
  • e. de bouwhoogte van lichtmasten mag ten hoogste 16,00 m bedragen;
  • f. de bouwhoogte van ballenvangers mag ten hoogste 10,00 m bedragen;
  • g. de bouwhoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 5,00 m bedragen.

14.2 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. de woonsituatie;
  • b. de verkeerssituatie;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

14.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen, met inachtneming van het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de verkeersveiligheid, de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken, ontheffing verlenen van:

  • a. het bepaalde in lid 14.2.1. sub a en toestaan dat gebouwen buiten het bouwvlak worden gebouwd, mits:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte van de buiten het bouwvlak gelegen gebouwen ten hoogste 40 m² mag bedragen.

14.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel, met uitzondering van detailhandel in sport- en daaraan gerelateerde artikelen, voorzover de verkoopvloeroppervlakte per sportinstelling ten hoogste 25 m² bedraagt.