direct naar inhoud van 3.6 Cultuurhistorische waarden
Plan: Van Riebeeck/Bonairelaan
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0402.17bp00riebbon-oh01

3.6 Cultuurhistorische waarden

3.6.1 Historisch-geografische waarden

Beschermd stads- en dorpsgezicht

Beschermde stads- en dorpsgezichten zijn aangewezen door het (voormalige) ministerie van VROM en het ministerie van OCW. Het betreft groepen van onroerende zaken die van algemeen belang zijn vanwege hun schoonheid, hun onderlinge ruimtelijke of structurele samenhang, dan wel hun wetenschappelijke of cultuurhistorische waarde, en in welke groepen zich één of meerdere monumenten bevinden. Als een gebied is aangewezen als beschermd stads- en dorpsgezicht, dan dient dit in het bestemmingsplan opgenomen te worden.

Binnen het plangebied is geen sprake van een beschermd stads- en dorpsgezicht.

Overige historisch-geografisch waardevolle gebieden

Voor zowel het West-Indiëkwartier als het deelgebied Alexanderpark van het Van Riebeeckkwartier geldt dat deze als onderdeel van de Gooise villaparkontwikkeling met buitenwoonhuizen en villa's, stedebouwkundig waardevol is vanwege zijn planmatige aanleg en inrichting. Ook de bebouwing aan de Soestdijkerstraatweg heeft een cultuurhistorische waarde vanwege zijn betekenis voor de ontwikkeling van Hilversum.

In het plangebied zijn verder geen noemenswaardige historisch-geografisch waardevolle gebieden.

3.6.2 (Steden)bouwkundige waarden

Rijksmonumenten staan ingeschreven in het Monumentenregister van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Provinciale monumenten zijn opgenomen in de provinciale monumentenlijst, gemeentelijke monumenten in de gemeentelijke monumentenlijst. UNESCO-monumenten zijn opgenomen in de lijst van het werelderfgoed. Het plangebied kent geen provinciale en UNESCO monumenten.

In onderstaand overzicht is opgenomen welke monumenten in het plangebied zijn gelegen.

Rijksmonument   gemeentelijk monument  
Soestdijkerstaartweg 88   Curacaolaan 28  
Soestdijkerstaartweg 90   Curacaolaan 30  
Spoorwegportalen   Surinamelaan 15  
  Surinamelaan 21  
  Surinamelaan 30  
  Arubalaan 6  
  Arubalaan 7  
  Bonairelaan 4  
  Soestdijkerstraatweg 39  
  Soestdijkerstraatweg 43  
  Soestdijkerstraatweg 46  
  Soestdijkerstraatweg 51-53  
  Soestdijkerstraatweg 52  
  Soestdijkerstraatweg 86  
  Soestdijkerstraatweg 99  
  Oude Amersfoortseweg 79  
  Oude Amersfoortseweg 80  
  Oude Amersfoortseweg 85  
  Oude Amersfoortseweg 196  
  Alexanderlaan 5-7  
  Alexanderlaan 14-16  
  Alexanderlaan 18-20  
  Alexanderlaan 22  
  Bonairelaan 4  
  Waldecklaan 9-15  
  Waldecklaan 25-33  
  Waldecklaan 35-55  
  Waldecklaan 32 - 34  
  Waldecklaan 36  

Voor het pand aan de Oude Amersfoortseweg 191 wordt momenteel de procedure doorlopen tot gemeentelijk monument.

Voor de monumenten is de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' opgenomen. Hiermee wordt vastgelegd dat de bestaande maten ten tijde van het bestemmingsplan blijven behouden.

3.6.3 Archeologische waarden

In 1992 is het zogenoemde “Verdrag van Malta” gesloten, een Europees verdrag dat is gericht op de bescherming van het archeologisch erfgoed. Sinds de officiële bekrachtiging van het verdrag door Nederland in 1998 is gewerkt 'in de geest van Malta' en is de Monumentenwet 1988 herzien, op grond van de Wet op de archeologische monumentenzorg (Wamz), om de archeologie wettelijk te verankeren. Op 1 september 2007 is de herziene Monumentenwet 1988 in werking getreden.

De kernpunten, geregeld in de Monumentenwet, zijn:

  • behoud en bescherming van het archeologisch erfgoed op de plek waar het ligt in de bodem (in situ);
  • opnemen archeologie in het ruimtelijke ordeningsproces;
  • 'de verstoorder betaalt';
  • transparant en helder besluitvormingsproces, informatie verspreiden en kennis van het archeologisch erfgoed vergroten.

De gemeente is het bevoegde gezag, en verantwoordelijk voor het opstellen van een archeologische verwachtings - en beleidskaart. Op de verwachtingskaart staat aangegeven welke archeologische beschermde monumenten, bekende waarden, en welke archeologische verwachtingen in Hilversum aanwezig zijn. Voor het te voeren beleid ten aanzien van de archeologische waarden en verwachtingen in de gemeente, stelt de gemeente een beleidsnota en de daarbij behorende beleidskaart op. De beleidskaart, moet volgens de nieuwe Wro in het bestemmingsplan worden opgenomen, zodat voor de aanvrager van een vergunning duidelijk is in welke gevallen een archeologisch onderzoek moet worden uitgevoerd. Deze gevallen worden voornamelijk bepaald door een maximale verstoringsoppervlakte en –diepte.

Het archeologische onderzoek is een getrapt proces. Elke stap in het proces wordt afgesloten met een besluit van het bevoegd gezag omtrent het archeologische erfgoed: of het plangebied wordt vrijgegeven, of er wordt een vervolgonderzoek gevraagd, of planaanpassing, of het archeologisch erfgoed wordt in situ beschermd. Eerst moet de aanvrager een inventariserend onderzoek overleggen. In dat inventariserend onderzoek wordt vastgesteld of er archeologisch erfgoed in de bodem aanwezig is en of er nader onderzoek nodig is. De volgende stap is het verrichten van een verkennend veldonderzoek (proefsleuven) om de aard, omvang en kwaliteit van het archeologisch erfgoed te onderzoeken. Het plangebied kan hierna op grond van een selectiebesluit worden vrijgegeven, beschermd, of, als bescherming niet mogelijk is, kan een opgraving worden gevraagd. Elke fase wordt uitgevoerd op grond van een programma van eisen. Behalve de eisen die aan het onderzoek worden gesteld in het kader van de Kwaliteitseisen Nederlandse Archeologie (KNA) kan de gemeente aanvullende eisen stellen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0402.17bp00riebbon-oh01_0011.jpg"

Figuur 10: Archeologische beleidskaart gemeente Hilversum

Zoals in bovenstaande figuur is aangegeven kent het plangebied hoofdzakelijk een hoge en middel-hoge en lage verwachtingswaarde.