Artikel 27 Wonen - 1 - Binnenstad
27.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - 1 - Binnenstad' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
a. het wonen in aaneengebouwde woningen, al dan niet in combinatie met de uitoefening van aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit;
en tevens voor:
-
b. bedrijven uit categorie 1 en 2 zoals genoemd in Bijlage 5 Staat van Bedrijfsactiviteiten, met uitzondering van bedrijfsactiviteiten met de SBI-2008 code 016, 451, 452, 454, 45205, 473, 46499, 493, 5221, 7711 en 96012, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf';
-
c. horeca ter plaatse van de aanduiding 'horeca;
-
d. kantoren op de begane grond, ter plaatse van de aanduiding 'kantoor';
-
e. detailhandel uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel';
met de daarbij behorende voorzieningen.
27.2 Bouwregels
Op de in artikel 27.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming en aanduidingen worden gebouwd, met dien verstande dat:
27.2.1 ten aanzien van (hoofd)gebouwen:
-
a. deze uitsluitend binnen het aangegeven bouwvlak worden gebouwd;
-
b. het bouwvlak 100% mag worden bebouwd, tenzij met een aanduiding anders is aangegeven;
-
c. de bouwhoogte niet meer dan 9,00 meter bedraagt, tenzij met een aanduiding anders is aangegeven;
-
d. de bouwdiepte maximaal 12,50 meter mag bedragen, tenzij een maximum bebouwingspercentage is aangeduid. In dat geval zijn gebouwen toegestaan voor zover wordt voldaan aan het bebouwingspercentage;
-
e. de aanduiding bedoeld in sub b en d geeft het totaal toegestane grondoppervlak aan bebouwing binnen de bouwgrenzen aan, uitgedrukt in procenten van het bouwperceel;
-
f. ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' zijn ook parkeervoorzieningen buiten het bouwvlak toegestaan, mits de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 1,00 meter boven het maaiveld;
27.2.2 ten aanzien van bijbehorende bouwwerken:
-
a. deze zowel binnen als buiten het bouwvlak mogen worden gebouwd;
-
b. voor zover binnen het bouwvlak gebouwd het bepaalde in 27.2.1 geldt;
-
c. voor zover gebouwd buiten het bouwvlak:
-
1. deze uitsluitend mogen worden gebouwd op een afstand van ten minste 3,00 meter achter (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw;
-
2. de oppervlakte van bijbehorende bouwwerken niet meer bedraagt dan 15% van het bouwperceel met een maximum van 30,00 m2;
-
3. de bouwhoogte niet meer dan 3,00 meter bedraagt;
-
4. in afwijking van het bepaalde in sub 3 is ter plaatse van de maatvoeringaanduiding '9' een hoogte van maximaal 9,00 meter toegestaan;
27.2.3 ten aanzien van bouwwerken, geen gebouwen zijnde:
-
a. deze zowel binnen als buiten het bouwvlak mogen worden gebouwd;
-
b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 1,00 meter bedragen voor zover deze zijn gelegen voor (het verlengde van) de voorgevellijn;
-
c. de bouwhoogte mag in overige gevallen maximaal 2,00 meter bedragen;
27.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders zijn, om de stedebouwkundige karakteristieken te waarborgen zoals deze zijn omschreven in Bijlage 1 Stedenbouwkundige karakteristieken, bevoegd nadere eisen te stellen aan de bouwhoogte, goothoogte, situering bouwwerken op een perceel, bouwmassa, oppervlakte, kapvorm, uiterlijk van gebouwen alsmede aan de bebouwingstypologie.
27.4 Afwijken van de bouwregels
-
a. Het bevoegd gezag is bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 27.2.1 sub c ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - afwijkende bouwhoogte', om ten behoeve van een accent in de bebouwing een grotere bouwhoogte toe te staan, met dien verstande dat de bouwhoogte met maximaal 3,00 meter mag worden verhoogd.
Bij het toepassen van de afwijkingsbevoegdheid dienen de toetsingscriteria als bedoeld in artikel 60.2 in acht te worden genomen.
-
b. Het bevoegd gezag is bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 27.2.1 sub d om een maximale diepte toe te staan van 15,00 meter, met dien verstande dat de bouwhoogte van het deel waarvoor wordt afgeweken ten hoogste 3,00 meter mag bedragen. Bij het toepassen van de afwijkingsbevoegdheid dienen de toetsingscriteria als bedoeld in artikel 60.2 in acht te worden genomen.
27.5 Specifieke gebruiksregels
27.5.1 algemeen
-
a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27.1 sub c zijn artikel 54.2 sub a en b van overeenkomstige toepassing;
-
b. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27.1 sub d zijn ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' op de begane grond tevens ondernemingen in de creatieve sector toegestaan;
-
c. in afwijking van artikel 27.2.1 zijn geen gebouwen toegestaan binnen 18,00 meter van de spoorlijn waar mensen kunnen wonen en/of werken;
27.5.2 aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit
Het gebruik van ruimten in het (hoofd)gebouw ten behoeve van aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit, wordt als gebruik overeenkomstig de bestemming aangemerkt, voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden dat:
-
a. het vloeroppervlak in gebruik voor aan-huis-verbonden beroeps- en/of bedrijfsmatige activiteit niet meer dan 33% bedraagt van het vloeroppervlak van het (hoofd)gebouw met een maximum van 50 m²;
-
b. de activiteit wordt uitgeoefend door de hoofdbewoners van het desbetreffende pand;
-
c. de activiteit geen nadelige invloed mag hebben op de normale verkeersafwikkeling en er wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
-
d. geen bedrijfsmatige activiteit buiten een gebouw plaatsvinden (behoudens in- en uitladen);
-
e. de activiteit zowel naar de aard als ten aanzien van de visuele aspecten ervan geen afbreuk mogen doen aan het karakter van de woning en de woonomgeving;
-
f. geen aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit plaatsvindt in de functioneel ondergeschikte bijbehorende bouwwerken;
-
g. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt.
27.6 Afwijken van de gebruiksregels
27.6.1 bedrijf
-
a. Het bevoegd gezag is, na horing van de milieudeskundige, bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 27.1 sub b ten behoeve van bedrijven die niet zijn genoemd in Bijlage 5 Staat van
Bedrijfsactiviteiten, maar die naar aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijven die wel zijn toegestaan;
-
b. Het bevoegd gezag is, na horing van de milieudeskundige, bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 27.1 sub b ten behoeve van bedrijven met een hogere milieucategorie volgens Bijlage 5 Staat
van Bedrijfsactiviteiten, maar die naar aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijven die wel zijn toegestaan;
27.6.2 aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 27.5.2 sub a en f, voor het toestaan van aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit in functioneel ondergeschikte bijbehorende bouwwerken, voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden dat:
-
a. de activiteit geen nadelige invloed mag hebben op de normale verkeersafwikkeling en er wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
-
b. de activiteit zowel naar de aard als ten aanzien van de visuele aspecten ervan geen afbreuk mag doen aan het karakter van de woonomgeving.
27.6.3 aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit
Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 27.5.2 sub b, voor het toestaan van niet meer dan extra medewerker (1 fte; dienstverband), voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden dat:
-
a. de activiteit geen nadelige invloed mag hebben op de normale verkeersafwikkeling en er wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
-
b. de activiteit zowel naar de aard als ten aanzien van de visuele aspecten ervan geen afbreuk mag doen aan het karakter van de woonomgeving.
27.7 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
-
a. Het is verboden op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'wro - zone - wijzigingsgebied 3' (bestaande) bouwwerken te slopen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk van het bevoegd gezag;
-
b. Het bevoegd gezag verleent de omgevingsvergunning voor het slopen, zoals bedoeld in artikel 27.7sub a uitsluitend, indien:
-
1. een rapport is overlegt waarin de natuurwaarden van de gebouwen die blijkens de aanvraag worden gesloopt, naar oordeel van het bevoegde gezag in voldoende mate zijn vastgesteld;
-
2. uit het in artikel 27.7 sub b onder 1, bedoelde rapport blijkt dat natuurwaarden van gronden door het verlenen van de vergunning zullen worden verstoord, kan het bevoegde gezag een of meerdere van de volgende voorwaarden aan de omgevingsvergunning voor het slopen verbinden:
- de verplichting tot het treffen van maatregelen, waardoor natuurwaarden kunnen worden behouden;
- de verplichting tot het compenseren van eventueel verlies aan natuurwaarden.
27.8 Wijzigingsbevoegdheid
-
a. Burgemeester en wethouders zijn, na horing van de milieudeskundige, bevoegd de categorale indeling van Bijlage 5 Staat van Bedrijfsactiviteiten volgens 27.1 sub b te wijzigen door het opnemen danwel afvoeren van een bedrijf, indien de ontwikkelingen op het gebied van de milieuhygiëne dan wel de technologische ontwikkelingen daartoe aanleiding geven of indien het door de raad vastgestelde economisch beleid daartoe aanleiding geeft.
-
b. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de aanduiding 'horeca' zoals bedoeld in artikel 27.1 sub c te verwijderen, mits de betreffende functie ter plaatse is beëindigd en voortzetting op korte termijn niet is te verwachten;