6.5 Milieuzonering
Bij het mogelijk maken van nieuwe functies dient aandacht te worden besteed aan de afstemming met bestaande functies. In het voorliggende bestemmingsplan worden de volgende ontwikkelingen mogelijk gemaakt:
- ruimere bouwvlakken voor de bebouwing op de sportcomplexen: aangezien het gaat om een beperkte uitbreiding ten opzichte van de bestaande gebouwen zal deze ontwikkeling niet leiden tot onaanvaardbare milieuhinder. Tussen de nieuwe woonwijk die binnen het plangebied in aanbouw is en de omliggende sportvelden wordt een geluidsafschermende voorziening gerealiseerd om geluidshinder te voorkomen. De afstand van de bebouwing op de sportcomplexen tot woningen in de omgeving van het plangebied is dermate groot dat in geen geval sprake zal zijn van een toename van milieuhinder als gevolg van de beperkte uitbreidingsmogelijkheden;
- een camperstandplaats: aangezien er geen bebouwing wordt gerealiseerd en de afstand tot omliggende woningen aanzienlijk is, zal deze ontwikkeling niet leiden tot onaanvaardbare milieuhinder;
- helofytenfilter: deze functie leidt niet tot milieuhinder;
- een manege, restaurant en skeelerbaan (door middel van een wijzigingsbevoegdheid): in de wijzigingsregels wordt opgenomen dat in het kader van het wijzigingsplan dient te worden aangetoond dat deze functies uit milieuoogpunt inpasbaar zijn.
Conclusie
De uitvoering van het voorliggende bestemmingsplan leidt niet tot onaanvaardbare milieuhinder ter plaatse van gevoelige functies. Ook worden geen bedrijven door de uitvoering van het plan in hun bedrijfsvoering beperkt.