direct naar inhoud van Artikel 5: Bedrijf
Plan: Eenigenburg, Krabbendam en Valkkoog
Status: Onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0395.BPEKV2009-OH01

Artikel 5: Bedrijf

5.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. gebouwen en overkappingen ten behoeve van:

bedrijven die zijn genoemd in Bijlage 3 onder de categorieën 1 en 2;

    • 1. een aannemersbedrijf, ter plaatse van de aanduiding “specifieke vorm van bedrijf - aannemersbedrijf”;
    • 2. detailhandel, niet zijnde volumineuze detailhandel, ter plaatse van de aanduiding “detailhandel”;
    • 3. een bedrijfswoning, ter plaatse van de aanduiding “bedrijfswoning”;met daaraan ondergeschikt:
  • b. groenvoorzieningen;
  • c. parkeervoorzieningen;
  • d. waterlopen en waterpartijen;
  • e. wegen, straten en paden;
  • f. openbare nutsvoorzieningen;met de daarbijbehorende:
  • g. tuinen, erven en terreinen;
  • h. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

5.2. Bouwregels
5.2.1. Gebouwen en overkappingen

Voor het bouwen van de in 5.1 sub a. genoemde gebouwen en overkappingen, gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw zal binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de goot- en bouwhoogte van een gebouw zullen ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding “maximale goot- en bouwhoogte (m)” aangegeven hoogte bedragen;
  • c. de bouwhoogte van een overkapping zal ten hoogste 5,00 m bedragen.
5.2.2. Bijgebouwen en overkappingen ten dienst van de (bedrijfs)woonfunctie

Voor het bouwen van bijgebouwen en overkappingen ten dienst van de (bedrijfs)woonfunctie gelden de volgende regels:

  • a. een bijgebouw ten dienst van de (bedrijfs)woonfunctie zal uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de afstand tussen een vrijstaand bijgebouw ten dienst van de (bedrijfs)woonfunctie en de bedrijfswoning zal ten hoogste 30,00 m bedragen;
  • c. de goothoogte van een bijgebouw ten dienste van de (bedrijfs)woonfunctie zal ten hoogste 3,00 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van een bijgebouw ten dienste van de (bedrijfs)woonfunctie zal ten hoogste 5,50 m bedragen;
  • e. de bouwhoogte van een overkapping ten dienste van de (bedrijfs)woonfunctie zal ten hoogste 3,00 m bedragen;
  • f. de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen en overkappingen ten dienste van de (bedrijfs)woonfunctie zal ten hoogste 100 m² bedragen;
  • g. de oppervlakte van een vrijstaand bijgebouw ten dienste van de (bedrijfs)woonfunctie zal ten hoogste 60 m² bedragen.
5.2.3. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van de in lid 5.1 sub h. genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel van de bedrijfswoning ten hoogste 1,00 m zal bedragen;
  • b. de bouwhoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.

5.3. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van bedrijven die niet zijn genoemd in Bijlage 3 onder de categorieën 1 en 2, tenzij de gronden ter plaatse zijn aangeduid als “specifieke vorm van bedrijf - aannemersbedrijf”, in welk geval een aannemersbedrijf is toegestaan;
  • b. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor de uitoefening van detailhandel, tenzij de gronden zijn aangeduid als “detailhandel”, in welk geval detailhandel, niet zijnde volumineuze detailhandel, is toegestaan.

5.4. Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, milieusituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:

  • a. de aanduiding “specifieke vorm van bedrijf - aannemersbedrijf” wordt verwijderd, mits:
    • 1. de betreffende functie ter plaatse is beëindigd;
  • b. de aanduiding “detailhandel” wordt verwijderd, mits:
    • 1. de betreffende functie ter plaatse is beëindigd;
  • c. een bouwvlak wordt vergroot, mits:
    • 1. het gaat om een ondergeschikte uitbreiding;
    • 2. er sprake is van een bedrijfstechnisch aantoonbare noodzaak tot uitbreiding.