direct naar inhoud van 4.9 Archeologie
Plan: Ramplaankwartier
Plannummer: BP8080004
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0392.BP8080004-0003

4.9 Archeologie

Met de goedkeuring van de Wet op de Archeologische Monumentenzorg heeft de gemeente er sinds 1 september 2007 een aantal nieuwe verplichtingen bij gekregen met betrekking tot de zorg voor het archeologische erfgoed. In de wetgeving is opgenomen dat gemeenten bij het opstellen van bestemmingsplannen rekening moeten houden met in de grond aanwezige dan wel te verwachten archeologische waarden. De uitgangspunten voor gemeentelijke beslissingen om op een werkbare en doelmatige manier zorg te dragen voor het Haarlemse bodemarchief zijn vastgelegd in de Beleidsnota Archeologie met bijbehorende beleidskaart (zie hoofdstuk 4).

Het huidige Haarlem ligt zowel op de oudste strandwal, 56 eeuwen geleden ontstaan, als de op een na oudste strandwal van Nederland. Op deze strandwallen bouwden jagers en vissers in de nieuwe steentijd (vanaf 3600 v. Chr.) eenvoudige onderkomens. Vanaf de bronstijd (2000-800 v. Chr.) legden de mensen akkers aan en bouwden ze boerderijen. Vele eeuwen later, in de Karolingische tijd (7e-8e eeuw n. Chr.), onstond op een strategische plek aan het Spaarne de nederzetting Harulahem. Harulahem, wat huis(en) op een open plek in een op zandgrond gelegen bos betekent, is later verbasterd tot Haarlem. Haarlem ontwikkelde zich al snel tot een belangrijke stad in Holland en kreeg in 1245 stadsrechten. De resten van woningen, huisraad en andere sporen van vroegere bewoning zijn in de loop der eeuwen door natuurlijke processen en kunstmatige ophogingen verborgen geraakt in de Haarlemse bodem. Zo is Haarlemse bodem een opeenstapeling geworden van diverse lagen van 56 eeuwen bewoningsgeschiedenis.

Beleid ten aanzien van archeologie

Gemeenten zijn wettelijk verantwoordelijk voor het behoud van het eigen bodemarchief. Het rijke bodemarchief van Haarlem maakt het niet alleen noodzakelijk, maar ook zeer wenselijk om een gemeentelijk archeologiebeleid te voeren. De uitgangspunten voor gemeentelijke beslissingen zijn vastgelegd in een beleidsnota archeologie. De archeologische verwachtingen die voor het Haarlems grondgebied gelden zijn vertaald naar de Archeologische Beleidskaart Haarlem. De kaart geeft aan in welke gebieden bodemverstorende activiteiten van een bepaalde omvang vergunningplichtig zijn. Dit wordt aangegeven in de vorm van verschillende categorieën. Voor elk van deze categorieën heeft de gemeente bepaald vanaf welke planomvang rekening gehouden moet worden met het (laten) opstellen van een archeologisch rapport, het zogeheten regime.

De regimes gelden voor bodemroerende activiteiten die plaats zullen vinden in het kader van plannen waarvoor het vereist is om het volgende aan te vragen:

  • een reguliere omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen;
  • een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden;
  • een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk binnen beschermd stadsgezicht.

De gebieden die zijn weergegeven op de ABH worden in bestemmingsplannen opgenomen met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie'. In de planregels worden de relevante begrippen gedefinieerd en wordt aangegeven welke archeologische voorwaarden aan een reguliere omgevingsvergunning of aanlegvergunning kunnen worden verbonden.

Archeologische verwachting plangebied

Rijks- en provinciale kaarten archeologie

Het plangebied staat op de Archeologische Monumenten Kaart van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed aangegeven als terrein van archeologische waarde. Er staat ook een terrein van hoge archeologische waarde op de AMK direct ten noorden van het plangebied. Het gaat hier om de historische dorpskern van Overveen. Op de Indicatieve Kaart Archeologische waarden van de Rijksdienst heeft plangebied deels een hoge en deels een middelhoge verwachtingswaarde, dat wil zeggen dat de kans op het aantreffen van archeologische waarden hoog en middelhoog wordt geacht.

Afbeelding 14: Uitsnede uit de Archeologische Beleidskaart Haarlem (ABH)

afbeelding "i_NL.IMRO.0392.BP8080004-0003_0006.png"

Rood: categorie 2; oranje: categorie 3; geel: categorie 4

Het westelijk deel van het plangebied bevindt zich op de strandwal Aerdenhout- Bloemendaal (het oranje gekleurde deel op de ABH). Het oostelijk deel ligt op de strandvlakte die naast de strandwal gelegen is (het geel gekleurde deel op de ABH). In de Late Middeleeuwen/Nieuwe tijd bevond zich in het plangebied het Huis Rolland. De rood gekleurde cirkel op de ABH geeft de locatie aan waar ongeveer het Huis Rolland kan hebben gestaan. De exacte locatie is tot op heden nog niet vastgesteld. Verwacht wordt dat de aan dit huis gerelateerde resten als gevolg van de aanleg van de woonwijk en ondergrondse infrastructuur fragmentarisch aanwezig zullen zijn.

Voor het westelijke deel (oranje) geldt voor de periode vanaf het Laat Neolithicum tot en met de Vroege Middeleeuwen een hoge archeologische verwachting. Als gevolg van een relatief hoge ligging in het landschap en de makkelijk bewerkbare gronden was het gebied aantrekkelijk voor bewoning en landbouw. Hoewel op de strandwal van Aerdenhout-Bloemendaal nog geen sporen van nederzettingslocaties en/of akkerarealen uit de genoemde perioden zijn aangetroffen, moet op grond van onderzoek elders op strandwallen in de regio toch rekening worden gehouden met de aanwezigheid hiervan. Ondiepe resten zullen echter als gevolg van zandwinning en latere landbouwactiviteiten verloren zijn gegaan. Diepere resten kunnen nog wel geheel of gedeeltelijk bewaard zijn gebleven.

Voor het oostelijk deel geldt voor alle perioden een lage archeologische verwachting. Als gevolg van een relatief lage ligging in het landschap en de aanvoer van water uit duinrellen was het gebied nat en daarmee niet aantrekkelijk voor bewoning en/of landbouw. Vermoedelijk werd de strandvlakte in de Late Middeleeuwen of Nieuwe tijd ontwaterd en ontgonnen, maar de locatie bleef buiten de bekende nederzettingsterreinen. Eventuele sporen zullen alleen samenhangen met een agrarisch gebruik, zoals afwateringsgreppeltjes.

Het plangebied behoort volgens de voorlopige Archeologische Beleidskaart Haarlem tot categorieën 2, 3 en 4.

Categorie 2 (rood)

In de gebieden die tot categorie 2 behoren geldt de regel dat bij plannen waarbij bodemverstorende activiteiten plaatsvinden van meer dan 50 m² (totale oppervlakte) en dieper dan 30 cm onder het maaiveld een archeologisch rapport dient te worden overlegd.

Categorie 3 (oranje)

In de gebieden die tot categorie 3 behoren geldt de regel dat bij plannen waarbij bodemverstorende activiteiten plaatsvinden van meer dan 500 m² (totale oppervlakte) en dieper dan 30 cm onder het maaiveld een archeologisch rapport dient te worden overlegd.

Categorie 4 (geel)

In de gebieden die tot categorie 4 behoren geldt de regel dat bij plannen waarbij bodemverstorende activiteiten plaatsvinden van meer dan 2500 m² (totale oppervlakte) en dieper dan 30 cm onder het maaiveld een archeologisch rapport dient te worden overlegd.