Plan: | Bosch en Vaart |
---|---|
Plannummer: | BP4080004 |
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0392.BP4080004-0004 |
In deze bijlage worden de binnengekomen inspraakreacties op het voorgaande voorontwerp bestemmingsplan uit 2005 verwerkt voor zover dit geen betrekking heeft op het inmiddels niet meer in het plangebied opgenomen Van Breementerrein. Voorts zullen na inspraak de reacties op het ontwerp bestemmingsplan 2012 worden verwerkt. Hierbij wordt de gemeentelijke reactie op de inspraakreactie steeds cursief weergegeven.
Reacties 2005:
1. C.A.M. van Scheijndel, Spruitenbosstraat 14, 2012 LK Haarlem
L.C. van Lent, Wagenweg 186, 2012 NL Haarlem
Markus Ravenhorst, Wagenweg 184, 2012 NL Haarlem
F.R.S. Scheffelaar, Wagenweg 180, 2012 NL Haarlem
H.J. Takken, Wagenweg 188, 2012 NL Haarlem
J. Schafrat, Wagenweg 182, 2012 NL Haarlem
C.M. Nieuwenhuizen, Spruitenbosstraat 3, 2012 LJ Haarlem
A. Kampenaar/A. Pilon, Wagenweg 156, 2012 NL Haarlem
Fam. Imhoff, Spruitenbosstraat 2, 2012 LK Haarlem
Naar aanleiding van het voorontwerp bestemmingsplan Bosch en Vaart tekenen bovengenoemden bezwaar aan tegen de uitbreiding van de bestemmingsfunctie van de woonhuizen aan de Wagenweg, Spruitenbosstraat en de Zomerluststraat.
De voorgestelde bestemming voor deze woningen staat een uitbreiding van de bestemming toe, welke in strijd is met de woonfunctie. Historisch gezien hebben de betreffende gebouwen een woonfunctie, hetgeen in lijn is met het karakter, de sfeer en de uitstraling van de buurt.
De bezwaren spitsen zich toe op de volgende punten:
Bovendien is in het verleden met de gemeente en de wijk steeds gesproken over het standpunt om de woonfunctie in de wijk voorop te stellen en in de gebouwen waar een kantoor zit dit toe te staan maar niet uit te breiden. Gelet op het bovenstaande maakt men bezwaar tegen de voorgestelde bestemming.
Het bestemmingsplan Bosch en Vaart is een voor het merendeel consoliderend bestemmingsplan. Dit betekent dat voor een groot deel de feitelijke situatie in het plan is vastgelegd. Beroepsmatige activiteiten aan huis zijn binnen de woonfunctie toegestaan onder de voorwaarde dat deze activiteiten ondergeschikt zijn aan het wonen en niet meer ruimte in beslag nemen dan 35 procent van het bruto vloeroppervlak van een woning met een maximum van 70 m2.
Er wordt tegemoet gekomen aan de bezwaren tegen uitbreiding van de bestemmingsfunctie van de woonhuizen aan de Wagenweg, Spruitenbosstraat en Zomerluststraat door uit te gaan van het gebruik van de gebouwen per mei 2010.
2. B.E.T. Neerincx, Bos en Vaartstraat 7 rood, 2012 LG Haarlem
Meneer/mevrouw heeft een vergunning voor een dakopbouw ten behoeve van een trap met toegang tot het dakterras. Graag wordt gezien dat deze dakopbouw expliciet in het plan wordt opgenomen/ingetekend.
Het streven van de gemeente is niet om de aan-, uit-, en opbouwen gedetailleerd te bestemmen op de verbeelding maar om algemene bebouwingskaders op de verbeelding aan te geven.
De voorgenomen bouwhoogte voor de bebouwing op de Wagenweg 162-180 wordt bepaald op 15 meter. Deze 15 meter is volledig 'uit ritme' met de overige hoogtes in het straatbeeld. Graag zie ik dat de maximale bouwhoogte voor dit deel wordt teruggebracht in de bestemming tot 11 meter. De overgangsbepalingen zorgen er dan wel voor dat de reeds vergeven vergunning kan worden uitgevoerd.
Een bestemmingsplan dient de bestaande situatie c.q. vergunde situatie vast te leggen. Inmiddels is het betreffende pand gerealiseerd. Op de verbeelding wordt het pand aangegeven met een maximale goothoogte van 11 meter.
3. Sacha Koenes, Eindenhoutstraat 15, 2012 MH Haarlem
De bestemmingsgrens van de achtergevel van de gebouwen aan de Eindenhoutstraat 7 t/m 21 is op de verbeelding niet aangegeven door een rechte lijn maar door een 'gekartelde' lijn. Omdat deze gekartelde lijn niet conform de huidige situatie is, wordt het hiermee planologisch mogelijk de hoofdmassa van deze gebouwen aan de achterzijde over een hoogte van drie bouwlagen met een diepte van ruim één meter een breedte van ongeveer drie meter te vergroten.
Hiermee wijkt de gedachte over uitbreiding van de hoofdmassa voor deze gebouwen sterk af van die voor de overige gebouwen in het plangebied. Omdat voor deze afwijking geen ruimtelijk relevante aanleiding bestaat, gaat mevrouw ervan uit dat het hier een vergissing betreft en dat de gekartelde lijn gebaseerd is op onjuiste interpretatie van luchtfoto's en dergelijke. Wellicht dat de balkons van de derde bouwlaag debet zijn aan deze interpretatie.
De gekartelde lijn aan de achterzijde van de woningen aan de Eindenhoutstraat is zodanig bestemd dat de uitbouwen op de tweede bouwlaag niet worden wegbestemd. Bij de gebouwen in Eindenhout 7 t/m 21 is inderdaad een fout gemaakt doordat de balkons van de derde bouwlaag zijn aangezien als een uitbouw op de tweede bouwlaag. De gehele achterzijde van de Eindenhoutstraat is nog eens nader bekeken en conform de huidige situatie bestemd op de verbeelding.
4. N. van Wijk, Van Limburg Stirumstraat 7, 2012 MX Haarlem
Het bestemmingsplan Bosch en Vaart beperkt ons in de eventuele uitbreidingsmogelijkheden van ons huis, omdat wij gezien de vorm van deze kwadrantwoningen niet binnen normale (al dan niet vergunningsvrije uitbreidingsmogelijkheden vallen. Op 4 punten zouden wij het bestemmingsplan veranderd willen zien:
- Uitbreiding van de garage en de entree: de ruimte aan de voorgevel van het huis zouden wij willen bestemmen voor een mogelijke uitbreiding van de garage en de entree.
- Uitbreiding van de keuken: de ruimte tussen de keuken en de woonkamer zouden we willen bestemmen voor een mogelijke uitbreiding van de keuken of voor een eetkamer.
- Uitbreiding eerste verdieping: als uitbreiding 1 mogelijk is, wil men op deze uitbreiding een extra kamertje willen creëren onder een doorgetrokken schuin dak.
- Uitbreiding van de tweede verdieping: op het terras van de tweede verdieping zouden we een extra kamer willen maken die rondom nog ongeveer 1,5 meter balkon overlaat.
Bij de kwadrantwoningen is met het ontwerp gerefereerd aan het torentje van de voormalige manege. Tevens dienen de kwadrantwoningen te worden gezien als één vrijstaand object waarin de diverse kwadranten duidelijk te onderscheiden zijn. Het complex heeft aan alle zijden voorkanten naar het omliggend openbaar terrein. Om deze reden heeft de tuin de bestemming 'Tuin 1' gekregen waarin niet mag worden gebouwd. Om toch enige bouwmogelijkheden toe te staan is het bouwvlak met de bestemming 'Wonen' aan de noord- en zuidkant van de kwadrantwoningen op de verbeelding uitgebreid in de vorm van een aanbouw met een bouwhoogte van maximaal 3 meter
5. Wijkraad Bosch en Vaart, Westerhoutstraat 46, 2012 JS Haarlem
De waarderingskaart toont enige fouten in de waardering. Gebouwen zijn ten onrechte aangeduid als daterend van voor 1950 (Voorbeeld: Coornhert Lyceum).
Op de waarderingskaart worden de gebouwen die de afgelopen vijftig jaren zijn gebouwd aangegeven als Nieuwbouw. Het genoemde voorbeeld van het Coornhertlyceum is daterend van na 1960 en is dan ook als zodanig op de waarderingskaart aangegeven. De overige bebouwing ten zuiden van de Westelijke randweg (Lyceumstrook) is tevens van na 1960 en dus voorzien van de aanduiding Nieuwbouw.
De op de waarderingskaart aangeduide grens van het Beschermd Stadsgezicht dient naar onze mening aan de zuidzijde langs de Wagenweg in de westelijke richting te worden verlegd. Met deze correctie wordt de in historische zin waardevolle losse bebouwing (nrs 226 t/m 240) langs de Wagenweg opgenomen binnen de begrenzing.
Sinds 5 december 1990 is de binnenstad van Haarlem en de Haarlemmerhout aangewezen als 'beschermd stadsgezicht' in de zin van de Monumentenwet 1988. Per 5 oktober 2011 is het beschermde stadsgezicht uitgebreid met delen van Haarlem Noord, Zuid en Zuidwest, waaronder een groot deel van het woongebied van Bosch en Vaart. Structureel gezien betreft Wagenweg 226 t/m 240 geen samenhangende bebouwing. Ook kan er niet worden gesproken van een ensemblewaarde, zoals het Huis met de Beelden dat wél heeft met het park er omheen. Ook heeft dit huis een nauwe samenhang met de Spanjaardslaan. Kortom, het is, zoals de reactie ook stelt, losse bebouwing, en een beschermd stadsgezicht is niet bedoeld om losse bebouwing te beschermen maar grotere ensembles en structuren. Deze bebouwing is dus ook niet opgenomen in de recente uitbreiding van het beschermd stadsgezicht.
Er is nagelaten een motivatie op te nemen ten aanzien van de planologische ruimte voor de ontwikkeling van een bebouwing met een hoogte van 16 meter op de kop van de Westelijke Randweg.
Voor de kantoorbebouwing aan de Claus Sluterweg en de onbebouwde kavel ten oosten daarvan is in de vergadering van de gemeenteraad van 16 mei 2012 een verklaring van geen bedenkingen ten behoeve van de omgevingsvergunningsaanvraag voor het bouwplan Het Houthof vastgesteld. In het kader hiervan is een ruimtelijke onderbouwing gemaakt.
Bij de waardering in het kader van het voorgenomen Beschermd Stadsgezicht is onvoldoende aandacht voor de inrichting van de openbare ruimte. In de rapportage van bureau Mattie & De Moor is nadrukkelijk gewezen op de kwaliteit van de klinkerbestrating. Wij achten het van belang deze kwaliteit in de waardering te benoemen. Het ter discussie stellen van het bestratingsmateriaal en patroon wordt met klem afgewezen.
Bij de waardering van de straten in het kader van de recente uitbreiding van het Beschermd Stadsgezicht is wel degelijk rekening gehouden met de huidige inrichting van de openbare ruimte. Bij het waarderen van de stedenbouwkundige zones is het beeldkwaliteitplan Bos en Vaart van Mattie en de Moor als uitgangspunt genomen. In bijlage 1 van het bestemmingsplan is een nieuwe toelichting op de methodiek van de waarderingskaart bijgevoegd waarin duidelijk wordt aangegeven dat ook het groen en de bestrating (openbare ruimte) in de waardering is meegenomen. Opgemerkt dient te worden dat keuzen in materiaalgebruik het uitvoeringsniveau betreft. Het bestemmingsplan faciliteert hierin.
De uitwerking van de (her)bebouwing van een manege is te gedetailleerd. Wij achten het geen goede keus om het bebouwingsvlak vast te leggen. Een bebouwingspercentage geniet onze voorkeur vanwege de kansen die dit biedt voor een weloverwogen ruimtelijke inpassing in de toekomst wanneer concrete plannen worden ontwikkeld.
In het ontwerp bestemmingsplan is er voor gekozen om voor de manege alsnog een bebouwingspercentage op te nemen om meer flexibiliteit te bieden. De bebouwingsmogelijkheden van de manege worden middels een percentage en een maximale bouwhoogte op de verbeelding bepaald. De verbeelding en voorschriften zijn hiertoe aangepast.
De verruiming van de bestemming langs de Wagenweg en de Spruitenbosstraat bevreemdt ons. Het aantal bedrijven aan huis is groot in de wijk. Dit past ook binnen de bestemming 'Woondoeleinden' zoals opgenomen in de toelichting. Wij vinden de gekozen bestemming 'gemengde doeleinden' grof gekozen in verhouding tot het voornemen een Beschermd Stadsgezicht aan te wijzen. Vele gebouwen in deze categorie hebben een maatvoering en detaillering die kwetsbaar is. Een gemengde functie kan leiden tot gebruikswensen die strijdig kunnen zijn met de architectonische kwaliteit. Zelfs een aantal gemeentelijke monumenten die altijd als woning gebruikt zijn, krijgen de gemengde bestemming. Er bestaat geen principieel bezwaar tegen ruimte bieden voor economische veranderingen, echter wel tegen deze grove benadering.
Zie beantwoording inspraakreactie nummer 1.
De erven van de woningen aan de Van Hogendorpstraat nrs 1 t/m 25 zijn aan de zuidzijde ten dele bestemd tot tuin. Wij maken bezwaar tegen deze bestemming. Ten onrechte wordt de stedenbouwkundige suggestie gewekt als zou er een open ruimte werking gewenst zijn tussen het sportcomplex (gravel-tennisbanen) en de tuinen. In de praktijk is dit niet zo en is dit ook niet gewenst. In deze zone zijn diverse bergingen gerealiseerd en zijn maatregelen tegen inkijk genomen. Wij vragen u de bestemming 'erf' tot de erfgrens door te trekken.
In de plansystematiek is de bestemming 'Erf' vervangen door 'Tuin 2'. De bestemming 'Tuin 2' biedt dezelfde gebruiksmogelijkheden als 'Erf'. Aangezien de tuinen niet grenzen aan openbaar groen en daarom de noodzaak voor het maken van openheid niet aanwezig is, is de verbeelding aangepast waarbij de bestemming 'Tuin 2' tot de erfgrens is opgerekt. Zodoende wordt de bestaande situatie gerespecteerd. Er staan immers al veel bouwwerken in deze zone.
De bestemming 'Tuin' (Tb) rond de kwadrantwoningen sluit het parkeren van auto's uit. Deze woningen zijn zo ontwikkeld dat ruimte gegeven is aan het parkeren op eigen terrein. Uw kaart dient op dit onderdeel te worden aangepast.
In de voorschriften is het betreffende aspect veranderd zodat binnen de bestemming 'Tuin 3' (T3) parkeren op eigen terrein mogelijk is.
6. W. Burmanje, Bosch en Vaartstraat 16, 2012 LH Haarlem
Op de verbeelding staat de woning Bos en Vaartstraat 16 onjuist afgebeeld. Toen wij het pand 15 jaar geleden kochten was er boven op de uitbouw van de keuken, tevens een badkamer gebouwd. Dit staat niet aangegeven op de tekening. Gelieve de tekening alsnog zodanig aan te passen zodat e.e.a in overeenstemming is met de werkelijkheid.
Uit de luchtfoto blijkt inderdaad dat de aanbouw met twee bouwlagen niet is ingetekend op de verbeelding. De verbeelding is aangepast.
7. J. Schafrat, Wagenweg 182, 2012 NL Haarlem
Conform het voorontwerp mag er maximaal 50 procent van het erf of maximaal 40 m² worden aangebouwd aan de woning. Hierbij wordt uitgegaan van de achtergevelrooilijn. Ik heb mij uit laten leggen dat deze lijn uitgaat van de achtergevel van de eerste verdieping en dus niet de balkons en al bestaande aanbouw van de begane grond bevat. Bij een mogelijke nieuwe aanbouw worden de oppervlaktes van deze bestaande ruimten bij de nieuw aan te bouwen oppervlakte opgeteld voor de toets van de maximale aan te bouwen oppervlakte. Deze regeling werkt nadelig in het kader van de aan te bouwen oppervlakte omdat veel huizen in de Bosch & Vaart al vanaf de bouw rond 1900 ruime balkons/serres en aangebouwde keukens hebben. Het verzoek is dan ook om bij de toets voor de maximale aan te bouwen oppervlakte uit te gaan van de originele bouwtekening, zodat origineel aangebouwde keukens niet meetellen als aanbouw in de zin van het voorontwerp.
De gemeente Haarlem hanteert in het algemeen voor de erfbepalingen de regel dat de gezamenlijke oppervlakte van aan- en uitbouwen en bijgebouwen niet meer mag bedragen dan 50 procent van het erfperceel met een maximum oppervlakte van 40 m². Deze bepaling garandeert een bepaalde openheid van erven.
Het klopt inderdaad dat de achtergevelrooilijn is neergelegd bij de grens van de hoofdbouwmassa. Dit is in het algemeen daar waar minimaal twee bouwlagen aanwezig zijn. De van oudsher aangebouwde keukens en balkons vallen binnen de erfbepalingen. Dit wordt beschouwd als bebouwing die ondergeschikt is aan de hoofdbouwmassa.
Door de situering van de voorgevelrooilijn wordt voorkomen dat achter bestaande aan- en uitbouwen forse uitbreiding kan plaatsvinden van bebouwing met aantasting van de groene binnenterreinen als gevolg.
De tweede opmerking betreft de maximale uit te bouwen grootte van 3 meter vanaf de achtergevelrooilijn. Ik wil hierbij voorstellen om dit te wijzigen in 3 meter, gerekend vanuit de originele bouwtekening. Dit doet veel meer recht aan het karakter van Bosch en Vaart, waarbij de huizen veelal een unieke vorm hebben, die op deze wijze ook wordt gecontinueerd.
De maximale uit te bouwen diepte is inderdaad gemeten vanaf de achtergevelrooilijn. In de meeste gevallen is de grens van achtergevelrooilijn en de daadwerkelijke achtergevel gelijk. In een aantal gevallen is de achtergevelrooilijn iets ruimer gekozen dan de huidige achtergevel.
Vanuit de originele bouw zijn er vaak al uit- en uitbouwen en bijgebouwen gerealiseerd. Veel van deze bouwwerken vallen binnen de bestemming erf. Immmers, deze bebouwing is ondergeschikt aan de hoofdbouwmassa. Het is, zoals reeds gesteld in het hiervoor gaande antwoord, de bedoeling om het groene karakter van de binnenterreinen/binnenerven in stand te houden.
8. Wijkraad Koninginnebuurt, Olieslagerslaan 16, 2012 EX Haarlem
De wijkraad juicht het toe dat in het plan wordt uitgesproken dat het gebied van het bestemmingsplan in de toekomst zal worden aangewezen tot beschermd stadsgezicht. Helaas zijn op de verbeelding en de toelichting niet de grenzen van het gebied dat onder het beschermd stadsgezicht gaat vallen vermeld. Daarom nemen wij aan dat deze samenvallen met de plangrens.
Het bestemmingsplan Bosch & Vaart bevat twee kaarten. Dit zijn de verbeelding en de waarderingskaart. De waarderingskaart is ten behoeve van de recente aanwijzing tot beschermd stadsgezicht aan het bestemmingsplan gevoegd. Op deze kaart zijn de grenzen van het beschermd stadsgezicht opgenomen. De grenzen van het gebied dat onder het beschermd stadsgezicht gaat vallen is zodoende wel vermeld. Uit de waarderingskaart valt op te maken dat de grenzen niet samenvallen met de bestemmingsplangrens.
9. C. Brunner/B. Tanner, Bosch en Vaartstraat 22, 2012 LH Haarlem.
Binnen grote delen van onze wijk zijn er onvoldoende mogelijkheden voor de stalling van fietsen. Ook wij overwegen om, vanwege het ontbreken van een achterom, in onze voortuin een afdak te realiseren ten behoeve van de stalling van onze fietsen. De bestemming tuin biedt daarvoor in beginsel een mogelijkheid. Volgens de planvoorschriften mag een dergelijke bebouwing maximaal 20 procent van het oppervlak bedragen en maximaal 1,25 meter hoog zijn. Deze maat is echter, zeker in ons geval, onvoldoende om een praktisch bruikbaar afdak voor fietsen te kunnen realiseren. Onze voortuin is circa 11 m2 groot. Dit zou betekenen dat het oppervlak van een afdak voor fietsen slecht 2,2 m2 zou mogen bedragen. Dit is te klein voor de benodigde 4 fietsen (ca 3 m2). Een grote fiets voor volwassenen is inclusief stuur bovendien al hoger dan de maximale hoogtemaat van 1,25 meter; inclusief constructiehoogte van het dakje is 1,40 meter is het absolute minimum. Wij verzoeken u daarom deze maten aan te passen.
Het is stedenbouwkundig niet wenselijk om toe te staan dat in de voortuinen van woningen bebouwing kan worden gerealiseerd. Dit kan immers grote afbreuk doen aan het algehele straatbeeld dat in Bosch en Vaart hoog gewaardeerd wordt. Ten behoeve van fietsen of afvalcontainers is echter een mogelijkheid opgenomen om beperkt bebouwing toe te staan. Een maximum bebouwingspercentage van 20 procent in de voortuinen is het maximaal toelaatbare waarbij de voortuin nog als groen en open kan worden ervaren. Wij hebben notitie genomen van uw bezwaar tegen de geringe hoogte. Conform het gemeentelijk beleid zal de hoogte worden aangepast naar 1,3 meter. Indien nog meer vrije hoogte nodig is kan de fietsstalling een aantal centimeters de grond in worden gegraven.
Als wij de verbeelding goed begrijpen heeft u het koepeltje in het Voorvogelbos wegbestemd. Wij maken hierbij bezwaar tegen.
Op de verbeelding is de koepel aangegeven door middel van een cirkel. Ook is het op de waarderingskaart aangeduid als een rijksmonument.
In de bestemmingsregeling speelt de achtergevelrooilijn een belangrijke rol. Bij ons huis is deze rooilijn correct ingetekend. Wij maken u echter op attent dat dit bij diverse buren niet het geval is; in ieder geval bij de huizen Bosch en Vaartstraat 16, 17 en 23.
De achtergevelrooilijn van de betreffende gebouwen is nogmaals bekeken en voorzover mogelijk aangepast op de verbeelding.
Graag maken wij er voorts op attent dat de begrenzing van het rond groene pleintje bij de vijfsprong van de Wagenweg, Uit den Boschstraat en Bosch en Vaartstraat niet meer correct is. Deze gaat nog uit van de huidige situatie terwijl net een wat aangepaste vormgeving is vastgesteld ten behoeve van de reconstructie van de Wagenweg.
De nieuwe situatie is in het ontwerp bestemmingsplan op de verbeelding weergegeven.