direct naar inhoud van 5.3 Criteria voor ruimtelijke kwaliteit
Plan: Slachthuisterrein
Plannummer: BP3080003
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0392.BP3080003-0003

5.3 Criteria voor ruimtelijke kwaliteit

De criteria voor ruimtelijke kwaliteit voor het Slachthuisterrein zijn erop gericht om bij te dragen aan de eenheid van het complex. Om deze eenheid te krijgen wordt een beperkt aantal elementen ingezet, de rest is vrij vorm te geven.

Gevelopbouw en plastiek

De gebouwen staan in de rooilijn, op een aantal plaatsen is deze rooilijn dwingend weergegeven op de verbeelding. De gevelindeling is vrij. De plastiek is beperkt; geen verspringingen door erkers of aangehangen balkons (met uitzondering van de plekken waar zich kolommen en margestroken bevinden). Grote terrassen buiten de gevel zijn toegestaan langs de Gouwwetering.

Kolommen

Kolommen worden ingezet rond het plein en definiëren op deze manier de woonsfeer 'rondom het slachthuis'. Het zorgvuldig vormgeven van de overgang tussen privéruimte en openbare ruimte is zeker bij intensief gebruikte openbare ruimten als het centrale plein van groot belang voor de woonkwaliteit. Door de kolommen op enige afstand voor de rooilijn van de woning te plaatsen ontstaat er een margezone die zorgt voor privacy. Deze ruimte kan in gebruik worden genomen door de bewoners voor het plaatsen van bijvoorbeeld bankjes en planten, wat voor levendigheid en variatie langs de gevel zorgt. In deze zone tussen de gevel en de kolommen zijn balkons toegestaan. Dit is met name wenselijk voor de nieuwe bebouwing aan de noordrand van het Slachthuisterrein aangezien daar geen andere privé buitenruimte voorkomt.

Plint

De nieuwe bebouwing heeft een alzijdige oriëntatie met levendige plinten op de begane grond en entrees aan alle zijden. Gebouwen gaan de hoek om, geen grote gesloten gevelvlakken. Werkfuncties op de begane grond dienen een uitstraling naar de openbare ruimte te hebben.

Daken

Alle gebouwen krijgen een kap in de vorm van een lessenaarsdak, altijd met de lage zijde naar de openbare ruimte gekeerd. De dakhelling is overal gelijk en heeft een hoek van circa 20 graden met het horizontale vlak. Deze dakhelling refereert aan de flauwe dakhellingen zoals die historisch gezien op het slachthuis aanwezig waren. Daarnaast kent deze dakvorm een tweetal praktische bijkomstigheden. Allereerst zorgt de vorm van het dak ervoor dat regenwater afstroomt in de richting van de openbare ruimte waar het, afgekoppeld en over het maaiveld afgevoerd, een onderdeel vormt van het watersysteem. Daarnaast zijn grote dakvlakken met een flauwe hellingshoek ideaal voor het plaatsen van zonnecellen. Dakkapellen of loggias zijn toegestaan maar dienen sterk ondergeschikt te zijn aan het dakvlak.

Materiaalgebruik

Om te zorgen voor eenheid wordt er voor één baksteensoort gekozen in een kleurstelling die refereert aan het slachthuis, één dakpansoort en één soort kolom. De materialisatie en het kleurenpalet van ramen en deuren dient voor alle nieuwe bebouwing op elkaar afgestemd te worden.

Ontwikkelscenario's

Het bestemmingsplan is zo opgesteld dat er - binnen de kaders van de vastgestelde stedenbouwkundige visie - gekozen kan worden voor een invulling met modules. Dit kan resulteren in een intensief model met meer woningen waarbij de woningen voorzien zijn van daktuinen op een gebouwde parkeervoorziening. Er is ook rekening gehouden met een meer 'ontspannen' model met traditionele woningen met tuin. Een combinatie is ook mogelijk.

Kansen voor verbetering

Aan de noordzijde van het plangebied is een aantal bedrijfsunits aanwezig. De ruimtelijke kwaliteit van deze gebouwen is niet optimaal. De gemeente is bereid mee te werken aan een verruiming van de bestemming waardoor er bijvoorbeeld gewoond kan worden. Voorwaarde is dat de ruimtelijke kwaliteit wordt verbeterd (en eenheid gaat vormen met de nieuwe omgeving).