Kom Beschermd Dorpsgezicht

6.2 Te beschermen kwaliteiten en waarden

Uitgangspunten vanuit de analyse/inventarisatie

Met de aanwijzing tot beschermd dorpsgezicht zijn kenmerkende stedenbouwkundige en ruimtelijke kwaliteiten beschermd. De beschermde elementen zijn beschreven in de aanwijzing en in hoofdstuk 4 van deze toelichting (inclusief de bijlagen). Dit bestemmingsplan schrijft voor dat bij bouwplanontwikkelingen gestreefd moet worden naar optimale inpassing binnen de bestaande karakteristieke structuur. Onderstaand schema geeft de te respecteren en te beschermen waarden en kwaliteiten weer zowel op structuurniveau als gebouwniveau. Daarbij is ook vermeld op welke wijze deze in dit bestemmingsplan zijn geborgd.

structuurniveau	borging in bestemmingsplan
Wegen- en padenstructuur.	Toekennen van de bestemming Verkeer gebaseerd op de bestaande situatie zodat aanpassing van de structuur niet mogelijk is. Voor onverharde paden wordt een specifieke aanduiding opgenomen, waarbij is bepaald dat verharding zonder omgevingsvergunning niet is toegestaan.
Groenstructuur, onder andere in de vorm van kenmerkende (hulst)hagen en bomen.	Openbaar groen is – voor zover in het plangebied aanwezig – opgenomen binnen de bestemming Verkeer. Middels de dubbelbestemming Waarde - Cultuurhistorie is voorts bepaald dat voor verwijderen van beplanting en bomen een omgevingsvergunning is vereist, waarbij afgewogen wordt of er sprake is van aantasting van de groenstructuur. De groenkaart maakt onderdeel uit van de planregels. Hetzelfde geldt voor particulier groen (waaronder de hulsthagen).
Plaatsing van de bebouwing ten opzichte van de weg, bebouwingsrichting en de aanwezigheid van onbebouwde ruimten.	De hoofdgebouwen zijn voorzien van een 'strak' bouwvlak waardoor verplaatsing niet mogelijk is. Rondom het hoofdgebouw is de bestemming Tuin opgenomen waarop geen bebouwing mag worden opgericht. De gedeelten van het perceel waarop erfbebouwing is toegestaan zijn beperkt gehouden, een en ander conform het vorige bestemmingsplan.

Gebouwniveau

kwaliteiten/waarden	borging in bestemmingsplan
Oppervlakte, schaal en vorm van de bebouwing, waarbij met name de plattegronden van de (voormalige) boerderijen kenmerkend zijn.	De hoofdgebouwen zijn voorzien van een 'strak' bouwvlak waardoor verplaatsing niet mogelijk is.
Wisselende goot- en bouwhoogten, maar waarbij de bebouwing veelal bestaat uit 1 bouwlaag met een kap en waarbij in het algemeen sprake is van een lage goothoogte bij de boerderijen.	Op de verbeelding wordt de toegestane goot- en bouwhoogte opgenomen. Deze is gebaseerd op de bestaande hoogten, maar kent in het algemeen nog een bepaalde marge. Aanvullend is bepaald dat de goot- en bouwhoogte van monumenten, beeldbepalende bebouwing niet mag worden gewijzigd behoudens een afwijkingsmogelijkheid tot op de verbeelding aangegeven hoogten (zie ook de toelichting in paragraaf 6.4. onder 'Waarde - Cultuurhistorie').
Wisselende dakhellingen, waarbij de dakhelling van de aanwezige boerderijen tussen de 30 en 50 graden ligt.	Middels de bestemming Waarde - Cultuurhistorie is bepaald dat bestaande dakhellingen niet mogen wijzigen. Hiervan kan worden afgeweken, waarbij rekening wordt gehouden met het type bebouwing.
Wisselende kapvormen, waarbij de boerderijen in het algemeen zijn voorzien van een zadeldak eventueel met wolfseinden.	Middels de bestemming Waarde - Cultuurhistorie is bepaald dat bestaande kapvormen niet mogen wijzigen. Hiervan kan worden afgeweken, waarbij rekening wordt gehouden met het type bebouwing.
De in het plangebied aanwezige hooibergen zijn zeer kenmerkend en versterken het karakter van het 'boerendorp'.	De in het plangebied aanwezige hooibergen zijn aangeduid op de verbeelding. Bepaald is dat ter plaatse van de aanduiding uitsluitend hooibergen zijn toegestaan en dat de karakteristieken van de hooibergen (waaronder het aantal roeden en de vorm) niet mag wijzigen.
Gevelindeling, waaronder situering en vormgeving ramen, situering baanderdeuren, materiaal- en kleurgebruik.	Dit wordt niet geregeld middels het bestemmingsplan, maar is geborgd via het welstands- en monumentenbeleid.