direct naar inhoud van 3.3 Uitgangspunten
Plan: Haven De Pijp - Parallelweg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0375.BPhavendepijp-VG01

3.3 Uitgangspunten

Het belangrijkste doel is om op 1 juli 2013 een vastgesteld bestemmingsplan te hebben. Daarbij bestaat de planopgave uit een aantal thema's:

  • consolideren met beperkte ontwikkelingen en flexibiliteit;
  • milieuzonering;
  • havenactiviteiten;
  • woonboten;
  • A22;
  • aanpassing watersysteem.

Daarnaast is een aantal kleine ontwikkelingen meegenomen in dit bestemmingsplan. Deze worden afzonderlijk benoemd.

Consolideren met beperkte ontwikkelingen

Het bestemmingsplan is met name consoliderend van aard. Dit betekent dat de bestaande situatie het uitgangspunt is. Zowel het havengebied als de woonboulevard zijn verouderd. De ondernemers die hier gevestigd zijn moeten een gezonde bedrijfsvoering kunnen houden. Daarom moeten op perceelsniveau beperkte ontwikkelingen mogelijk blijven. Dit betreft zowel de bouwmogelijkheden als de gebruiksmogelijkheden.

In dit bestemmingsplan wordt er daarom voor gekozen de bestemmingslegging zo flexibel mogelijk te houden. Voor alle percelen worden grote bouwvlakken opgenomen, waarbinnen 70% mag worden bebouwd. De algemene bouwhoogte die wordt toegelaten binnen de bouwvlakken bedraagt 12 m. Dit zijn maten die nu ook worden toegelaten op het terrein.

Op deze manier worden eveneens vernieuwingen voor zowel het bedrijventerrein als de woonboulevard mogelijk gemaakt: de regels zijn in die zin flexibel van opzet, dat er een grote uitwisseling van functies mogelijk is.

Voor de woonboulevard geldt dat er uitsluitend detailhandel uit de branche woninginrichting toe te staan (zie ook hierna bij 'Parallelweg'). Dit wordt met een specifieke aanduiding aangegeven. De percelen aan de noordzijde van de Parallelweg die gelegen zijn ten westen van de Industrieweg worden alle bestemd voor detailhandel. Voor zover hier andere functies aanwezig zijn, krijgen deze een specifieke aanduiding die de huidige activiteiten positief bestemd.

Voor Haven De Pijp is alleen de milieuzonering van belang. Hierop wordt hieronder nader ingegaan.

Fort Velsen, als onderdeel van de Stelling van Amsterdam krijgt een specifieke bestemming. Hierop wordt nader ingegaan in paragraaf 4.11 onder 'cultuurhistorie en archeologie'.

Milieuzonering

Bezien is welke bedrijfsactiviteiten mogelijk zijn op het terrein. Hiervoor is een milieuzonering opgesteld (zie ook paragraaf 4.3), waarbij is uitgegaan van de bestaande gevoelige functies in de omgeving. Op basis daarvan is een algemene milieuzonering opgesteld die is vertaald naar het bestemmingsplan. Dit houdt in dat er, afhankelijk van de locatie op het terrein, er bedrijfsactiviteiten zijn toegelaten uit ten hoogste categorie 3.2 aan bepaalde randen van het plangebied tot ten hoogste categorie 5.2 meer naar het midden van het plangebied.

Door niet per perceel vast te leggen welke bedrijven zijn toegelaten, ontstaat een grote flexibiliteit en mogelijkheid tot herstructurering binnen de huidige contouren. Indien de plannen voor de herstructurering verder worden uitgewerkt en blijkt dat de plannen niet binnen de regels van dit bestemmingsplan kunnen worden uitgevoerd, dan zal het bestemmingsplan moeten worden herzien.

Havenactiviteiten

Het uitgangspunt voor dit bestemmingsplan is dat zo optimaal mogelijk gebruik moet worden gemaakt van de ligging aan de haven. De totale capaciteit van de haven wordt echter steeds beperkter, met name door de trend van steeds grotere schepen. Daarbij neemt eveneens de gemiddelde hoeveelheid goederen die een zeeschip laadt en/of lost toe. Deze ontwikkeling stelt eisen aan nautische toegankelijkheid en kadecapaciteit.

Door te kunnen voldoen aan deze toenemende vraag naar overslagcapaciteit voor grotere schepen en te kunnen inspelen op de vraag naar boord-boord overslag, wil de gemeente een kistendam realiseren in de haven ter hoogte van de landtong bij de huidige splitsing in havendeel richting zwaaikom en de Ringvaart/Zijkanaal A. De kistendam zal worden vormgegeven in een zogenoemd 'palenplan', bestaande uit een open constructie. Aan beide zijden van deze kistendam kunnen schepen aanmeren. Deze kistendam is een nieuwe ontwikkeling die wordt opgenomen in het bestemmingsplan. De kistendam wordt specifiek aangegeven op de kaart. Omdat hiervoor wellicht een gedeelte van de huidige kade wordt gesloopt ten behoeve van het aanmeren van schepen, wordt binnen de bestemming Verkeer tevens opgenomen dat hier tevens water is toegestaan.

De focus voor havengebonden activiteiten ligt tot aan de zwaaikom. Daarna neemt de functionaliteit zo sterk af dat er nauwelijks kansen zijn voor natte havengebonden bedrijvigheid. Wel moet in acht worden genomen dat herontwikkeling van het achterste gedeelte van de haven na de zwaaikom geen beperkingen mag opleggen aan de havenactiviteiten. In het bestemmingsplan is daarom voor de zone waar de focus ligt op havengebonden activiteiten een specifieke bestemming opgenomen (Bedrijf – Haven). Hier zijn uitsluitend havengebonden activiteiten toegestaan. Op de kade langs de haven vindt het laden en lossen van schepen plaats langs en op de openbare weg, waarbij in sommige gevallen een deel van de weg wordt afgesloten. Om deze activiteiten mogelijk te maken, wordt in de regels opgenomen dat voor de verkeersbestemming, voor zover grenzend aan de bestemming Water, laden en lossen mogelijk is. Het aanmeren van schepen ten behoeve van laden en lossen wordt tevens in zijn algemeenheid toegelaten binnen de bestemming Water.

Branchering Parallelweg

Zoals in de detailhandelsstructuurvisie is beschreven, biedt de omvang van de Parallelweg voldoende kansen om een functie te vervullen als regionale woonboulevard. Om de detailhandelsfunctie rondom de Parallelweg deze kans te geven is het om verschillende redenen wenselijk deze gronden voor de branche woninginrichting te reserveren.

  • De winkels ten behoeve van woninginrichting hebben een duidelijk ander verzorgingsgebied dan de winkels in het centrum van Beverwijk. De winkels aan de Parallelweg hebben een groter regionaal verzorgingsgebied dan het centrum van Beverwijk. De gemeente vindt het van belang dat winkels met een vergelijkbaar verzorgingsgebied in elkaars nabijheid zijn gelegen.
  • Branchering versterkt het concept woonboulevard. De kracht van een woonboulevard is namelijk gelegen in het specifieke aanbod, een aanbod expliciet gericht op woninginrichting. Juist deze segmentering trekt mensen uit de regio. Dit is ook in bestaande (jonge) woonboulevards te zien, denk aan de Cruquius of Villa Arena. Menging van functies holt de beoogde functie van de Parallelweg – woonboulevard – uit. Dit zorgt ervoor dat de aantrekkelijkheid in de regio afneemt, waardoor bezoekersaantallen afnemen en het functioneren van het winkelgebied wordt ondermijnd.
  • Winkels ten behoeve van woninginrichting hebben een relatief groot oppervlakte nodig om de branche goed te laten functioneren. Deze oppervlaktes zijn aan de Parallelweg aanwezig. Het toelaten van winkels uit een andere branche – met name winkels die geschikt zijn voor vestiging in het centrum van Beverwijk – verkleinen het beschikbare oppervlak voor winkels in woninginrichting en daarmee het functioneren van de woonboulevard als regionale trekker.
  • Een andere reden voor branchering vormt de gewenste positie van het centrum van Beverwijk. Indien winkels uit andere branches op de woonboulevard worden toegelaten, zal dit kunnen betekenen dat winkels uit het centrum van Beverwijk wegtrekken. Vestiging aan de Parallelweg kan immers interessant zijn vanwege de relatief grote beschikbare oppervlaktes en relatief lagere prijzen.

Door sturing te geven aan het detailhandelsbestand door middel van branchering wordt ongewenste leegstand in het centrum voorkomen en wordt tegelijkertijd voldoende ruimte voor de woningboulevard gereserveerd.

Gelet op voorgaande wordt in dit bestemmingsplan aan de Parallelweg uitsluitend detailhandel in de branche woninginrichting toegestaan. Woninginrichting is een nadere specificering van volumineuze detailhandel. Het gaat bij volumineuze detailhandel om winkelformules die vanwege de omvang en de aard van het assortiment een groot oppervlak nodig hebben, zoals bouwmarkten, tuincentra, wooninrichtingszaken, autobedrijven. Om de positie van het centrum van Beverwijk niet te ondermijnen, worden aan de Parallelweg de volumineuze detailhandel toegestaan. Voor de plaatsen waar op dit moment winkels uit de woonbranche zijn gevestigd, wordt een aanduiding opgenomen waarmee deze functies worden toegestaan. Tevens wordt een afwijkingsmogelijkheid opgenomen om in de toekomst andere winkels dan winkels uit de woonbranche toe te staan (om eventuele leegstand te voorkomen). Hierbij dient wel te zijn gewaarborgd dat de detailhandel qua aard en omvang niet passend is in het centrum van Beverwijk en dat voorzien wordt in voldoende parkeervoorzieningen.

Woonboten

De gemeente is van mening dat de woonboten op deze locatie niet gewenst zijn. Hoewel ze volgens de wet geen milieugevoelige objecten zijn en deze woonvorm op een gezoneerd industrieterrein in principe niet geluidgevoelig is, is de gemeente van mening dat er geen goed woon- en leefklimaat kan worden gegarandeerd. In het kader van een goede ruimtelijke ordening, is het daarom gewenst dat de woonboten worden verplaatst naar een andere locatie. De woonboten zijn daarom niet positief bestemd in dit bestemmingsplan.

Aanpassing A22

Het project Velsertraverse is één van de projecten uit het Programma Luchtkwaliteit en Verkeer. Dit programma is vastgesteld door het Dagelijks Bestuur van de milieudienst IJmond in het overleg van 13 oktober 2010.

Het project Velsertraverse is een project dat luchtkwaliteits- en verkeersdoelstellingen combineert. Dit project levert een bijdrage aan de verkeersdoelstelling 'bevorderen doorstroming'. Concreet zijn de resultaten van maatregelen uit te drukken in:

  • reductie van stilstaand verkeer / reductie van wachttijden voor verkeerslichten
  • verminderen dynamiek in verkeersstroom

De reconstructie van het kruispunt Velsertraverse-Lijndenweg en het realiseren van een dynamische rijstrookindeling/vrije rechtsaffer kunnen niet los van elkaar worden gezien. Daarom spreken we hierna over één maatregel namelijk de “Reconstructie Aansluiting A22-Beverwijk”.

Deze maatregel wordt voorgesteld omdat deze zowel verkeerskundige als milieukundig het beste scoort. Daarnaast is deze maatregel kostenefficiënt en kunnen de kosten worden gedekt vanuit het beschikbare programmabudget. Het dijklichaam dat voor deze maatregel nodig is, is al aanwezig. De maatregel is op korte termijn te realiseren omdat in het bestemmingsplan “Bedrijventerreinen Velsen-Noord” (Raadsbesluit Velsen, 13 november 2008) al rekening is gehouden met het realiseren van een dergelijke maatregel.

Nu al is het kruispunt Velsertraverse-Lijndenweg in de spitsen overbelast. Door de groei van het autoverkeer zal dit nog verder toenemen. Door een half klaverblad aan te leggen worden de verkeersstromen ontvlochten die elkaar nu nog op het kruispunt Velsertraverse-Lijndenweg moeten kruisen. Hierdoor verbetert de doorstroming van het auto- en vrachtverkeer en daarmee de luchtkwaliteit aanzienlijk.

Ook het kruispunt Velsertraverse-A22 (de westelijke aansluiting op de A22) staat onder druk. Er is echter ruimte op het bestaande viaduct over de Velserspoortunnel een derde rijstrook aan te leggen. Het autoverkeer uit de richting Alkmaar kan zo via een rijstrook zonder verkeerslicht rechtsaf slaan (een vrije rechtsaffer).

Door ook een vrije rechtsaffer voor het verkeer vanuit Beverwijk centrum richting de Velsertunnel te maken, wordt ook voor deze richtingen de capaciteit vergroot. De ruimte die dan vrij komt, kan gebruikt worden voor twee rijstroken rechtdoor. Kenmerkend voor de verkeersstroom richting Velsertunnel is echter dat deze met enige regelmaat te maken krijgt met een capaciteitsbeperking in de tunnel (te hoge vrachtwagens, ongeval, verkeersdrukte op de A22). In die gevallen is het beter om twee rijstroken richting de tunnel te hebben om te voorkomen dat de wachtrij te lang wordt en zo het kruispunt Velsertraverse-Velserweg-Wijkerstraatweg gaat blokkeren. Vooralsnog wordt ervan uitgegaan dat, net als al succesvol uitgevoerd aan de oostzijde, ook aan de westzijde een dynamische wisselstrook te realiseren. Afhankelijk van de situatie is het mogelijk om een vrije rechtsaffer en twee rijstroken rechtdoor óf twee geregelde rijstroken voor rechtsaf en één voor rechtsdoor in te stellen.

Aanvullend aan de maatregelen voor beide kruispunten wordt onderzocht of dat tussen deze kruispunten een groene golf kan worden gerealiseerd.

Voor onderhavig bestemmingsplan betekent dit concreet dat de ontsluiting van de Parallelweg op de A22 in de huidige vorm verdwijnt. Deze wordt daarom niet positief bestemd.

Aanpassing watersysteem

De laatste ontwikkeling die wordt meegenomen in dit bestemmingsplan is van toepassing op de aanpassing van het watersysteem. Dit is een onderdeel van een groter project om het watersysteem te verbeteren: de oostelijke omleiding uit het waterplan van Beverwijk. Het betreft hier een omleiding van het oppervlaktewater van Beverwijk dat nu langs de Spoorsingel wordt afgevoerd richting de Pijp. In de toekomstige situatie zal het water nabij het tunneltje Aagtenpoort onder A22 worden geleid richting de watergangen romdom het parkeerterrein van de Bazaar, om via de Ringvaart en Zijkanaal A te worden afgevoerd. Om deze aanpassing mogelijk te maken, wordt in dit bestemmingsplan langs de Aagtenpoort een bredere strook opgenomen met de bestemming Water dan daadwerkelijk aanwezig is.

Overige kleine ontwikkelingen

In dit bestemmingsplan wordt een aantal (kleinschalige) ontwikkelingen mogelijk gemaakt waartegen geen bezwaren bestaan. Deze ontwikkelingen worden hieronder kort benoemd en waar nodig onderbouwd.

  • Ter plaatse van de Havenstraat 22 vertrekt het huidige bedrijf. Er is een verzoek ingediend een bouwmarkt aldaar te vestigen. Aangezien de gronden niet zijn voorzien voor havengebonden bedrijfsactiviteiten en het qua functie aansluit op de woonboulevard langs de Parallelweg en het perceel hieraan grenst, wordt deze bouwmarkt mogelijk gemaakt.
  • De eigenaar van de Havenstraat 9 heeft het verzoek ingediend voor een kleinschalige windturbine. Het betreft hier een zogenoemde 'energy ball'. Deze 'energy ball' heeft een diameter van 2 m en wordt geplaatst op een mast van 10 m. De hoogte van deze windturbine is daarmee even hoog als de bebouwing die direct in de omgeving is toegestaan. Gezien de afstanden tot gevoelige functies, bestaat hiertegen geen bezwaar.
  • Er is een verzoek binnengekomen voor een antenne-installatie en behoeve van telecommunicatie. De gemeente is van mening dat binnen de bedrijfsbestemmingen op dit terrein er geen bezwaren bestaan tegen een antenne-installatie. Deze is daarom algemeen mogelijk gemaakt.
  • Er is een verzoek binnengekomen voor een Foodplaza op aan de Parallelweg 1a. In principe is de gemeente bereid hieraan mee te werken. De gronden zijn echter gelegen direct naast een lpg-tankstation. Gezien de huidige risicocontouren is een horecagelegenheid hier niet zonder meer mogelijk. Voor een deel van het gebied zijn geen kwetsbare objecten toegestaan. Ook is de oriënterende waarde als gevolg van het lpg-tankstation hoog. Op 1 juli 2013 treedt echter naar verwachting het Besluit LPG-stations milieubeheer 2013 in werking. Als gevolg hiervan zal de Regeling externe veiligheid inrichtingen (Revi) worden aangepast. Dit houdt onder meer in dat de afstanden kleiner worden die in acht moeten worden genomen van LPG-stations tot (beperkt) kwetsbare objecten.