Plan: | Bestemmingsplan Kop Zuidas |
---|---|
Plannummer: | W0903BPTGST |
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.W0903BPTGST-OH01 |
Door Goudappel Coffeng is reeds in 2003 onderzoek gedaan naar de (interne) verkeerssituatie van Kop Zuidas en de ontsluiting van de wijk via de Europaboulevard. De resultaten daarvan zijn verwoord in het rapport 'Verkeersstudie Kop Rivierenbuurt' (9 september 2003). In 2007 is op basis van een aanpassing aan het ruimtelijke programma voor Kop Zuidas en een aanpassing aan het kruispunt met de Europaboulevard het verkeersonderzoek geactualiseerd. De resultaten hiervan zijn verwoord in het rapport 'Verkeersonderzoek Kop Zuidas' (23 maart 2007).
Dit onderzoek is geactualiseerd (zie bijlage "Verkeersonderzoek Kop Zuidas", 21 november 2008). Daarbij is niet alleen rekening gehouden met het ruimtelijk programma zoals voorzien in voorliggend bestemmingsplan, maar is tevens gekeken naar de marges en flexibiliteit van het plan door een maximaal programma van 250.000 m2 door te rekenen.
Het ruimtelijke programma leidt tot een prognose van het aantal aankomsten en vertrekken. De gevolgen hiervan zijn beschreven voor de ontsluiting op de bestaande infrastructuur. Ten slotte wordt gekeken naar de interne verkeersstructuur van Kop Zuidas.
Met het verkeersregel programma COCON zijn de kruispuntberekeningen voor de ontsluiting van Kop Zuidas via de Europaboulevard uitgevoerd. Naast de basisvariant is een variant voorgesteld voor de interne verkeersstructuur (President Kennedylaan). COCON geeft inzicht in de verkeersafwikkeling op het kruispunt Europaboulevard. De gebruikte verkeersstromen (intensiteiten) zijn terug te vinden in bijlage 2 van het onderzoeksrapport. Als basis voor de verkeersstromen is het twee-uurs model voor 2015 van de gemeente Amsterdam (GENMOD) gebruikt. Uit dit model zijn de kruispuntstromen op de Europaboulevard gebruikt. Voor de verkeersstromen van en naar de RAI is een aanname gedaan, aangezien in het model geen rekening wordt gehouden met een (grote) activiteit in de RAI. De verkeersstromen van en naar het plangebied zijn gebaseerd op het riteindmodel. In COCON is gerekend met de intensiteit in het drukste spitsuur.
Het onderzoek heeft geleid de volgende conclusies en aanbevelingen voor de verkeersontsluiting en verkeerscirculatie van en in Kop Zuidas.
Verkeer in studiegebied kan goed worden afgewikkeld
Het verkeer dat hoort bij het programma van 230.000 m2 op Kop Zuidas kan worden afgewikkeld via de Europaboulevard. De voorkeur gaat uit om het plangebied niet alleen te ontsluiten via de Europaboulevard. De doorgerekende variant President Kennedylaan biedt hiertoe de oplossingen. Hierbij kan een deel van het uitgaande verkeer via de President Kennedylaan rechtsaf richting de A2 en Amsterdam Oost rijden.
Het ruimtelijk programma tot 250.000 m2 behoort tot de verkeerskundige mogelijkheden, indien minimaal een aansluiting rechtsaf op de Kennedylaan wordt gerealiseerd. Deze variant geeft een acceptabele verkeersafwikkeling.
De afwikkeling van de kruising Europaboulevard - Kop Zuidas - RAI is doorgerekend met COCON en uit deze berekeningen zijn geen problemen naar voren gekomen.
Interne verkeerscirculatie rondom het theater
Voor de interne circulatie rondom het theater zijn twee opties gegeven: een weg die rond het theater loopt en een keerlus op het theaterplein. Bij de verdere invulling van het plangebied wordt dit nader uitgewerkt.
Combinatie van afwikkeling op kruispunten Europaboulevard nader onderzoeken
Op het kruispunt van het plangebied Kop Zuidas met de Europaboulevard kan het verkeer goed worden afgewikkeld. De combinatie van veel zwaarbelaste kruispunten op de Europaboulevard vraagt om het maken van keuzes. Deze keuzes kunnen van invloed zijn op de afwikkeling op het kruispunt Kop Zuidas. Daarom wordt aanbevolen de streng van kruispunten vanaf de A10 t/m de Europaplein nader te analyseren.
Met de aanbeveling zal bij de verdere planuitwerking rekening worden gehouden.
Mogelijkheden Dynamisch Verkeersmanagement nader onderzoeken
Gezien de bijzondere verkeerskundige situatie (RAI, theater) wordt aanbevolen de mogelijkheden van dynamisch verkeersmanagement (DVM) bij de uitwerking te betrekken. Met DVM is het mogelijk om pieken in het verkeersaanbod op te vangen, zonder dat grootschalige uitbreiding van infrastructuur noodzakelijk is. De bestaande infrastructuur wordt beter benut.
Met de aanbeveling zal bij de verdere planuitwerking rekening worden gehouden.