Artikel 19 Wonen - 9
19.1 Bestemmingsomschrijving
De op de (digitale) verbeelding voor Wonen - 9 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
19.2 Bouwregels
Op en onder de in lid 19.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende bepalingen:
-
a. Voor gebouwen gelden de volgende bepalingen:
-
1. De gronden mogen tot een maximum totaal bruto vloeroppervlak(bvo) van 10.500 m2 worden bebouwd.
-
2. Maximale bouwhoogte: zoals op de verbeelding staat aangegeven.
-
3. Maximaal bebouwingspercentage:
tot een bouwhoogte van 12 meter: 70%;
vanaf een bouwhoogte van 12 meter tot een bouwhoogte van 32 meter: 50%
boven een bouwhoogte van 32 meter: 30%.
-
4. Tot een bouwhoogte van 30 meter dient de gevel van de eerstelijnsbebouwing aan de zijde van de aanduiding 'gevellijn' ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn' te worden opgericht.
-
b. Voor bouwwerken geen gebouwen zijnde geldt een maximale bouwhoogte van 3 meter.
19.3 Nadere eisen
-
a. Burgemeester en wethouders kunnen nader eisen stellen aan bouwplannen met een bouwhoogte van 30 meter of meer met betrekking tot de plaatsing en vormgeving van bouwwerken ter voorkoming of beperking van windhinder. In dat kader kunnen burgemeester en wethouders tevens van een initiatiefnemer van een bouwplan verlangen een windtunnelonderzoek aan hen te overleggen
-
b. Burgemeester en wethouders kunnen nader eisen stellen aan bouwplannen met betrekking tot de bevoorrading van de te vestigen bestemmingen ter voorkoming of beperking van geluidhinder voor omliggende bestaande of geprojecteerde woningen. In dat kader kunnen burgemeester en wethouders tevens van een initiatiefnemer van een bouwplan verlangen een akoestisch onderzoek aan hen te overleggen.
-
c. Burgemeester en wethouders kunnen, indien advisering van de Regionale Brandweer daartoe aanleiding geeft en voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is, nader eisen stellen aan bouwplannen met betrekking tot vluchtwegen van de te vestigen bestemmingen ter vergroting van de zelfredzaamheid van gebruikers van de bouwwerken.
19.4 Specifieke gebruiksregels
Voor de in lid 19.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksbepalingen:
-
a. De functies bedrijf, horeca I, horeca III, horeca IV, consumentverzorgende dienstverlening, maatschappelijke dienstverlening, zakelijke dienstverlening en sport- en recreatieve voorzieningen zijn uitsluitend toegestaan tot een bouwhoogte van 12 meter.
-
b. Voor de functie wonen geldt een minimaal bruto vloeroppervlak (bvo) van 9.800 m2
-
c. Voor de functies bedrijf, detailhandel,horeca I, horeca III en horeca IV,consumentverzorgende dienstverlening,maatschappelijke dienstverlening,zakelijke dienstverlening, sport- en recreatieve voorzieningen geldt een minimaal bruto vloeroppervlak (bvo) van 590 m2.
-
d. Nutsvoorzieningen en laad- en losruimten zijn uitsluitend inpandig toegestaan.