direct naar inhoud van Artikel 6 Gemengd - 3
Plan: Oosterparkbuurt
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.U0901BPSTD-OH01

Artikel 6 Gemengd - 3

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd - 3' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. horeca I, III, IV en V;
  • b. maatschappelijke dienstverlening;
  • c. bijbehorende ondergeschikte verkeers- en groenvoorzieningen, waaronder monumentale bomen ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom' en tuinen en erven.
6.2 Bouwregels
6.2.1 Gebouwen

Binnen deze bestemming mogen gebouwen ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. de gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. de maximum bouwhoogte zoals aangeduid mag niet worden overschreden;
  • c. indien een maximum goothoogte is aangeduid mag de maximum goothoogte zoals aangeduid niet worden overschreden.
6.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepaling:

  • a. de hoogte van erfafscheidingen mag ten hoogste 2 meter bedragen;
  • b. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 6 meter bedragen.
6.3 Specifieke gebruiksregels

Voor maatschappelijke dienstverlening geldt de volgende regel:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd uitgesloten - geluidsgevoelig' is geen geluidsgevoelige maatschappelijke dienstverlening toegestaan.
6.4 Omgevingsvergunning voor het aanleggen
6.4.1 Bepaling 1

Op en onder de als 'monumentale boom' aangeduide gronden is het verboden zonder of in afwijking van een vergunning van het Dagelijks Bestuur (omgevingsvergunning voor het aanleggen) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanbrengen van boven- en ondergrondse kabels, leidingen en andere infrastructurele voorzieningen
  • b. het aanbrengen van drainage;
  • c. het aanleggen en verharden van wegen, paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  • d. het verlagen, afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem en/of gronden;
  • e. het wijzigen van de grondwaterstand door bevloeiing, (bron)bemaling, drainage of andere wijze;
  • f. het uitvoeren van heiwerkzaamheden of het op andere wijze van indrijven van voorwerpen in de bodem;
  • g. het opslaan van goederen waaronder ook begrepen het opslaan van afvalstoffen.
6.4.2 Bepaling 2

Een omgevingsvergunning voor het aanleggen als bedoeld in 6.4.1 is niet vereist voor de volgende werken en werkzaamheden:

  • a. het normale onderhoud van paden, water en groenvoorzieningen;
  • b. werken en werkzaamheden die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan;
6.4.3 Bepaling 3

De omgevingsvergunning voor het aanleggen kan worden geweigerd indien door de werken of werkzaamheden, de conditie en/of vitaliteit van de monumentale boom onevenredig wordt geschaad.

6.4.4 Bepaling 4

De omgevingsvergunning voor het aanleggen kan slechts worden verleend indien een bomeneffectanalyse naar mogelijke gevolgen van de betreffende werkzaamheden voor de monumentale boom heeft plaatsgevonden.

6.4.5 Bepaling 5

Aan de omgevingsvergunning voor het aanleggen kunnen in het belang van de conditie en/of vitaliteit van de monumentale boom de volgende voorschriften worden verbonden:

  • a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor de conditie en/of vitaliteit van de monumentale boom zoveel mogelijk wordt gewaarborgd;
  • b. de verplichting de activiteit die tot een mogelijke verstoring van de conditie en/of vitaliteit van de monumentale boom leidt, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van bomenbeheer, die voldoet aan door dagelijks bestuur bij de vergunning te stellen kwalificaties.
6.5 Wijzigingsbevoegdheid
6.5.1 Monumentale boom

Het Dagelijks Bestuur is bevoegd, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.9a van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de in 6.1 onder c genoemde gronden te wijzigen door het schrappen dan wel verplaatsen van de aanduiding 'monumentale boom' indien zwaarwegende maatschappelijke belangen dit vergen en:

  • a. de levensverwachting van de betreffende boom door ziekte of ouderdom minder dan 10 jaar bedraagt of;
  • b. bescherming van de boom niet langer noodzakelijk is omdat de boom wordt verplaatst, wordt gekapt of is omgevallen.