direct naar inhoud van Artikel 4 Gemengd - 1
Plan: Oosterparkbuurt
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.U0901BPSTD-OH01

Artikel 4 Gemengd - 1

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven;
  • b. kantoren;
  • c. maatschappelijke dienstverlening;
  • d. bij de hoofdfunctie behorende ondergeschikte horeca;
  • e. bijbehorende ondergeschikte verkeers- en groenvoorzieningen, tuinen en erven.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen

Binnen deze bestemming mogen gebouwen ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. de gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. de maximum bouwhoogte zoals aangeduid mag niet worden overschreden;
  • c. indien een maximum goothoogte is aangeduid mag de maximum goothoogte zoals aangeduid niet worden overschreden.
4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepaling:

  • a. de hoogte van erfafscheidingen mag ten hoogste 2 meter bedragen;
  • b. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 6 meter bedragen.
4.3 Afwijken van de bouwregels

Het Dagelijks Bestuur is bevoegd om in afwijking van het bepaalde in 4.2.1 een omgevingsvergunning te verlenen voor het bouwen van gebouwen buiten het bouwvlak, met dien verstande dat:

  • a. per bestemmingsvlak maximaal 20% van de gronden buiten het bouwvlak mag worden bebouwd met gebouwen;
  • b. de maximum bouwhoogte 4 meter bedraagt.
4.4 Specifieke gebruiksregels
4.4.1 Maatschappelijke dienstverlening

Voor maatschappelijke dienstverlening geldt de volgende regel:

  • a. geluidsgevoelige maatschappelijke dienstverlening is uitgesloten.
4.4.2 Bij de hoofdfunctie behorende ondergeschikte horeca

Voor de bij de hoofdfunctie behorende ondergeschikte horeca geldt de volgende regel:

  • a. de aan de hoofdfunctie ondergeschikte horeca mag maximaal 10% van het bruto vloeroppervlak van de hoofdfunctie bedragen.