Nieuwendam-Zuid II

Artikel 25 Water

25.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

• a. water;
• b. waterhuishoudkundige voorzieningen;
• c. ter plaatse van de aanduiding "brug" tevens voor bruggen;
• d. ter plaatse van de aanduiding 'haven' tevens voor steigers en ligplaatsen ten behoeve van een plezierboot;
• e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 1' tevens voor een ligplaats voor een woonschip in de vorm van een woonboot, woonark en woonvaartuig met inbegrip van:
  • 1. bijbehorende bergingen en steigers;
  • 2. ruimten voor aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
  • 3. ligplaatsen voor een plezierboot of onderhoudsvaartuig;
• f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 2' tevens voor een ligplaats voor een woonschip in de vorm van een woonark met inbegrip van:
  • 1. bijbehorende bergingen en steigers;
  • 2. ruimten voor aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
  • 3. ligplaatsen voor een plezierboot of onderhoudsvaartuig;
• g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 3' tevens voor een ligplaats voor een woonschip in de vorm van een woonboot met inbegrip van:
  • 1. bijbehorende bergingen;
  • 2. ruimten voor aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
  • 3. ligplaatsen voor een plezierboot of onderhoudsvaartuig;
  • 4. steigers, met dien verstande dat alleen steigers zijn toegestaan die op het moment van het ter inzage leggen van het ontwerpbestemmingsplan krachtens een omgevingsvergunning aanwezig zijn, danwel gebouwd kunnen worden.

25.2 Bouwregels

25.2.1 Algemeen

Op en onder de in lid 25.1 genoemde gronden mag slechts worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

25.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

• a. op een steiger bij een woonschip is per ligplaats maximaal één berging toegestaan;
• b. maximum vloeroppervlakte berging: 10 m2;
• c. maximum bouwhoogte berging: 3 meter, gemeten vanaf de bovenkant van de steiger;
• d. de berging als bedoeld onder a is slechts toegestaan indien de ligplaats niet direct grenst aan de bestemming Tuin-6.

25.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

• a. maximum lengte steiger behorend bij een woonschip zoals bedoeld in lid 25.1: de toegestane lengte van een woonschip als bedoeld in lid 25.3.2, 25.3.3 of 25.3.4;
• b. maximum breedte steiger behorend bij een woonschip zoals bedoeld in lid 25.1: 3 meter;
• c. maximum bouwhoogte erfafscheidingen op de steiger als bedoeld in lid 25.2.3: 1 meter;
• d. maximum bouwhoogte overige bouwwerken geen gebouwen zijnde: 5 meter, gemeten vanaf het waterpeil;
• e. in afwijking van het bepaalde onder a en b geldt dat grotere steigers zijn toegestaan indien deze op het moment van het ter inzage leggen van het ontwerpbestemmingsplan krachtens een omgevingsvergunning aanwezig zijn, danwel gebouwd kunnen worden.

25.3 Specifieke gebruiksregels

25.3.1 Ligplaatsen

Voor de in lid 25.1 genoemde gronden gelden de volgende regels:

• a. maximum aantal ligplaatsen voor een woonschip: zoals met de aanduiding 'maximum aantal ligplaatsen woonschepen' staat aangegeven;

25.3.2 Maatvoering woonark

Voor een woonark gelden de volgende maximale afmetingen:

• a. maximum lengte: 20 meter;
• b. maximum breedte 7 meter;
• c. maximum constructiehoogte: 2,5 meter;
• d. in afwijking van het bepaalde onder c zijn ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 1" woonarken met een constructiehoogte van maximaal 6 meter toegestaan.

25.3.3 Maatvoering woonboot

Voor een woonboot gelden de volgende maximale afmetingen:

• a. maximum lengte 30 meter;
• b. maximum breedte 5 meter;
• c. maximum constructiehoogte: de authentieke hoogte van het schip dient in stand gelaten te worden.

25.3.4 Maatvoering woonvaartuigen

Voor een woonvaartuig gelden de volgende maximale afmetingen:

• a. maximum lengte: 25 meter;
• b. maximum breedte: 5 meter;
• c. maximum constructiehoogte: 2,5 meter.

25.3.5 Afwijkende maten

In afwijking van het bepaalde onder 25.3.2, 25.3.3 en 25.3.4 sub a t/m c geldt dat woonschepen die op het moment van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan reeds een vergunde ligplaats met afwijkende maatvoering hebben, deze ligplaats met afwijkende maatvoering mogen blijven innemen tot het moment dat het betreffende woonschip wordt vervangen.

25.3.6 Verboden gebruik

Als verboden gebruik zoals bedoeld in artikel 37.1 van deze regels wordt in elk geval aangemerkt :

• a. het gebruik van water als ligplaats voor een passagiersboot, bedrijfsboot en stationerend vaartuig;
• b. het gebruik van een woonschip ten dienste van aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten tot meer dan 40% van het vloeroppervlakte van het woonschip.

25.4 Afwijking van de gebruiksregels

Het dagelijks bestuur kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 25.3.2 teneinde ter plaatse van de "specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 2" een woonark toe te staan met een constructiehoogte van maximaal 4 meter, op voorwaarde dat:

• a. er minimaal 30 centimeter vrije ruimte gehanteerd dient te worden gehanteerd onder de woonark ten opzichte van de minimale diepte, en;
• b. naar het oordeel van het dagelijks bestuur de hoogte geen onevenredige afbreuk doet aan de omgeving.