direct naar inhoud van 5.7 Horeca
Plan: Olympisch Stadion e.o.
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.K1204BPSTD-VG02

5.7 Horeca

5.7.1 Gemeentelijk beleid

Nota Hotelbeleid 2007-2010

Op 20 juni 2007 is door het College van Burgemeester en Wethouders de Nota Hotelbeleid 2007-2010 vastgesteld. In deze nota wordt op basis van een analyse van de recente en verwachte toekomstige ontwikkelingen in de hotelmarkt een aantal kwantitatieve en kwalitatieve doelstellingen geformuleerd voor de toekomst. Met betrekking tot het bestemmingsplan Olympisch Stadion e.o. is de volgende doelstelling uit het beleid van toepassing:

Groter en gevarieerder hotelaanbod: Er moeten meer initiatieven voor hotelontwikkelingen worden gestimuleerd; De kans op vertragingen en planuitval moet worden verkleind;

De gemeente Amsterdam onderneemt een aantal acties, waarvan de volgende van toepassing is op het bestemmingsplan Olympisch Stadion e.o.:

  • Onderzoeken van twee relatief snellere oplossingsrichtingen: Hotels te water; Omzetten van leegstaande kantoren in hotels; Monitoring van de voortgang van de hotelontwikkeling en de ontwikkeling van de vraag.

Conclusie: Het bestemmingsplan is in overeenstemming met dit beleid.

5.7.2 Stadsdeelbeleid

Nota 'Ondernemen in Zuid'

In de op 26 oktober door de stadsdeelraad vastgestelde nota 'Ondernemen in Zuid' is stadsdeelbeleid voor diverse economische functies weergegeven. Voor hotels is voor het Olympisch Stadion e.o. het volgende aspect van belang.

Hotels: Andere leegstaande kantoren hebben meer kansen op gebruik als hotel. Bij nieuwe bestemmingsplannen zal gekeken worden welke kantoorpanden kansen bieden voor hotelfuncties. Amsterdam heeft behoefte aan meer hotelkamers. Voor het vergroten van het aantal hotelkamers in Amsterdam werkt het bestuur van Stadsdeel Zuid mee aan de doelstellingen van dat stedelijke hotelbeleid. Stadsdeel Zuid ontwikkelt dus geen apart hotelbeleid, maar zet wel ambitieus in op het realiseren van hotelkamers. Per aanvraag wordt onderzocht of de hotelfunctie ruimtelijk inpasbaar is.

Conclusie: Het bestemmingsplan is in overeenstemming met dit beleid.

Horecabeleid stadsdeel Zuid 2011

Op 21 december 2011 heeft de stadsdeelraad van Stadsdeel Zuid het Horecabeleid Zuid 2011 vastgesteld. Doelstelling van het horecabeleid is het verlevendigen en aantrekkelijker maken van het stadsdeel en het verruimen van mogelijkheden voor ondernemers, zonder dat het woon- en leefklimaat onder onevenredige druk komt te staan. Daarnaast wordt met het horecabeleid een bijdrage geleverd aan de ruimtelijk-economische doelstellingen om stadsstraten en -pleinen te ontwikkelen, vrijetijdsmilieus met elkaar te verbinden en het toerisme in het stadsdeel te stimuleren.

Om een gericht horecabeleid te voeren, hanteert stadsdeel Zuid in nieuwe bestemmingsplannen een aantal horecacategorieën. Deze categorisering vindt zijn grondslag in ruimtelijk en sociaal relevante aspecten als ruimtelijke uitstraling, verkeersaantrekkende werking, invloed op directe (woon)omgeving, geluid- en stank overlast en sociale veiligheid.

Bedrijfsverzamelgebouwen

Leegstaande kantoren (voor grote ondernemingen) kunnen een nieuwe invulling krijgen als bedrijfsverzamelgebouw voor een mix van kleinere bedrijven. Het dagelijks bestuur wil de ontwikkeling van bedrijfsverzamelruimte stimuleren bij onder andere leegstaande kantoorgebouwen door mee te werken aan een gedeeltelijke bestemmingwijziging, indien aan een aantal criteria wordt voldaan:

  • 1. Het pand een kantoor- of een bedrijfsmatige bestemming in het bestemmingplan heeft;
  • 2. De inkomsten van de horeca-exploitatie aantoonbaar ten goede komen aan de exploitatie van het bedrijfsverzamelgebouw;
  • 3. De horeca fysiek losgekoppeld kan worden van de kantoor- of bedrijfsfunctie (bijvoorbeeld een kantine of een foyer);
  • 4. Om te voorkomen dat deze verzelfstandiging van de horecafunctie leidt tot te grote horecazaken mag maximaal 20% van het vloeroppervlak van het bedrijfsverzamelgebouw worden omgezet tot zelfstandige horeca.

Tijdelijke horeca

Als gevolg van de crisis, de daaruit voortvloeiende vertraging en het stilleggen van ruimtelijke projecten, wordt de gemeente geconfronteerd met braakliggende terreinen en leegstaand vastgoed. Het stadsdeel wil, in het kader van het gemeentelijke initiatief 'Ondertussen', op dergelijke locaties mogelijkheden creëren om een functie te geven voor het openbare leven. Tijdelijke horecavoorzieningen moeten voldoen aan de geldende wet- en regelgeving ten aanzien van horeca (onder andere horeca exploitatievergunning). Het stadsdeel zal bij dergelijke initiatieven samen met betrokkenen nagaan of, waar en op welke manier invulling aan tijdelijke horeca kan worden gegeven.

Uitbreiding horeca

Het Horecabeleid bevat tevens gebiedsgericht horecabeleid. Daarin is een afweging gemaakt of en waar uitbreiding van horeca inpasbaar en gewenst is.Op basis van een analyse van het gebied is per wijk aangegeven waar de vestiging van nieuwe horeca mogelijk is en welke categorie horeca (II, III, IVA of IVB) in welke mate (maximaal aantal/percentage) hierbij past. In het Horecabeleid is aangegeven dat in het bestemmingsplangebied Olympisch Stadion e.o. uitbreiding van horeca mogelijk is:

  • 1. Schinkeleilanden
    De wens bestaat op het Natuureiland (noordelijke Schinkeleiland) een kinderboerderij te realiseren. Bij deze kinderboerderij is horeca ondergeschikt aan de functie van kinderboerderij te realiseren. Dit betekent dat tijdens de openingstijden van de kinderboerderij zijn bepalend voor de horeca.
  • 2. Olympisch Stadion terrein
    "Het terrein tussen de Laan der Hesperiden, de Amstelveenseweg en de waterwegen, Stadiongracht en Zuider Amstelkanaal is een evenemententerrein voor sport en cultuur en een onderdeel van de Amsterdamse Sportas. De verwachting is dat de aankomende jaren respectievelijk het bezoek aan de evenementen en het gebruik van de sportieve faciliteiten zal toenemen."
  • 3. Olympisch Kwartier Zuid
    Voor dit deelgebied binnen het bestemmingsplangebied bestaat de visie om het gebied te ontwikkelen tot een op sport gericht gebied. In de visie wordt ook ruimte geboden voor het ontwikkelen van bijvoorbeeld een sporthotel. Aangezien de visie nog geen concrete uitwerking kent, krijgt dit nog geen directe uitwerking in het bestemmingsplan.

Conclusie: Het bestemmingplan is in overeenstemming met dit stadsdeelbeleid. Het biedt een (deel)uitkomst voor de beperking van de mogelijkheden door privaatrechtelijke overeenkomsten door deze regelingen via de regels van het bestemmingsplan te regelen.

Trends en ontwikkelingen in onzelfstandige horeca

In het horecabeleid worden twee vormen van ondersteunende horeca onderscheiden, namelijk mengformules en additionele horeca.

Bij mengformules gaat het om winkels, kantoren (met een publieks- of baliefunctie), dienstverlenende bedrijven en grootschalige detailhandelconcepten die geen planologische bestemming horeca hebben waarbij een deel van het vloeroppervlak gebruikt wordt als horeca. Voorbeelden van mengformules zijn een bakker met een koffiehoek of een meubelwinkel met een eetgelegenheid. De laatste jaren is een toenemende vraag te zien naar winkelconcepten met een horecadeel. In deze winkel- of kantoorconcepten worden meerdere, uiteenlopende, activiteiten gecombineerd in één onderneming. Ondernemers spelen hiermee in op het veranderende consumentengedrag zoals recreatief winkelen of funshoppen. Ondernemers kunnen een dergelijk rustpunt bieden door een zitruimte in te richten en gelegenheid te bieden voor het consumeren van dranken en etenswaren. Daarnaast leveren mengformules ook een bijdrage aan een positief vestigingsklimaat voor (startende) ondernemers, omdat het de mogelijkheid biedt om bedrijfsactiviteiten uit te breiden. Dit bevordert de overlevingskansen van bijzondere en specialistische winkels. Dit heeft tot gevolg dat de gevarieerdheid van het winkelaanbod in stand blijft of wordt vergroot.

Voor mengformules geldt dat maximaal 30% van het vloeroppervlak ten behoeve van het horecadeel mag worden gebruikt, met een absoluut maximum van 30 m2. Daarmee zijn mengformules zowel mèt als zonder expolitatievergunning mogelijk. Voor een horecadeel tot 20 m2 is geen exploitatievergunning op grond van de APV nodig. Voor een horecadeel tussen 20 m2 en 30 m2 is wel een exploitatievergunning op grond van de APV nodig. Additionele horeca is onzelfstandige horeca in instellingen van maatschappelijke, culturele en sportieve voorzieningen, waarbij een deel van het vloeroppervlakte van de voorziening wordt gebruikt voor het tegen vergoeding schenken van dranken en/of verstrekken van spijzen voor directe consumptie. Additionele horeca is altijd ondergeschikt aan de hoofdfunctie. Voorbeelden hiervan zijn: een sportkantine, een foyer in een bioscoop of theater of een museumrestaurant voor bezoekers. Additionele horeca is in stadsdeel Zuid mogelijk onder een aantal in het Horecabeleid gegeven voorschriften en bepalingen.


Ruimtelijke aspecten daarbij zijn:

1. Het deel van het netto vloeroppervlakte dat in gebruik is als additionele horeca mag ten hoogste 20% van dat netto vloeroppervlak zijn;

2. Horeca op basis van de additionele horecaregeling mogen geen terras exploiteren omdat zij niet functioneren als zelfstandige horeca (hiervoor ontbreekt de noodzakelijke planologische bestemming horeca).


Evenementenbeleid Zuid 2011

Met de Wet ruimtelijke ordening, die per 1 juli 2008 in werking is getreden, is het mogelijk om overal in de openbare ruimte voor drie evenementen per jaar (met een maximale duur van vijftien dagen inclusief op- en afbouw van de voorzieningen voor het evenement) een omgevingsvergunning te verlenen (onder de noemer van kruimelgevallen).

Op 21 december 2011 heeft de stadsdeelraad van Stadsdeel Zuid, tegelijk met de vaststelling van het nieuwe Horecabeleid, het Evenementenbeleid Zuid 2011 vastgesteld. In het evenementenbeleid is in het voorliggende bestemmingsplan Olympisch Stadion het Olympisch Stadion en Olympisch stationterrein opgenomen als evenemententerrein.

Locatie en bereikbaarheid

Het Olympisch Stadionterrein is een evenemententerrein rondom het Olympisch Stadion. De totale oppervlakte van het terrein bedraagt circa 13.000 m². Het Olympisch Stadionterrein is per openbaar vervoer bereikbaar met diverse tram- en buslijnen. Metrostation Amstelveenseweg bevindt zich op een loopafstand van circa 700 meter. Het Olympisch Stadionterrein is ook over het water bereikbaar, er is een aanlegsteiger voor een boot aan de achterzijde van het stadion. Onder het Olympisch Stadion bevindt zich een parkeergarage met 300 vrije plaatsen en 250 plaatsen als P&R voorziening. Het Olympisch Stadionterrein is voetgangersgebied, met uitzondering van de rijweg rondom het stadion.

Karakter/evenementenprofiel

Het Olympisch Stadionterrein biedt in principe ruimte voor zowel grootschalige als kleinschalige evenementen. Kernbegrippen hierbij zijn:

  • sport;
  • cultuur en media;
  • (inter)nationale ontmoeting.

Evenementen versterken het karakter van het Olympisch gebied. Op het Olympisch Stadionterrein kunnen zowel evenementen die direct samenhangen met wedstrijden/evenementen in het stadion (side events) als zelfstandige evenementen of jaarmarkten plaatsvinden. Bij de programmering van de evenementen op het Olympisch stadionterrein krijgt het Olympisch Stadion een adviserende rol. Hiermee zullen evenementen beter kunnen aansluiten bij het karakter van het terrein en de ambities van het stadion.

Maximaal aantal evenementen per jaar

In het Olympisch Stadion mogen maximaal 12 grote evenementen/sportwedstrijden per jaar plaatsvinden waarvoor een geluidsontheffing nodig is (vergunning op basis van Wet Milieubeheer/ Activiteitenbesluit, Wabo). Op het Olympisch Stadionterrein is het maximaal aantal vergunde evenementen gerelateerd aan de maximale geluidsbelasting. Maximaal 13 kleine, middelgrote en grote evenementen per jaar, met een geluidsbelasting variërend van zwaar, via middelzwaar tot licht. Dit aantal is inclusief de side events bij evenementen in het Olympisch Stadion. Aan de buitenzijde van het Olympisch Stadion bevinden zich kantoren en bedrijven. Omwille van de bedrijfsvoering van deze kantoren en bedrijven dienen evenementen met een zware en middelzware geluidsbelasting zoveel mogelijk buiten kantooruren plaats te vinden.

Gedurende de maanden tijdens en rond Olympische Zomer- en Winterspelen kan er aanleiding zijn om af te wijken van de hierboven vermelde regels inzake het maximaal aantal evenementen in het stadion en op het terrein.

Maximaal aantal bezoekers/deelnemers per evenement

Gelijktijdig aanwezig:

  • Olympisch Stadion: 22.500 bezoekers/ deelnemers (exclusief de mogelijkheid van tijdelijke uitbreiding met herbruikbare tribuneunits en/of veldring);
  • Olympisch Stadionterrein: 20.000 bezoekers/deelnemers;
  • Bij evenementen die gecombineerd plaatsvinden in het Olympisch Stadion en op het Olympisch Stadionterrein: 40.000 bezoekers/deelnemers (bij tijdelijke uitbreiding van stadioncapaciteit ad hoc te bepalen).

Maximale duur per evenement

De maximale duur van een evenement is gekoppeld aan de geluidsbelasting, waarbij de indeling zwaar, middelzwaar en licht wordt aangehouden.

  • Zwaar: 2 dagen (excl. op- en afbouw).
  • Middelzwaar: 2 dagen (excl. op- en afbouw).
  • Licht: 7 dagen (excl. op- en afbouw).

Gedurende de maanden tijdens en rond Olympische Zomer- en Winterspelen kan er aanleiding zijn om af te wijken van de hierboven vermelde regels inzake de maximale duur van evenementen in het stadion en op het terrein.

Kleine evenementen vergunningvrij (art. 2.41 APV)

Onder de volgende voorwaarden is geen vergunning vereist voor een evenement op het Olympisch Stadionterrein, maar volstaat een melding:

  • het betreft een eendaags olympisch gerelateerd evenement;
  • het geluidsniveau op de gevels van de aanwezige kantoren komt tijdens kantooruren niet boven het reguliere achtergrondniveau uit, buiten kantooruren is het maximale geluidsniveau 70 dB(A) op de gevels van de omringende woningen;
  • het maximaal aantal bezoekers/deelnemers bedraagt 500 (tegelijkertijd aanwezig);
  • het evenement vindt plaats tussen 9.00 en 23.00 uur;
  • het evenement vindt niet plaats op de rijbaan van de weg rondom het stadion of vormt anderszins een belemmering voor het verkeer of scheepvaartverkeer;
  • het betreft geen commercieel evenement;
  • het evenement heeft een aanwijzbare organisator.

Pilots inhoudelijke sturing op evenementenprogrammering met betrokken partijen

Voor zowel het stadsdeel als voor instellingen en ondernemers, maar ook bewoners en bezoekers, is een inhoudelijke evenementenprogrammering een meerwaarde. Hiermee wordt voorkomen dat evenementen op een ‘ad hoc’ basis plaatsvinden, wat de kwaliteit van het evenementenaanbod ten goede kan komen. Het kan daarnaast het karakter / de identiteit van een locatie versterken. Door het gezamenlijk programmeren kunnen de potenties van een gebied sterker worden benut en de aantrekkingskracht worden vergroot. Bovendien biedt deze samenwerking de mogelijkheid om het draagvlak voor evenementen onder directbetrokkenen te vergroten.

Een locatie die hier goed voor in aanmerking komen zijn onder andere het Olympisch Stadionterrein. Op deze locatie is het Olympisch Stadion en de ondernemersvereniging en bewoners, met wie het stadsdeel en de gemeente een samenwerking voor de evenementenprogrammering verder wil ontwikkelen. Het stadsdeel start met tweejarige pilots (2012-2013) om te onderzoeken hoe een gezamenlijke sturing op evenementenprogrammering kan worden vormgegeven op bovengenoemde locatie en of deze sturing bijdraagt aan de kwaliteit van het evenementenaanbod.

Uitgangspunten voor de pilots zijn:

  • activiteiten binnen de instellingen en op de aangrenzende evenementenlocaties buiten moeten elkaar wederzijds inspireren en versterken;
  • instellingen / ondernemers en bewoners krijgen een adviserende rol ten aanzien van de programmering;
  • instellingen / ondernemers leveren een actieve bijdrage aan het evenementenaanbod.

Eind 2013 / begin 2014 zullen de pilots worden geëvalueerd.

Omdat het niet duidelijk is wat precies de afbakening van het pilotproject gaat zijn en een pilot per definitie tijdelijk is, is het bestemmingsplan niet het juiste instrument om dit planologisch te faciliteren. Om die reden zal te zijner tijd een tijdelijke omgevingsvergunning worden verleend, waarbij de voorwaarden voor de parapluvergunning tevens getoetst kunnen worden aan de criteria van een goede ruimtelijke ordening. Een tijdelijke vergunning kan voor een periode van 5 jaar verleend worden. Mocht de pilot positief geëvalueerd worden, dan is het altijd mogelijk om het bestemmingsplan Olympisch Stadion e.o. op dat facet te herzien, om het een definitief karakter te geven. Mocht de pilot niet goed uitpakken, dan wordt teruggevallen op het evenementenbeleid.

Conclusie: Het bestemmingsplan biedt ruimte voor evenementen en voor het realiseren van tijdelijke bebouwing daarvoor. Verder zijn bestemmingsplan en evenementenbeleid aanvullend op elkaar.