direct naar inhoud van Artikel 24 Algemene gebruiksregels
Plan: Oostelijk Havengebied Noord
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.BP01117-OH01

Artikel 24 Algemene gebruiksregels

24.1 Verbodsregels
24.1.1 Verboden gebruik

Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan (als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht), wordt in ieder geval begrepen het gebruiken, of laten gebruiken, van gronden of bouwwerken als:

  • a. ten dienste van bedrijven die worden begrepen onder bijlage I, onderdeel D van het Besluit omgevingsrecht;
  • b. automatenhallen, seksinrichtingen, belwinkels, smartshops, coffeeshops, internetcafés en geldwisselkantoren;
  • c. opslagplaats voor onklare voer-, vlieg- en vaartuigen;
  • d. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • e. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • f. opslagplaats van bagger en grondspecie, tenzij zulks plaatsvindt langs een waterloop en in verband met het onderhoud van de waterloop.
24.1.2 Afwijking

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels, zoals genoemd in 24.1.1, wanneer strikte toepassing daarvan leidt tot een beperking van het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.

24.2 Toegelaten bedrijven
24.2.1 Toegestane bedrijven
  • a. Voor zover de gronden binnen de bestemmingen 'Centrum', 'Gemengd - 1', 'Gemengd - 2', 'Gemengd - 3', 'Gemengd - 4' en 'Gemengd - 5' mogen worden gebruikt voor bedrijven, en voor zover de gronden binnen het plangebied mogen worden gebruikt voor aan-huis-verbonden beroepen en -bedrijven, zijn slechts de volgende categorieën bedrijven toegestaan:
    • 1. in geval van activiteiten die aanpandig zijn aan woningen, zijn uitsluitend bedrijven toegestaan die in de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten - functiemenging vallen onder categorie A;
    • 2. in geval van activiteiten die bouwkundig afgescheiden zijn van woningen en maatschappelijke dienstverlening, zijn uitsluitend bedrijven toegestaan die in de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten - functiemenging vallen onder de categorieën A en B;
  • b. Voor zover de gronden binnen de bestemming 'Bedrijf' mogen worden gebruikt voor bedrijven, zijn slechts de volgende categorieën bedrijven toegestaan:
    • 1. bedrijven zijn uitsluitend toegestaan voor zover deze in de van deze regels deel uitmakende Staat van Bedrijfsactiviteiten - functiemenging vallen onder categorie A en B.
24.2.2 Afwijking
  • a. Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het in lid 24.2.1 onder a en b bepaalde voor het bouwen en het gebruik van gronden en bebouwing ten behoeve van een bedrijf dat:
    • 1. niet in de Staat van bedrijfsactiviteiten - functiemenging voorkomt en in vergelijking met bedrijven die wel vallen onder de categorieën A of B een gelijke of mindere milieuhinder veroorzaakt;
    • 2. in de Staat van bedrijfsactiviteiten - functiemenging voorkomt en valt onder één of meer categorieën hoger dan toegestaan, mits het desbetreffende bedrijf in vergelijking met bedrijven die vallen onder de categorieën A of B een gelijke of mindere milieuhinder veroorzaakt;
    • 3. na uitbreiding, wijziging of aanpassing in de Staat van bedrijfsactiviteiten - functiemenging valt onder één of meer categorieën hoger dan toegestaan, mits de uitbreiding, wijziging of aanpassing niet tot gevolg heeft, dat het bedrijf in vergelijking met bedrijven die vallen onder de categorieën A of B meer milieuhinder veroorzaakt.
24.2.3 Wijzigingsregel

Het bevoegd gezag is bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen, in die zin, dat:

  • a. aan de Staat van bedrijfsactiviteiten - functiemenging bedrijven en/of bedrijfsvormen kunnen worden toegevoegd of geschrapt;
  • b. de in de Staat van bedrijfsactiviteiten - functiemenging opgenomen bedrijven en bedrijfssoorten kunnen worden ingedeeld bij een andere categorie;
  • c. één of meerdere aanduidingen van bedrijven, zoals bedoeld in 24.2.1, geschrapt kunnen worden, zodat ter plaatse alleen nog een bedrijf is toegestaan dat valt onder categorie A of B, met dien verstande dat uitsluitend toepassing wordt gegeven aan de wijzigingsbevoegdheid indien het betreffende gebruik langer dan een jaar is beëindigd.