direct naar inhoud van Artikel 21 Wonen
Plan: Oostelijk Havengebied Noord
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.BP01117-OH01

Artikel 21 Wonen

21.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. aan-huis-verbonden beroepen en -bedrijven;
  • c. short-stay;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'atelier' zijn ateliers toegestaan in kelder en/of souterrain;

met de daarbij behorende:

  • e. tuinen en erven;
  • f. bijbehorende bouwwerken;
  • g. nutsvoorzieningen;
  • h. parkeervoorzieningen met bijbehorende in- en uitritten in het souterrain en/of de kelder;
  • i. parkeervoorzieningen met bijbehorende in- en uitritten op het dak van het souterrain ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - parkeren boven souterrain';
  • j. groen;
  • k. water;
  • l. kunstwerken ten behoeve van weg- en waterbouw.
21.2 Bouwregels
21.2.1 Algemeen

Op en onder de in 21.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming.

21.2.2 Gebouwen

Voor bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen moeten binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. maximale bouwhoogte zoals aangeduid mag niet worden overschreden;
  • c. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
  • d. uitsluitend bestaande kelders en souterrains zijn toegestaan.
21.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 2 m1.
21.2.4 Onderdoorgang

In aanvulling op het bepaalde in 21.2.2 gelden de volgende regels:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - onderdoorgang 1' mag tot aan de vloer van de tweede bouwlaag geen bebouwing worden opgericht behoudens de voor de hoger opgaande bebouwing benodigde ondersteuningsconstructies, mits minimaal 80% van de breedte van de betreffende aanduiding vrij blijft van ondersteuningsconstructies;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - onderdoorgang 2' mag tot aan de vloer van de derde bouwlaag geen bebouwing worden opgericht behoudens de voor de hoger opgaande bebouwing benodigde ondersteuningsconstructies, mits minimaal 80% van de breedte van de betreffende aanduiding vrij blijft van ondersteuningsconstructies.
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - onderdoorgang 4' mag tot aan de vloer van de vijfde bouwlaag geen bebouwing worden opgericht behoudens de voor de hoger opgaande bebouwing benodigde ondersteuningsconstructies, mits minimaal 80% van de breedte van de betreffende aanduiding vrij blijft van ondersteuningsconstructies.
21.3 Specifieke gebruiksregels
21.3.1 Specifieke gebruiksregels

Voor het in 21.1 bedoelde gebruik gelden de volgende specifieke gebruiksregels:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - wonen onder maaiveld' is wonen in de eerste bouwlaag onder maaiveld en parkeren op maaiveldniveau toegestaan;
  • b. voor de aan-huis-verbonden beroepen en -bedrijven geldt dat maximaal 40% van het grondvloeroppervlak van de woning en bijbehorende bouwwerken met een maximum van 60 m² ten behoeve van deze functies gebruikt mag worden;
  • c. voor de aan-huis-verbonden bedrijven geldt het bepaalde in 24.2.