direct naar inhoud van Artikel 10 Tuin - 2
Plan: Herbestemmen Raambordelen Binnenstad
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.A1003BPSTD-OH01

Artikel 10 Tuin - 2

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor tuinen en erven.

10.2 Bouwregels

Onverminderd het bepaalde in artikel artikel 2.1, lid 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (vergunningvrij bouwen) mogen de tot 'Tuin - 2' bestemde gronden uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde worden opgericht ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende bepalingen:

10.2.1 Gebouwen
  • a. Uitsluitend gebouwen die aanwezig zijn ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan mogen worden gehandhaafd en in zijn geheel worden vernieuwd, maar zij mogen niet worden vergroot.
  • b. Ingeval van nieuwbouw van de bebouwing op de gronden bestemd tot 'Gemengd - 1, Gemengd - 2' of 'Gemengd - 3', mogen de onder a genoemde gebouwen op hetzelfde bouwperceel niet worden gehandhaafd.
10.2.2 Ondergeschikte delen van gebouwen

Voor balkons, erkers, galerijen, luifels, buitentrappen of andere ondergeschikte delen van gebouwen, die aanwezig zijn ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan geldt, dat deze geheel mogen worden vernieuwd, maar niet mogen worden vergroot.

10.2.3 Maximale bouwhoogte van erf- of perceelafscheidingen

De bouwhoogte van erf- of perceelafschedingen bedraagt ten hoogste 1 meter, indien de bestemming 'Tuin - 2' grenst aan gronden met de bestemming 'Verkeer'. Voor het overige geldt een maximale bouwhoogte van 2 meter.

10.2.4 Maximale bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde

De bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 2 meter.

10.3 Nadere eisen

Het dagelijks bestuur is bevoegd nadere eisen te stellen aan de situering en afmetingen van de in de artikel 10.2.1bedoelde bouwwerken, indien dit noodzakelijk is vanwege de licht- en luchttoetreding van de omringende bebouwing, dan wel vanwege de kwaliteit van het leefmilieu.

10.4 Specifieke gebruiksregels

Op de tot 'Tuin - 2' bestemde gronden gelden de volgende specifieke gebruiksvoorschriften.

10.4.1 Gebruik van gebouwen

De gebouwen mogen worden gebruikt ten dienste van een van de toegestane functies, in de tot 'Gemengd - 1, Gemengd - 2' of Gemengd - 3' bestemde gronden op hetzelfde bouwperceel, met uitzondering van parkeervoorzieningen. De gebouwen mogen geen zelfstandige functie bevatten. De maximale bedrijfsvloeroppervlakten, zoals die zijn bepaald voor de genoemde bestemmingen, zijn onverkort en van overeenkomstige toepassing.