Plan: | Oostelijke binnenstad |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.A0902BPSTD-OH01 |
In het plangebied zijn circa 60 horecazaken aanwezig. De meeste horeca in het plangebied ligt aan de Plantage Kerklaan, de Plantage Middenlaan, de Roetersstraat, het Kadijksplein en de Sarphatistraat. Verreweg het grootste deel van de horeca in het plangebied bestaat uit cafés en restaurants. Daarnaast zitten aan de Roetersstraat en de Sarphatistraat twee coffeeshops en aan de Plantage Kerklaan en het Weesperplein zijn twee snackbars gevestigd. Er is in het plangebied een aantal locaties met zalenverhuur gevestigd. Zalen worden onder andere verhuurd door Artis.
De verschillende horecasoorten zijn in dit bestemmingsplan ondergebracht in de categorieën horeca 1 tot en met horeca 4. De horecaregeling in de bestemmingsplannen en de horecaregeling in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) zijn op elkaar afgestemd. In beide regelingen worden dezelfde categorie-indelingen voor horeca 1 t/m horeca 4 gehanteerd. Hotels vallen onder de categorie horeca 5. (Zie verder paragraaf 4.8 Hotels) Deze categorieën worden hieronder nader gedefinieerd. De huidige in het plangebied aanwezige zelfstandige horeca is volgens deze bestemmingscategorieën aangeduid op de huidige locatie en op de huidige in gebruik zijnde bouwlagen.
Horeca 1 zijn fastfoodbedrijven, zijnde horecabedrijven die tot hoofddoel hebben het in hoofdzaak voor consumptie ter plaatse verstrekken van vooral op gemaksvoeding gerichte, eenvoudig en snel bereide etenswaren, met als nevenactiviteit het voor consumptie ter plaatse verstrekken van zwak- en niet-alcoholische dranken. Onder fastfoodbedrijven worden in elk geval begrepen automatieken, snackbars en fastfoodrestaurants.
Horeca 2 betreft horecabedrijven, al dan niet met een besloten karakter, die tot hoofddoel hebben het voor consumptie ter plaatse verstrekken van dranken, waarbij het gelegenheid bieden tot dansen op en tot het beluisteren van overwegend mechanische muziek een wezenlijk onderdeel vormt. Horeca 2 bedrijven zijn in elk geval discotheken en sociëteiten.
Onder horeca 3 worden horecabedrijven verstaan, die tot doel hebben het voor consumptie ter plaatse verstrekken van dranken en (kleine) etenswaren en/of maaltijden, waarbij het accent ligt op het verstrekken van dranken. Onder horeca 3 bedrijven worden in elk geval begrepen: cafés en eetcafés.
Horeca 4 omvat horecabedrijven die tot hoofddoel hebben het voor consumptie ter plaatse verstrekken van in hoofdzaak ter plaatse bereide maaltijden en van in hoofdzaak ter plaatse bereide etenswaren, met als nevenactiviteit het verstrekken van alcoholische, zwak alcoholische en niet-alcoholische dranken. Onder horeca 4 bedrijven worden in elk geval begrepen: restaurants, lunchrooms, koffiehuizen en ijssalons.
Horeca 5 betreft de hotelfunctie, die in paragraaf 5.8 nader wordt toegelicht.
Horeca 6 betreft een vorm van zelfstandige horeca die gekoppeld is aan een culturele functie. Deze horeca wordt in paragraaf 5.9 nader toegelicht.
Additionele horeca betreft horeca die uitsluitend bezocht wordt door bezoekers van een instelling met een andere hoofdfunctie dan horeca, bijvoorbeeld een museumcafé, een theaterfoyer of een kantine in een sporthal. In dit plangebied is op enkele plaatsen additionele horeca aanwezig.
Per horecacategorie gelden de volgende uitgangspunten:
Horeca 1 - Uitbreiding van fastfoodzaken is niet toegestaan vanwege de ongewenste functiemenging, de overlast voor de openbare ruimte die dergelijke zaken met zich meebrengen en de ongewenste ruimtelijke uitstraling (vaak open-puiverkoop en opzichtige reclame-uitingen). Omzetting van fastfoodzaken (horeca 1) naar cafés of restaurants (respectievelijk horeca 3 en 4) is toegestaan, omdat horeca in die categorieën minder overlast veroorzaakt.
Horeca 2 - Nachtzaken zijn vanwege de ruimtelijke uitstraling (vaak een gesloten gevel) en vanwege het vertrek van grote aantallen bezoekers op een nachtelijk tijdstip niet toegestaan. Om dezelfde reden is vestiging van zalenverhuur zeer beperkt toegestaan: alleen waar deze zaak nu al gevestigd is. Uitbreiding van zalenverhuur is niet toegestaan. Omzetting van nachtzaken (horeca 2) naar cafés of restaurants (respectievelijk horeca 3 en 4) is toegestaan, omdat horeca in die categorieën minder overlast veroorzaakt.
Horeca 3 - Cafés en eetcafés geven over het algemeen minder overlast dan fastfoodzaken en discotheken en hebben daarenboven een andere ruimtelijke uitstraling dan horeca 1 en 2. Omzetting van cafés (horeca 3) naar restaurants (horeca 4) is toegestaan, omdat horeca in die categorie in de regel minder overlast geeft.
Horeca 4 - Restaurants, koffiehuizen, lunchrooms en dergelijke geven in principe de minste overlast en mogen daarom overal worden gevestigd waar in het plangebied horeca is toegestaan. Omzetting van restaurants (horeca 4) naar andere categorieën (1, 2 of 3) is niet toegestaan.
Het verhuren van ruimte in een café (horeca 3) of restaurant (horeca 4) voor bijvoorbeeld een afscheidsborrel, verjaardag, jubileum, trouwreceptie, -diner of -feest wordt binnen de gebruikelijke voorwaarden van exploitatie toegestaan. Alle tafels in een restaurant reserveren maakt het restaurant voor een avond min of meer besloten. Een exploitant kan zelf beoordelen of het de goede naam van de zaak schaadt als dat te vaak voorkomt (te vaak nee verkopen kost ook klanten). Deze vorm van zalenverhuur wijkt niet wezenlijk af van de normale exploitatie als café of restaurant en heeft daarmee ook dezelfde kans op overlast.
Dansen in een café (horeca 3) of restaurant (horeca 4) is toegestaan, mits dat past binnen het karakter van het café of restaurant. Zodra de zaak het karakter van een discotheek of zalenverhuur krijgt, wat bijvoorbeeld kan blijken uit het de grootte van de dansvloer of het heffen van entreegeld, is sprake van horeca 2 en dat is niet toegestaan.
Uitbreiding horeca.
In de 'Visie toeristische ontwikkeling in de Oostelijke Binnenstad' is aangegeven dat het mogelijk maken van uitbreiding van horeca één van de manieren is om het toerisme meer in de richting van het oostelijke deel van het stadsdeel te spreiden. Op die manier kan worden bewerkstelligd dat de bezoekers langer in het oostelijk deel van de binnenstad verblijven dan nu het geval is. In het Horecabeleidsplan 2008 is het horecabeleid voor de binnenstad vastgelegd. Hierin is ondermeer de ambitie geformuleerd dat het aanbod aan cafés en restaurants in de oostelijke binnenstad moet worden uitgebreid en kwalitatief moet worden verbeterd. Ook worden er mogelijkheden gegeven voor de omzetting van dagzaken naar avondzaken en voor uitbreiding van het aantal vierkante meters per horecavestiging.
Aangezien in het plangebied volop wordt gewoond en het rustige karakter van het woon- en leefmilieu zoveel mogelijk in stand dient te worden gehouden, is uitbreiding van horeca uitsluitend toegestaan als het gaat om de horecacategorie 3 en 4. Uitbreiding van nieuwe horecavestigingen is in het plangebied mogelijk door middel van een wijzigingsprocedure en uitsluitend indien:
Vanwege de overlast die horeca in hogere bouwlagen kan veroorzaken voor de bewoners die direct naast of boven de vestiging wonen, is horeca alleen in de eerste bouwlaag toegestaan. Indien in de huidige situatie al horeca op hogere bouwlagen is gevestigd, mag deze gehandhaafd blijven.
Deze regeling wijkt af van de regeling zoals die nu in het bestemmingsplan Weesperbuurt is opgenomen. In het bestemmingsplan Weesperbuurt is één van de toetsingscriteria dat nieuwvestiging van horeca mogelijk is op een afstand van ten hoogste 75 meter van een culturele instelling. In het bestemmingsplan Oostelijke binnenstad is uitbreiding van horeca 3 en 4 overal toegelaten (mits voldaan wordt aan de criteria).
Maximum vloeroppervlak horeca.
In het gehele plangebied is het behoud van de huidige kleinschaligheid in de plint gewenst. Daarom geldt voor horeca een maximum maat van 150 m2, met een ontheffing tot maximaal 300 m2. Deze ontheffing kan alleen worden gegeven als het gaat om (bestaande) horeca 3 of horeca 4. De ontheffing is ook opgenomen om horecagelegenheden in deze categorieën de mogelijkheid te geven in de kelder of in het souterrain keukens, toiletten en/of bergingen te realiseren. Bestaande horecavestigingen die groter zijn dan de bovenstaande maximum maten mogen gehandhaafd blijven.
Horecagelegenheden groter dan 300 m2 kunnen alleen overwogen worden zolang het beschermd stadsgezicht niet wordt aangetast en er geen nadelige invloed is op het woon- en leefklimaat. Daarnaast spelen de fysieke eigenschappen van het pand een belangrijke rol. Er moet voorkomen worden dat doorbraken tussen kleinere panden plaatsvinden, waardoor de historische structuur wordt aangetast. Aan de uitbreiding van het vloeroppervlak wordt een maximale maat van 1.000 m2 per pand gesteld. Panden en/of locaties die geschikt zijn voor uitbreiding in vierkante meters zijn grotere gebouwen (de panden die de bestemming 'Gemengd-2' hebben) die leeg komen en grotere (nieuw)bouwprojecten. Deze zijn geschikt vanwege de fysieke eigenschappen van het pand/project.
Horeca Artis.
Artis beschikt momenteel over drie zelfstandige horecavestigingen. Het gaat om:
Op de verbeelding zijn deze vestigingen specifiek aangeduid. Voor de zalenverhuur aan de Plantage Middenlaan is bovendien aangegeven dat horeca ook is toegestaan in de tweede bouwlaag, daar waar de exploitatievergunning alleen horeca op de eerste bouwlaag toestaat. Hiermee wordt afgeweken van het uitgangspunt dat horeca op de verdiepingen niet is toegestaan en dat uitbreiding/nieuwvestiging alleen is toegestaan na wijziging van het bestemmingsplan. Deze regeling geeft Artis de mogelijkheid de Flamingoserre te slopen en het zo verloren horeca-oppervlak op de tweede bouwlaag te realiseren. Er is een maximum vloeroppervlak toegestaan van 1.130 m², hetgeen overeenkomt met de verleende exploitatievergunning. De afwijking is toegestaan omdat het hier een vrijstaand pand betreft. Er zijn geen woningen aanwezig in de belendende panden en het totale oppervlakte aan horeca blijft gelijk. Het slopen van de Flamingoserre is een verbetering van het monument.
Naast de bovengenoemde panden geeft Artis aan ook regelmatig zalen te verhuren in het Planetarium (t.o. Plantage Kerklaan 59), het Aquarium (Plantage Middenlaan 53) en het Vlinderpaviljoen. Voor dit gebruik beschikt Artis niet over een exploitatievergunning.
In afwijking van de systematiek is, overeenkomstig het huidig gebruik, voor deze gebouwen toch een horeca-aanduiding opgenomen op de verbeelding. De motivering hiervoor ligt in het feit dat Artis, net als de culturele instellingen in de stad, steeds minder kan beschikken over subsidies en andere gelden. Om toch voldoende inkomsten te genereren is het voor Artis noodzakelijk (delen van) panden commercieel te verhuren. Ook hier geldt het argument dat het gaat om vrijstaande panden en geen woningen in belendende panden aanwezig zijn.
Additionele horeca
Additionele horeca is een vorm van horeca die ondergeschikt is aan de hoofdbestemming. Enerzijds ondersteunen de horeca-activiteiten de hoofdfunctie. Hierbij valt te denken aan een koffiehoek in een museum of buurthuis, waar bezoekers vaak langere tijd verblijven. Deze horeca-activiteiten zijn vaak afgescheiden van de hoofdfunctie in een aparte ruimte of duidelijk afgebakend deel van de locatie. Anderzijds gaat het om horeca-activiteiten die deel uit maken van de hoofdfunctie, zoals bij een bioscoop of theater. Omdat in al deze gevallen de horeca-activiteiten ondergeschikt zijn, worden deze juridisch planologisch gezien niet onder de afzonderlijke functie 'horeca' begrepen, maar gerekend tot de bestemming van de hoofdfunctie van de instelling. Bij warenhuizen is een additionele horecavergunning verplicht indien de horeca-activiteiten door derden worden geëxploiteerd.
Aan de exploitatie van additionele horeca zijn de volgende voorwaarden verbonden:
Overige horeca-gerelateerde aspecten
Net als bij winkels, geldt ook voor horeca dat het construeren of veranderen van de gevel ten behoeve van gevelverkoop en open-puiverkoop niet is toegestaan.
Sinds juni 1992 is het gemeentelijke beleid om geen nieuwe gebouwde terrassen toe te staan, onder andere om 'privatisering' van de openbare ruimte tegen te gaan. Ongebouwde terrassen worden, voorzover deze zich in de openbare ruimte bevinden, niet in het bestemmingsplan geregeld. Regels daaromtrent zijn opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening, afdeling 2 Horecabedrijven, artikel 3.5 Terrassen. Vanwege mogelijke overlast voor omwonenden, is het gebruik van de binnenterreinen ten behoeve van horecaterrassen niet toegestaan. In het bestemmingsplan is het verkopen van softdrugs in een horecagelegenheid niet opgenomen. Voor de horecagelegenheden met hasj-verkoop geldt dat de horeca wèl als zodanig op de verbeelding staat, maar de hasj-verkoop niet. Dat betekent niet dat hasjverkoop overal mag plaatsvinden. Voor het verkopen van hasj geldt immers een gemeentelijk beleid. De in het plangebied gevestigde horecagelegenheden met hasjverkoop zijn uiteraard gehouden aan dit gemeentelijke beleid.