direct naar inhoud van 5.4 Luchtkwaliteit
Plan: Landelijk Gebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0362.09-OH01

5.4 Luchtkwaliteit

Besluit luchtkwaliteit

Op 5 augustus 2005 is het Besluit Luchtkwaliteit 2005 vastgesteld, inclusief de bijbehorende Meetregeling luchtkwaliteit 2005. Dit nieuwe Besluit vervangt het oude Besluit luchtkwaliteit uit 2001. In deze nieuwe regeling is de mogelijkheid opgenomen om bij de beoordeling van de concentraties fijn stof het aandeel natuurlijk fijn stof (zeezout) buiten beschouwing te laten. Ze omvat een vaste aftrek van zes dagen voor het aantal dagen dat de dagnorm mag worden overschreden en een plaatsafhankelijke correctie op de jaargemiddelde norm die varieert van 3 µg/m3 tot 7 µg/m3. Deze aftrek is het hoogst aan de kust en neemt verder landinwaarts af. Voor de gemeente Amstelveen bedraagt de aftrek voor de beoordeling van de jaargemiddelde norm 6 µg/m3.

Een ander punt van wijziging in het Besluit luchtkwaliteit 2005 is het opnemen van de zogenaamde saldobenadering. Dit houdt in dat er op een bepaalde plek een verslechtering van de luchtkwaliteit mag optreden, mits dit op een andere plek tot een duidelijke verbetering en daardoor tot minder blootgestelden leidt. Ook dit is een aspect dat voor de beoordeling van het ontstaan van potentiële knelpunten extra mogelijkheden biedt.

Daarnaast is er in het Besluit uitvoering gegeven aan de 2e dochterrichtlijn ten aanzien van koolmonoxide (CO) en benzeen. De normen voor beide stoffen zijn gewijzigd. De opgenomen grenswaarde voor CO van 10 mg/m3 komt overeen met de advieswaarde van de WHO (World Health Organization, wereldgezondheidsorganisatie) en is twee maal strenger dan de in het vorige Besluit luchtkwaliteit opgenomen waarde. Deze grenswaarde wordt echter in Nederland sinds 2000 al niet meer overschreden. Voor benzeen geldt momenteel een grenswaarde van 10 µg/m3, vanaf 2010 geldt een grenswaarde van 5 µg/m3. Er is een plandrempel voor benzeen opgenomen, wanneer die wordt overschreden dient een actieplan te worden opgesteld. De ervaring leert dat in veel gevallen de concentratie nu al onder de 5 µg/m3 zit.

Op 27 november 2006 is het Meet- en rekenvoorschrift bevoegdheden luchtkwaliteit (Mrv) van kracht geworden.

Op 3 november 2006 is het in de Staatscourant gepubliceerd. In het Mrv zijn regels vastgelegd over de manier waarop luchtkwaliteitsonderzoeken moeten worden uitgevoerd. Het gaat om de onderzoeken ter onderbouwing van bijvoorbeeld bestemmingsplannen en milieuvergunningen (uitvoering van artikel 7 van het Blk2005 = uitoefening van bevoegdheden) en dus niet over de manier waarop berekeningen / metingen worden uitgevoerd in het kader van de rapportageplicht.

Dit betekent overigens niet dat het Mrv alleen toegepast mag worden voor het uitoefenen van bevoegdheden. Het Mrv is gebaseerd op artikel 6 van het Besluit luchtkwaliteit 2005

Grenswaarden

In het Besluit Luchtkwaliteit 2005 zijn de volgende grenswaarden opgenomen, zoals weergegeven in onderstaande tabel. De grenswaarden zijn zodanig bepaald dat daarmee schade aan de gezondheid wordt voorkomen, mits mensen niet op een andere wijze (bijvoorbeeld via roken) aan deze stoffen zijn blootgesteld. Bij concentraties boven de grenswaarden kunnen voor de mens schadelijke effecten optreden.

afbeelding "i_NL.IMRO.0362.09-OH01_0002.jpg"

Voor Nederland zijn met name de volgende grenswaarden relevant:

  • I. de jaargemiddelde waarde voor NO2 moet vanaf 2010 voldoen aan de grenswaarde van 40 µg/m3;
  • II. de 24-uurgemiddelde waarde voor PM10 mag vanaf 2005 niet vaker dan 35 keer per jaar overschreden worden.

De bovengenoemde kwaliteitseisen ter bescherming van de gezondheid van de mens, gelden ingevolge de EG-richtlijnen voor de buitenlucht voor het gehele grondgebied van de lidstaten, met uitzondering van de werkplek.

De gemeente Amstelveen valt onder de agglomeratie Amsterdam/Haarlem.

Gelet op de afstand van de gevoelige bestemmingen (waaronder woningen) tot de rijks- en provinciale wegen wordt de plandrempelwaarde voor de jaargemiddeldeconcentratie luchtverontreinigende stof NO2 niet overschreden. Dit blijkt ook uit het onderzoek luchtkwaliteit Amstelveen 2006.

Stikstofdioxide

Ten aanzien van NO2 wordt voor de Bovenkerkerweg (de weg langs het plangebied) op twee delen van de weg de grenswaarde van 40 µg/m3 overschreden voor het jaar 2010. Voor het jaar 2015 vinden geen overschrijdingen plaats voor de wegen binnen het plangebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0362.09-OH01_0003.jpg"

afbeelding "i_NL.IMRO.0362.09-OH01_0004.jpg"

Fijn stof

Ten aanzien van PM10 wordt voor geen van de wegen binnen het plangebied het maximale aantal dagen met overschrijding van de 24-uurgemiddelde waarde overschreden. Toegestaan zijn hiervoor 35 dagen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0362.09-OH01_0005.jpg"

afbeelding "i_NL.IMRO.0362.09-OH01_0006.jpg"

afbeelding "i_NL.IMRO.0362.09-OH01_0007.jpg"

De gemeente Amstelveen heeft vanuit gezondheidsoogpunt en vanwege het veilig stellen van haar ruimtelijke plannen reeds in augustus 2005 het besluit genomen om een actieplan op te stellen om de luchtkwaliteit in Amstelveen te verbeteren. Inmiddels blijkt uit de uitgevoerde luchtkwaliteitsrapportage over het jaar 2005 dat er overschrijdingen voorkomen van de normen voor fijnstof en stikstofdioxide. De gemeente is hierdoor wettelijk verplicht om een actieplan op te stellen. In het Actieplan Luchtkwaliteit Amstelveen is een elftal maatregelen uitgewerkt. De uitvoering van deze maatregelen is noodzakelijk om de ruimtelijke en infrastructurele projecten binnen de gemeente mogelijk te maken en om te voldoen aan de wettelijke eisen volgend uit het Besluit Luchtkwaliteit. De maatregelen zijn volgens vaste formats uitgewerkt waardoor de gemeente concreet een stap zet richting de uitvoering van deze maatregelen. Het Actieplan Luchtkwaliteit is vastgesteld in de raadsvergadering van 26 september 2007.

Voor de overige stoffen zoals opgenomen in het Besluit Luchtkwaliteit 2005 wordt aan alle grenswaarden voldaan.

Recente wijzigingen huidige wetgeving Wet Luchtkwaliteit

Op 15 november 2007 is het nieuwe wettelijke stelsel voor luchtkwaliteitseisen van kracht geworden. Deze luchtkwaliteiteisen zijn onderdeel van de Wet milieubeheer en zijn te vinden in hoofdstuk 5 van deze wet. Met de nieuwe wetgeving zijn het Besluit luchtkwaliteit 2005 (Blk2005), de Regeling saldering luchtkwaliteit, het Meet- en rekenvoorschrift bevoegdheden luchtkwaliteit 2005 en de Meetregeling luchtkwaliteit vervallen. Deze zaken zijn nu in diverse uitvoeringsregelingen opgenomen.

Het belangrijkste verschil tussen de nieuwe wetgeving en het oude Blk 2005 is dat de nieuwe projecten die 'niet in betekenende mate' (NIBM) bijdragen aan de luchtverontreiniging, niet meer afzonderlijk getoetst hoeven te worden. In het Besluit NIBM is vastgelegd wanneer een project niet in betekenende mate bijdraagt aan de concentratie van een bepaalde stof. De grenswaarden en plandrempels zoals opgenomen in het Blk 2005 voor de diverse stoffen blijven van kracht, maar zijn nu vastgelegd in de Wet milieubeheer. Artikel 5.16 Wm geeft weer onder welke voorwaarden de bestuursorganen bepaalde bevoegdheden (o.a. wijzigingen van bestemmingsplan) mogen uitoefenen. Als aan minimaal een van de volgende voorwaarden wordt voldaan vormen luchtkwaliteitseisen in principe geen belemmering:

  • Er is geen sprake van een feitelijke of dreigende overschrijding van een grenswaarde;
  • Een project leidt niet tot verslechtering van de luchtkwaliteit;
  • Een project draagt 'niet in betekenende mate' bij aan de luchtverontreiniging;
  • Een project past binnen het NSL, of binnen een regionaal programma van maatregelen.

In het Besluit NIBM is vastgelegd wanneer een project niet in betekenende mate bijdraagt aan de concentratie van een bepaalde stof. Tot vaststelling van het NSL geldt een interimperiode waarvoor geldt dat een project NIBM is als aannemelijk is dat het project een toename van de concentratie van de vervuilende stof veroorzaakt van maximaal 1% van de betreffende jaargemiddelde grenswaarde. Voor NO2 en PM10 komt dit neer op 0,4 ìg/m3. De nibm-grens is alleen vastgesteld voor de stoffen NO2 en PM10, aangezien voor de overige stoffen (nagenoeg) geen overschrijdingen worden berekend.

Consequenties per project

Algemeen kan geconcludeerd worden dat met de huidige versie 7.0 van het CAR II model lagere concentraties berekend worden dan met de destijds gebruikte versies. Dit heeft enerzijds te maken met een daling van de achtergrondconcentraties en anderzijds met een verlaging van emissiefactoren vanwege invoering van steeds schonere voertuigen in het Nederlandse wagenpark (hogere EURO klasse vrachtwagens en toepassing roetfilters).

Voor alle projecten is bij de voorgaande onderzoeken reeds geconcludeerd dat er geen belemmeringen zijn om het betreffende project te realiseren. Ook binnen het huidige wettelijke kader zullen er geen knelpunten ontstaan. Dit is het gevolg van de lagere berekende concentraties en de introductie van het begrip 'niet in betekenende mate' bijdragen. Per project wordt hieronder specifiek aangegeven wat de consequenties van het nieuwe wettelijk kader zijn. Opgemerkt wordt dat er voor deze projecten geen samenhang in verkeersafwikkeling optreedt, dus er ook geen rekening gehouden hoeft te worden met cumulatie van concentraties.

Ontwikkelingen

In het kader van een goede ruimtelijke ordening is de huidige en toekomstige situatie in de directe omgeving van de beschouwde bouwlocaties berekend en beoordeeld. Uit de resultaten blijkt dat zowel in 2010, 2011, 2015 en 2020 geen grenswaarden worden overschreden. Ook is er geen sprake van een dreigende overschrijding, aangezien de berekeningen van de luchtkwaliteit een trend laten zien van verbetering over de jaren 2010 en 2020. voor wat de luchtkwaliteit betreft zijn er geen bezwaren om de diverse bouwplannen te realiseren.