direct naar inhoud van Artikel 9 Agrarisch-Agrarisch Bedrijfsschuur
Plan: Landelijk Gebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0362.09-OH01

Artikel 9 Agrarisch-Agrarisch Bedrijfsschuur

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Agrarisch-Agrarisch Bedrijfsschuur aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. gebouwen ten behoeve van de uitoefening van het agrarisch bedrijf met uitzondering van bedrijfswoningen;

met daarbij behorende:

  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • c. verhardingen;
  • d. waterlopen;

met daaraan ondergeschikt:

  • e. openbare nutsvoorzieningen;
  • f. infrastructurele voorzieningen;
  • g. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • h. sloten, en daarmee gelijk te stellen waterlopen.

9.2 Bouwregels
9.2.1 Bedrijfsgebouwen

Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. bedrijfsgebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gerealiseerd;
  • b. de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 3 meter en 4.50 meter;
  • c. het bebouwingspercentage bedraagt 100% tenzij anders is aangeduid.

9.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van silo´s mag niet meer bedragen dan 15 meter;
  • b. de hoogte van erfafscheidingen maximaal 2 meter mag bedragen;
  • c. de hoogte van palen en (licht-)masten mag maximaal 6 meter bedragen;
  • d. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag maximaal 3 meter bedragen.

9.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen:

  • a. van het bepaalde in lid 9.2.1 onder b voor het bouwen van bedrijfsgebouwen met een maximale goot- en bouwhoogte van respectievelijk 6 meter en 12 meter;
  • b. van het bepaalde in lid 9.2.2 onder a voor het bouwen van een silo met een hoogte van 25 meter;
  • c. voor het van vorm veranderen van agrarische bouwpercelen met inachtneming van de volgende regels:
    • 1. de ontheffingsbevoegdheid mag ten behoeve van het betrokken agrarisch bouwperceel slechts één keer worden toegepast;
    • 2. de oppervlakte van het agrarisch bouwperceel mag bij het van vorm veranderen niet worden vergroot.

9.4 Specifieke gebruiksregels
9.4.1 Gebruiksverbod

Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met deze bestemming.

9.4.2 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in lid 9.4.1, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van vrijstaande (bij)gebouwen voor bewoning;
  • b. het plaatsen of het geplaatst hebben van onderkomens, met uitzondering van het gebruik van de aanwezige bedrijfsgebouwen voor het daarbinnen stallen van maximaal 5 caravans;
  • c. het gebruik van de gronden als standplaats voor kampeermiddelen;
  • d. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting;
  • e. het opslaan of opgeslagen hebben van goederen, waarvan de aanwezigheid voor de agrarische bedrijfsvoering niet noodzakelijk is;
  • f. het bedrijfsmatig verkopen of ten verkoop aanbieden van goederen, bestemd en gereed voor onmiddellijk gebruik of verbruik, uitgezonderd de verkoop of het ten verkoop aanbieden van agrarische produkten afkomstig van het op het betrokken bouwperceel gevestigde agrarische bedrijf;
  • g. het bedrijfsmatig ten behoeve van derden vervaardigen of herstellen van goederen, uitgezonderd het verwerken van produkten afkomstig van het betrokken agrarische bedrijf;
  • h. een uitsluitend of overwegend gebruik:
    • 1. als tussenhandel voor agrarische produkten, toeristisch bedrijf en daarmee vergelijkbaar gebruik;
    • 2. ten dienste van: de levering van goederen en/of diensten voor het agrarisch-, tuinbouw- en/of ander bedrijf.

9.4.3 Ontheffing van de gebruiksregels t.b.v. stallen van caravans

Burgemeester en wethouders verlenen ontheffing van het bepaalde in lid 9.4.2onder b voor het binnen de bedrijfsbebouwing stallen van meer dan 5 caravans. Deze ontheffing wordt niet verleend dan nadat door de aanvrager is aangetoond dat geen rendabele bedrijfsvoering conform de bestemming meer mogelijk is, de aanvraag is gebaseerd op aantoonbare verzoeken om stallingsruimte.