16.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan in afwijking van het bepaalde onder 16.2 sub a een omgevingsvergunning verlenen voor de bouw van bouwwerken onder de voorwaarden dat:
-
a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de archeologische waarden van het gebied of een afweging van de in het geding zijnde belangen tot uitkomst heeft dat, onverminderd het elders in het plan bepaalde, een afwijking in redelijkheid niet kan worden geweigerd;
-
b. het bevoegd gezag bij de afweging omtrent de afwijking toepassing geven aan de criteria zoals genoemd in lid 16.2 sub a, danwel dat voor de werkzaamheden voortvloeiend uit de bouwaanvraag reeds een omgevingsvergunning als bedoeld in 16.4 is verleend;
-
c. alvorens de omgevingsvergunning wordt verleend door het bevoegd gezag advies is ingewonnen bij een door het bevoegd gezag aan te wijzen deskundige;
-
d. het bepaalde in de onderliggende bestemming onverminderd van toepassing blijft.