direct naar inhoud van 2.3 Provinciaal en regionaal beleid
Plan: Doelenveld Carré
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0361.BP00022-0305

2.3 Provinciaal en regionaal beleid

Provinciale ruimtelijke verordening Noord-Holland 2009

In het belang van een goede ruimtelijke ordening in de provincie is het noodzakelijk algemene regels vast te stellen betreffende de inhoud van en de toelichting op bestemmingsplannen over onderwerpen in zowel het landelijke als het stedelijke gebied van Noord-Holland waar een provinciaal belang mee gemoeid is.

Het is wenselijk om:

  • a. een samenhangend stelsel van waardevolle gebieden te behouden en versterken
  • b. belangrijke cultuurhistorische en landschappelijke kwaliteiten bij nieuwe ontwikkelingen te behouden en versterken en deze vast te leggen in een beeldkwaliteitsplan
  • c. sturing te hebben op het woonbeleid
  • d. stedelijke ontwikkelingen te reguleren
  • e. een vitaal platteland te hebben
  • f. over goede infrastructuur te beschikken, waardoor de mobiliteit en bereikbaarheid van wonen, werken en voorzieningen is gewaarborgd
  • g. windenergie op landschappelijk aanvaardbare wijze mogelijk te maken
  • h. de winning van delfstoffen uitsluitend op de daarvoor geschikte plaatsen toe te staan
  • i. de toeristische aantrekkelijkheid van de Noordzee te vergroten door jaarrondstrandpaviljoens toe te staan, maar uitsluitend op daarvoor geschikte plaatsen.

Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland-Noord

In het planologisch beleidskader 2004-2014 worden contouren aangegeven waarbinnen functies mogen voorkomen. Het plangebied van het onderhavige plan is gelegen in een gebied dat is aangegeven als 'Bestaand stedelijk gebied'. Het beleid voor stedelijk gebied is met name gericht op verstedelijking als optelsom van stedelijke functies, maar ook andere niet-stedelijke functies met aanzienlijke ruimtelijke effecten.

Onder stedelijke functies horen:

  • a. woonbebouwing
  • b. individuele bedrijven en kantoren
  • c. specifieke bedrijven of kantoorlocaties
  • d. voorzieningen, zoals winkels, maatschappelijke voorzieningen (kerken, sportcomplexen, stadions), tuincentra
  • e. defensiecomplexen
  • f. infrastructurele voorzieningen, uitgezonderd agrarische wegen
  • g. glastuinbouwcomplexen.

Onder niet-stedelijke functies met aanzienlijke ruimtelijke effecten horen in ieder geval:

  • a. vaarwater en waterberging
  • b. recreatieve groene voorzieningen
  • c. maneges en volkstuinencomplexen
  • d. jachthavens.

In de integrale lange termijn visie 2004-2030 is het deel waar onder andere het onderhavige plangebied valt aangegeven met 'Wonen en Werk'. Binnen de in de visie als zodanig aangegeven gebieden wordt de ontwikkeling van stedelijk gebied, mede door verdichting en een mix van stedelijke functies voorgestaan.

Cultuurhistorie van Kennemerland: Cultuurhistorische Waardenkaart Noord-Holland

De rijksnota 'Belvédère' was voor de Provincie Noord-Holland de aanleiding om een cultuurhistorische waardenkaart (CHW-kaart) op te stellen en komt voort uit de wens om verantwoord om te gaan met cultuurhistorische waarden bij alle nieuwe plannen op het gebied van infrastructuur, woningbouw, groengebieden en bedrijventerreinen.

Archeologische, historische- bouwkundige of historisch-geografische elementen en structuren die op de CHW-kaart voorkomen zijn door de provincie ingedeeld in 3 waarderingsniveaus:

  • a. van waarde
  • b. van hoge waarde
  • c. van zeer hoge waarde.

Als een element of structuur op de kaart is opgenomen, is daar altijd een grondig onderzoek aan vooraf gegaan, waarbij getoetst wordt aan specifiek voor dit doel vastgestelde criteria. Het gaat hierbij om kenmerkendheid, gaafheid, zeldzaamheid en samenhang.

Het is de bedoeling dat de CHW-kaart een bron van inspiratie gaat vormen voor ruimtelijke ontwikkelingen. Ontwerpers en vormgevers, (landschaps)architecten en stedenbouwkundigen kunnen uitgedaagd worden het verleden in eigentijdse vorm te laten herleven, of historische processen door te trekken naar de toekomst.

Een grote rol is weggelegd voor het rijk en de provincie. Zij stellen informatie beschikbaar en geven het belang van het CHW-project aan bij gemeenten en waterschappen. Het belang is verantwoord omgaan met cultuurhistorie en ruimtelijke plannen.

Provinciaal Milieubeleidsplan 2002-2006, oktober 2002

Doelstelling voor het ruimtelijk milieubeleid van de provincie, zoals aangegeven in het Provinciaal Milieubeleidsplan, is een duurzame verbetering van de milieukwaliteit in Noord-Holland. Daarbij wordt aandacht geschonken aan bodem, grondwater, oppervlaktewater, waterbodem, lucht, veiligheid en geluid. De provincie wil dit onder andere bereiken door:

  • a. vernieuwing van het handhavingsbeleid, met aandacht voor nieuwe Europese regelgeving en nieuwe verantwoordelijkheden van de provincie
  • b. vernieuwing van het energiebeleid, onder andere door nieuwe doelstellingen ten aanzien van de terugdringing van de CO2-uitstoot
  • c. streng toezicht en een flexibel waterpeilbeheer, waarbij natuur- en milieubelangen nadrukkelijk mee worden gewogen in de op te stellen stroomgebiedsvisies
  • d. duurzaam afvalbeheer via de 'ladder van Lansink' (preventie, nuttige toepassing en verwijdering)
  • e. aandacht voor externe veiligheid, onder andere via de provinciale risicokaart
  • f. beperking van hinder door stof, geluid en geur via handhaving
  • g. terugdringing van de milieueffecten van het autoverkeer en het aantrekkelijker maken van openbaar vervoer.

De provincie zal ruimtelijke plannen, waaronder bestemmingsplannen, toetsen op energieaspecten en doelstellingen ten aanzien van duurzaam waterbeheer. Nieuwe woon- en werkgebieden moeten een duurzame inrichting krijgen.

Door de aanwezigheid in de directe omgeving van hoogwaardig openbaar vervoer en de aanleg van het P&R terrein wordt uitvoering gegeven aan het zoveel als mogelijk terugdringen van het autoverkeer.