Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, met inachtneming van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de gronden in dit bestemmingsplan te wijzigen door het schrappen van:
met dien verstande dat uitsluitend toepassing wordt gegeven aan de wijzigingsbevoegdheid indien het betreffende gebruik langer dan een jaar is beƫindigd.